|| O55
||The Lost Lands
||Draco||
Het werd kouder. Ik voelde het op slag. Hij ook.
Langzaam begonnen de wolkjes adem die Nathan onregelmatig uitstootte duidelijk zichtbaar te worden en de ijskristallen begonnen zich te ontwikkelen rond de offertafel om zich vanaf daar uit te breiden richting de muren. Met grote ogen van ongeloof staarde ik naar de naderende golf kou en ik begon weer aan de ketenen te trekken met een naar voorgevoel in mijn maag. Iets zei me dat de naderende muur van ijs mij niet zou vermijden.
Terwijl ik me probeerde te focussen op het naderende onheil werd mijn aandacht echter weer teruggetrokken naar de offertafel, waar de ogen van Aurora met een ruk open waren geschoten. Haar irissen en pupillen hadden plaats gemaakt voor sneeuwwitte diepten waarin een beangstigende leegte de overhand had. Met nietsziende ogen staarde ze naar het plafond alvorens overeind te komen en haar blik op een verbijsterde Nathan te richten. Deze leek te zeer geschrokken om een vin te verroeren en bleef enkel met een van verbazing betrokken gezicht naar haar kijken. Ondanks wie hij was en wat hij had gedaan wilde ik hem een waarschuwing toeroepen, maar meer als een schrille kreet kwam er niet over mijn lippen.
Nathan had geen schijn van kans, kon niet eens met zijn ogen knipperen. Haar hand had zich al op zijn borst gelegd nog voordat hij een stap achteruit kon zetten. Rond haar hand ontstond meteen een dikke laag ijs en binnen een seconde ging het lichaam van Nathan schuil achter de glimmende substantie. Ik verstijfde, niet langer in staat om me te bewegen. Het angstige vermoede werd erger en ik bleef zo stil mogelijk staan in de hoop dat ze me niet op zou merken. Ik wist zeker dat het haar op dit moment niet uit kon maken wie ik was, sterker nog, ik betwijfelde of ze me wel zou herkennen. Het leek niet of ze zich bewust was van de werkelijkheid. Haar woede jegens Nathan moest haar verblind hebben. Toen ze zich in mijn richting draaide, weg van de stijfbevroren Nathan, voelde ik een rilling langs mijn ruggengraat lopen. Terwijl ik in haar ogen keek zag ik alle pijn, woede en verdriet van de afgelopen eeuw in die diepten weerspiegeld. Ze gaf geen teken van herkenning, het leek zelfs alsof ze me niet zag. Haar ogen gingen me voorbij en ze keek de hele kamer rond. Haar lichaam begon steeds meer licht uit te stralen en ik wist begod niet wat dat betekende. Autumn en Spring zouden het ongetwijfeld weten maar die waren nog steeds nergens te bekennen.
Toen haar ogen de hele kamer hadden gehad keek ze weer omhoog en al haar spieren spanden zich. Ijs begon zich op te hopen onder haar voeten en ze kwam van de grond. Boven haar hoofd barstte het plafond open en met een stuwende kracht verdween ze erdoorheen, mij alleen achterlatend met het ingevroren lichaam van Nathaniël.
Langzaam begonnen de wolkjes adem die Nathan onregelmatig uitstootte duidelijk zichtbaar te worden en de ijskristallen begonnen zich te ontwikkelen rond de offertafel om zich vanaf daar uit te breiden richting de muren. Met grote ogen van ongeloof staarde ik naar de naderende golf kou en ik begon weer aan de ketenen te trekken met een naar voorgevoel in mijn maag. Iets zei me dat de naderende muur van ijs mij niet zou vermijden.
Terwijl ik me probeerde te focussen op het naderende onheil werd mijn aandacht echter weer teruggetrokken naar de offertafel, waar de ogen van Aurora met een ruk open waren geschoten. Haar irissen en pupillen hadden plaats gemaakt voor sneeuwwitte diepten waarin een beangstigende leegte de overhand had. Met nietsziende ogen staarde ze naar het plafond alvorens overeind te komen en haar blik op een verbijsterde Nathan te richten. Deze leek te zeer geschrokken om een vin te verroeren en bleef enkel met een van verbazing betrokken gezicht naar haar kijken. Ondanks wie hij was en wat hij had gedaan wilde ik hem een waarschuwing toeroepen, maar meer als een schrille kreet kwam er niet over mijn lippen.
Nathan had geen schijn van kans, kon niet eens met zijn ogen knipperen. Haar hand had zich al op zijn borst gelegd nog voordat hij een stap achteruit kon zetten. Rond haar hand ontstond meteen een dikke laag ijs en binnen een seconde ging het lichaam van Nathan schuil achter de glimmende substantie. Ik verstijfde, niet langer in staat om me te bewegen. Het angstige vermoede werd erger en ik bleef zo stil mogelijk staan in de hoop dat ze me niet op zou merken. Ik wist zeker dat het haar op dit moment niet uit kon maken wie ik was, sterker nog, ik betwijfelde of ze me wel zou herkennen. Het leek niet of ze zich bewust was van de werkelijkheid. Haar woede jegens Nathan moest haar verblind hebben. Toen ze zich in mijn richting draaide, weg van de stijfbevroren Nathan, voelde ik een rilling langs mijn ruggengraat lopen. Terwijl ik in haar ogen keek zag ik alle pijn, woede en verdriet van de afgelopen eeuw in die diepten weerspiegeld. Ze gaf geen teken van herkenning, het leek zelfs alsof ze me niet zag. Haar ogen gingen me voorbij en ze keek de hele kamer rond. Haar lichaam begon steeds meer licht uit te stralen en ik wist begod niet wat dat betekende. Autumn en Spring zouden het ongetwijfeld weten maar die waren nog steeds nergens te bekennen.
Toen haar ogen de hele kamer hadden gehad keek ze weer omhoog en al haar spieren spanden zich. Ijs begon zich op te hopen onder haar voeten en ze kwam van de grond. Boven haar hoofd barstte het plafond open en met een stuwende kracht verdween ze erdoorheen, mij alleen achterlatend met het ingevroren lichaam van Nathaniël.
Sorry Lieverds! Ik ben het weekend in Duitsland geweest bij mijn vader Hier is weer een stukje voor jullie xx
Reageer (12)
Schitterend geschreven, dat valt absoluut niet te ontkennen. Ben zeer benieuwd naar een volgend hoofdstuk.
1 decennium geledenSnel verder!
1 decennium geledensnel verder
1 decennium geleden-xx-
Ahhh, ik hou echt van jou schrijfstyl! En je hele verhaal is gewoon G-E-W-E-L-D-I-G!!!!!!!
1 decennium geledenBadass winter! snel verder
1 decennium geleden