Foto bij 5. Het feestmaal

Sorry dat ik zo lang geen nieuw stukje heb geschreven, maar ik had toetsweek en ik heb heel lang heel hard geleerd en ik ben toch blijven zitten, dus ik ben nu heel erg depressief :'(

De trein denderde verder, eerst door groene weiden met helderblauwe lucht, daarna door een gebied wat we niet konden zien door de regen die als een waterval over het raam stroomde. De snoepkar kwam om één uur langs onze coupé en Dylan, Britt en ik kochten de halve kar leeg, vanwege het armzalige ontbijt. 'Hoe laat is het', mompelde Dylan met zijn hele mond vol Chocokikker. Ik grinnikte en keek op mijn horloge. 'Vier uur', zei ik afwezig. Om zes uur kwamen we ongeveer aan bij Zweinstein, dus we hadden nog twee uur te vullen. 'Potje Knalpoker?', zei een stem vanuit de coupédeur. We keken op en zagen Dylans grote broer David in de deuropening staan. De komende twee uur kwam de helft van het geluid in de trein uit onze coupé.

Net toen Britts kaarten in vlammen opgingen mertke ik dat de trein vaart minderde. 'We stoppen', merkte Dylan op en hij gaf zijn kaarten aan David. David stopte alles weer in het oranje pakje en ging toen de coupé uit. Dylan, Britt en ik kleedden ons haastig om en toen ik voor het tweede jaar op rij worstelde met mijn stropdas en Dylan grinnikte, kwam de trein met een kleine schok tot stilstand. Buiten regende het nog steeds. Het zicht was ongeveer twee meter en de leerlingen liepen elkaar om de seconde omver, zodat er regelmatig iemand in een plas viel. Ik zuchtte en volgde Dylan en Britt naar de koetsen. We gingen in de eerste de beste zitten. We hoorden de regen buiten verder kletteren en de koets kwam in beweging.

De Grote Zaal was even mooi en gigantisch als altijd. Duizenden kaarsen zweefden boven de vier afdelingstafels, met aan het einde de tafel voor de leraren, met zoals vertrouwd in het midden de hoogste stoel met daarop een oude man met een lange zilvergrijze baard en dito haar: Albus Perkamentus, hoofd van Zweinstein. We zochten vlug een plaatsje aan de tafel van Griffoendor met de broers van Dylan. Terwijl Tim ongeïnteresseerd naar zijn gouden bord staarde, was de rest met ons aan het kletsen, over van alles: het Verboden Bos, de nieuwe vakken, het feestmaal...

Perkamentus gaf de gewoonlijke preek over de regels na het maal en het indelen van de nieuwe eerstejaars was al net zo oninteressant, behalve met Samuel, de Minotaurus van vorig jaar. Hij was al iets minder lijkwit, maar nog steeds bleek, en eindigde zoals verwacht bij Griffoendor. Dylan, Britt en ik klapten het hardst van iedereen. Perkamentus eindigde met zijn preek en vroeg om de aandacht. Ik werd wakker uit mijn dagdromen en keek op, terwijl Perkamentus weer begon met praten. 'Zoals een aantal jaren geleden houden we dit jaar weer een Toverschool Toernooi.' Oudere leerlingen klapten, Dylan ook, maar wel meer mensen dan Britt en ik snapten blijkbaar niet waar het over ging. Toen Perkamentus het uitlegde werd ik met elke zin vrolijker en vrolijker. 'Het toernooi mag gespeeld worden per jaar, en we doen het alleen met Zweinstein. Van elke afdeling word uit elk jaar, behalve het eerste jaar, een leerling worden uitgekozen en die zal strijden voor zijn of haar jaar en afdeling. Hoe je je kan inschrijven zal verteld worden met Halloween. En nu naar bed!', eindigde hij zijn preek. Toen ik het wachtwoord gehoord had van een Hoofdmonitor en na een lange dag eindelijk in bed lag, besefte ik iets: ik moest me inschrijven voor het Toernooi!

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen