Het zweet liep in fijne straaltjes over zijn voorhoofd. ‘Joa’, hijgde ik. Ik herkende mijn eigen stem amper. Misschien had de duivel mijn lichaam overgenomen. Zo voelde het ook, ik had mezelf letterlijk en figuurlijk over de grens gegooid. Ik koos er zelf voor de muren rondom mij op te blazen, alsof ze er nooit geweest waren.
Mijn handen gleden over zijn rug en bleven rusten op zijn billen. De druk van zijn lichaam tegen het mijne was duidelijk voelbaar, maar dit was een aangename pijn. Ik had nooit durven dromen dat dit zou gaan gebeuren. Zijn lippen drukten zachtjes tegen mijn mond, als een verzoek om meer. Tergend langzaam opende ik mijn mond een beetje en liet hem toe. Zijn lippen voelden zacht en teder aan. Hij stak zijn ene arm onder mijn rug en met zijn andere arm nam hij mijn benen vast. Ik wist waar hij me naartoe droeg.
Nog geen twee minuten voordien had ik het op het punt gestaan om afscheid van hem te nemen. Dat in de betekenis van ieder gaat zijn eigen weg en ik die mijn weg niet langer bewust mocht laten samenlopen met die van hem. Ik had het hem proberen uit te leggen en was naar de deur gelopen toen plots zijn uiting van wanhoop de ruimte had gevuld. Hoe had ik ook maar kunnen denken dat ik Joa uit me zou kunnen bannen? Ik had het mezelf graag wijsgemaakt, maar helaas besloot mijn hart er anders over. Honderd verschillende scenario’s had ik bedacht, maar dit niet. Ik was hier niet op voorbereid.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen