XCVI
Alice Potter
‘Wakker worden, slaapkop!’
Kreunend draai ik me weg van de harde stem die mijn slaap onderbreekt. In plaats van geluid, voel ik nu twee handen die me heen en weer schudden. ‘Wakker worden!’
Chagrijnig kijk ik Marinda aan. ‘Wat? Het is weekend.’
‘Weet ik.’ Tevreden dat ik wakker ben, gaat ze weer rechtop staan. ‘Vandaag is het uitje naar Zweinsveld.’
‘Nou en.’ Ik gaap. ‘Ik ga niet naar Zweinsveld.’
‘Nou en. Ik wel.’
Slaperig kijk ik Marinda aan. ‘Dus?’
‘Je moet me helpen voorbereiden.’
In Marinda’s taal betekent helpen voorbereiden blijkbaar toekijken hoe zij dat doet en vervolgens meegesleurd worden naar het ontbijt.
‘Misschien moet je je wat warmer aankleden.’ Marinda neemt een hap van haar broodje en kijkt me geheimzinnig aan.
‘Hoezo?’ vraag ik langzaam.
Ze haalt haar schouders op. ‘Het regent buiten.’
‘Dus?’ Ik kijk haar verward aan. ‘Ik ben niet van plan om naar buiten te gaan.’
‘Helemaal wel, ik heb een date voor je geregeld.’ Marinda klinkt erg tevreden over zichzelf.
Ik schiet overeind. ‘Je hebt wat? Een date? Waarvoor?’
Marinda grijnst. ‘Voor Zweinsveld, ik kan niet met je mee, dus ik heb anderen geregeld om je mee te sleuren.’
‘Ik ga niet.’
‘Wat?’ Marinda’s grijns vervaagt. ‘Maar ze verwachten je.’
Ik haal mijn schouders op. ‘Dan zeg je ze maar dat ik niet kom.’
‘Dat zou niks uithalen,’ hoor ik een bekende stem achter me.
‘Desnoods sleuren we je aan je haren mee naar Zweinsveld,’ vult een ander aan.
Ik kijk achterom en zie dat Lucy en Rose me grijnzend aankijken. Ik ga dus naar Zweinsveld…
Marinda had gelijk. Het regent buiten. Compleet doorweekt komen we De Drie Bezemstelen binnen, we zijn niet de enige, de hele herberg zit volgepakt met bekende gezichten.
‘Ugh, wat een slecht idee was dit zeg. Ik verlang naar het haardvuur in onze leerlingenkamer.’ Rose wrijft met haar handen over haar armen.
‘Het was niet mijn idee om dit te doen,’ zucht ik. ‘Maar we kunnen best terug gaan hoor.’
‘Nee, het is hartstikke gezellig, toch Rose?’ Lucy pakt mijn arm vast en sleept me naar een tafel die wonderbaarlijk genoeg nog vrij is. ‘Ik haal wel wat te drinken.’
‘Ik zei ook niet dat het niet gezellig was,’ moppert Rose. ‘Het is alleen zo koud en nat.’
‘Ik-’ Mijn woorden komen te vervallen als ik iemand zie die me aankijkt. Het is Remus, en hij is niet alleen, James en Peter zijn bij hem. Ik glimlach even naar James, wat Remus' ogen doet oplichten, maar dan wend ik mijn blik weer af. ‘Ik mis ook de warmte.’
Jullie hebben gelijk, hij is bijna een jaar bezig en hij is ook bijna afgelopen.(wbw)
04-07-2011 - 04-07-2012
Reageer (18)
Nog maar 4 hoofdstukken... en nog maar 4 dagen?
1 decennium geledenElke dag een hoofdstuk ^^
Snelverder! <333
En Remsie en Alice moeten nog wel bij elkaar komen, hoor
N'aaaw. Nog maar tot... woensdag? Meeeh.
1 decennium geledenJullie hebben gelijk? IK heb gelijk zul je bedoelen! Ik ben namelijk de enigste die het opmerkte hahaha, maar nevermind ik vergeef je die meervoudsvorm omdat dit hoofdstukje zo goed is!
1 decennium geleden