6.1
Het was ongeveer twee weken geleden dat ik opgenomen werd in het ziekenhuis. De toestand was niet langer meer stabiel te houden, het liep onherroepelijk uit de hand. Eigenlijk mocht ik niet klagen, ik had nieuwjaar en mijn zesenveertigste verjaardag nog mogen meemaken. Toch noemde ik die dag het begin van het einde. Het was de dag dat het monster mijn lichaam zover had gekregen dat het de laatste restjes van me ging vernietigen. Die dag maakte ik de beslissing al. Ik heb er enkele dagen over nagedacht en er toen ten slotte met Lennert over gepraat. Hij probeerde er begrip voor op te brengen, maar zijn persoonlijke gevoelens primeerden boven zijn doktersverstand. Het deed mij pijn om hem pijn te zien hebben. Het was zes maanden en een half geleden dat het monster officieel erkend werd en ruim drie maanden sinds ik Joa voor het laatst gezien had.
Ik deed mijn haar in een dotje, trok mijn kamerjas boven mijn T-shirt en pyjamabroek en ging op mijn bed zitten. Er werd geklopt op de deur en zonder op mijn toestemming te wachten kwam Nathalie binnen. Ze zag er het tegenovergestelde uit van mij, ze was helemaal uitgedost, alsof haar een belangrijke gelegenheid te wachten stond. Ik wist dat ze er dan wel goed mocht uitzien, ze voelde haar duizend maal slechter als ik, dat wist ik gewoon.
‘Ben je klaar?’ vroeg ze. Ik knikte. Ze stak haar arm naar me uit. Ik was niet meer in staat om zelf recht te komen van het bed. ‘Nathalie’, fluisterde ik bijna afkeurend toen ik haar ogen van dichtbij zag. ‘Het spijt me’, antwoordde ze.
Gezien mijn zwakheid was het eigenlijk niet toegestaan dat ik door de gangen zou lopen, maar met een verpleegster naast me en ikzelf als ex-verpleegster vond ik dat we het best wel konden maken om de wet even te overtreden. Dit was een speciaal geval. Met Nathalie aan mijn arm liep ik door de gangen tot we uiteindelijk op het binnenpleintje uitkwamen. De zon scheen en er waren veel andere patiënten die ook even tussendoor van het zonnetje aan het genieten waren. Ik verliet het stenen pad en baande me een weg door het gras, wat niet simpel was met het infuus dat ik moest meeslepen. Langzaam liet ik me neervallen. Het deed overal pijn, maar ik wilde het niet laten uitschijnen, want dit was mijn laatste moment met Nathalie.
Er zijn nog geen reacties.