De ik-persoon is Page. Een meisje van 17 jaar.

'Doei mam!' Zeg ik terwijl ik de taxi uitstap en mijn koffers uit de achterbak haal. Mijn moeder schuift naar open deur aan de kant waar ik gezeten had. 'Dag meisje.' Zegt ze terwijl de mijn pols nog eens stevig vastpakt. Er glijdt een traan over haar wang. 'De eerste echt vakantie waar mijn meisje alleen naartoe gaat. Zonder haar ouders.' 'Mam ik ga je missen, echt. Maar ik moet nu gaan.' Ik geef haar nog een knuffel en hobbel dan naar binnen terwijl ik mijn koffers achter me aan sleep. Het rollen gaat hier makkelijker omdat het gladde tegeltjes zijn. maar ik moet wel uitkijken dat ik niet uitglij. Ik zet mijn koffers op de lopende band naast een mevrouw achter de balie. Snel plak ik er nog een stickertje op die daar liggen en schrijf mijn naam erop. Dit doe ik ook bij mijn andere koffers. Zo. Nou kan ik ze goed herkennen. Ik moet wat papieren aan de mevrouw laten zien en dan laat ze de band weer lopen. Mijn koffers verdwijnen achter rubberen flappen. Snel loop ik weer verder met mijn schoudertas om. Dat was mijn handbagege. Die mocht ik wel meenemen in het vliegtuig. Ik zoek de koffiecorner van starbucks. daar hadden we afgesproken. Als ik om het hoekje ben zie ik hem staan. Snel ren ik ernaartoe. Voor zover het gaat met mijn hoge hakken. 'Hey!' Groet ik ze. 'Mijn moeder wou me niet laten gaan. Sorry.' Ze zijn er allemaal al: Simon, Judith, Heaven, Oliver en Max. Judith loopt op me af en geeft me een grote knuffel. 'Geeft niet. Ooooh! Ik heb er zo'n zin in. Jij Page?' 'Ik ook.' Antwoord ik terwijl ik haar ook een stevige knuffel geef. Ik geef de andere ook een knuffel. Maar niet zo stevig als bij Judith. Zij was al vanaf jongs af aan mijn BFF en alleen die grote knuffels geef ik aan haar. Als iedereen zijn koffie op heeft zegt Oliver: 'Zullen we maar richting de douane gaan. Dan hebben we dat gehad. Ik word daar altijd zo zenuwachtig van.' 'Ja, laten we maar gaan.' Stemt Heaven daarmee in. Ook de anderen knikken inclusief ik. Met zijn allen lopen we richting de douane. Daar aangekomen gaan we in een rijtje staan. Vooraan Oliver, daarachter Judith, dan ik, en dan Simon, Max en Heaven. Als ik aan de beurt ben zet ik mijn tas in een bakje met mijn schoenen en laat die over het bandje lopen. Dan stap ik door de douane heen. Geen gepiep. Ik trek mijn schoenen weer aan en doe mijn tas over mijn schouder. Ook bij de anderen was er geen gepiep. Snel lopen we naar de ruimte stoeltjes waar we moeten wachten tot het vliegtuig er is. Maar hij is er al en snel gaan we in de rij staan. We moeten allemaal nog een keer ons paspoort laten zien en dan gaan we door de tunnel het vliegtuig in. daar zoeken we een plekje. Ik zit naast Judith achter Oliver en Heaven en voor Simon en Max. We zitten nog een tijdje opgewonden te kletsen tot we in drie verschillende talen horen dat we onze riem moeten vast doen. In het Nederlands, Engels en Arabisch. We doen onze riemen vast. Judith pakt mijn hand vast en samen giechelen we bij het opstijgen. Het geeft ons een raar gevoel in ons buik en onze oren zitten dicht. Gelukkig had ik aan kauwgompjes gedacht. Ik geef iedereen er een. 'Oh, wat spannend.' Zegt Judith. 'Ik weet het.' Antwoord ik.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen