Onderdeel van het plan
'Wat nu?', vraagt Elenora bang. Iemand zal de ruiter vinden. Dan zal diegene ook haar mand vinden die tijdens het rennen verloren is gegaan. Iedereen weet dat zij brandnetels aan het plukken was! De prins, zijn dienaar, de kok.
'Bekennen', denkt zij hardop. 'Ik kan niets anders doen. Ik moet ze vertellen wat ik gedaan heb. Misschien hebben zij begrip'
'Als het echt uit zelfverdediging is', antwoordt Merlin die de paarden aftuigt. 'Vast wel'
De deuren slaan open. Geen enkel geluid verspreid zich door de zaal. Slechts de voetstappen van Merlin vallen te horen. Leeg is de zaal niet, de koning, zijn zoon en de hofarts zijn allen aanwezig. Toeval of niet, het lijkt voorbestemd. Uther moet het weten, Gaius is wijs en zal goed kunnen oordelen, Arthur is vriendelijk. Betere mensen zouden niet aanwezig kunnen zijn. Josh hoeft het niet te horen. Hij hoeft niet te weten wat zij gedaan heeft.
Elenora zakt neer op de koude vloer
'Uwe hoogheid, ik wil een bekentenis afleggen. Ik heb gezondigd', spreekt zij luid en helder. Niemand merkt de op hoeveel moeite zij doet om haar stem in bedwang te houden.
'Vertel zonderling. Wat hebt u misdaan?'
'Ik heb een vreemdeling, en heer uit Kent neergestoken. Uit zelfverdediging welsiswaar. Toch ben ik van mening dat dit gemeld moest worden'
De koning denkt na over de woorden.
'Hoe bedoelt u uit zelfverdediging?', vraagt hij om meer inzicht te krijgen over de situatie.
'Ter verdediging van mijn kuisheid, mijnheer. Vergeeft u hem voor zo betastelijk te zijn'
Er valt een stilte waarin iedereen een beeld probeert te vormen van de situatie. Nog een ding is onduidelijk voor de meesten.
'Kunt u meer details geven over hoe de situatie was, was hij op ons grondgebied? Anders zou het een oorlog kunnen betekenen'
'Hij was op uw grondgebied. Excuseert u mij dat ik het mes van u heb gebruikt, Arthur. Ik had het alleen bij mij om het terug te geven nadat u het was vergeten'
Merlin ontvouwd de doek waarin Arthurs mes ligt en laat het de prins zien. Walgend wuift de prins het weg. Dat bloed mag er eerst vanaf gepoetst worden voordat hij het terugneemt.
Uiteindelijk luidt het oordeel dat Gaius de kokshulp maar moet behandelen voor haar wonden en dat er verder geen straf te wachten staat.
OPgelucht neemt Elenora plaats op de luie stoel van Gaius. Eerst wordt het vuil van haar voeten verwijderd, zodat de wond mooi schoon wordt. Er wordt iets verzachtends ovverheen gedaan waardoor de pijn sneller weg trekt. Dan wordt er de tijd genomen om op krachten te komen. Zowel Merlin als Elenora hebben ontzettende honger en kunnen dan ook niet wachten om aan te vallen.
Wanneer Gaius even later naar haar hand kijkt zwaait de deur open. Het is Gwen, zij heeft Gaius nodig omdat Morgana weer last heeft van nachtmerries.
Gaius besluit dat Elenora wel overgelaten kan worden aan Merlin. Merlin weet immers zelf ook behoorlijk wat van medicijnen en ziekte kwalen.
Dus zij blijven alleen achter in de kamer. Niemand verder die hoort wat zij tegen elkaar zeggen.
Maar terwijl Elenora afdwaalt weet nog iemand van de moord. En misschien zal, zodra zij weer ontwaakt, de droom voorgoed voorbij zijn. De nachtmerrie begint.
Reageer (3)
Snel verder!
1 decennium geledenVerder!
1 decennium geledensnel verder!
1 decennium geleden