--43--
De foto is de kat voordat hij overreden op de weg lag. Ik kan namelijk zelf niet zo tegen bloed....
Maud.
Ik voelde iets op mijn gezicht en lachtte.
'Samira! Hou op! Sam!'
Tot ik opeens besefte dat Samira er helemaal niet was. Geschrokken ging ik overeind zitten. Een blaadje dwarrelde van mijn gezicht, naar mijn benen. Ik keek om me heen. Het weinige beetje licht wrong zich tussen het bladerdek door en vormden kleine plekjes licht op de grond. Ik had dorst en nog steeds honger. Ik wreef in mijn ogen en haalde toen mijn tasje tevoorschijn. De inhoud was niet veel en het waterflesje was in ieder geval leeg. Niet slim. Ik doorspitte de rest van de inhoud en ergens onderin vond ik een geplette mars. Yeah! Eten!
Omdat ik zo'n honger had, wilde ik bijna het hele marsje in mijn mond stoppen, maar net op tijd bedacht ik dat dat niet zo heel slim was. Het was beter om een deel te bewaren voor later. Wie weet hoe lang ik nog onderweg zou zijn. Ik stond op en deed mijn tasje om. Het flesje deed ik toch maar in mijn tas. Misschien kwam ik nog wel een huisje of gewoon ergens anders water tegen. Ik moest hier gewoon weg. Als ik rechtdoor zou lopen, dan zou ik vanzelf wel bij de rand van het bos uitkomen, dacht ik.
EN ik had gelijk. Na een paar uur lopen, hoorde ik een bekend geluid. Auto's! Automatisch begon ik harder te lopen. Ik was gered! Ik zag de weg al. Maar toen ik bij de weg aankwam waren alle auto's al voorbijgeraasd en was het stil en leeg. Ik ging midden op de weg staan. Dan zouden zae me zeker zien aankomen! Stom dat de weg een bocht maakte, ik kon dus niet goed zien wanneer er een auto aankwam. Opeens zag ik een kat liggen. Raar. Katten bleven nooit zomaar liggen. Nieuwschierig liep ik er naartoe. Toen knielde ik neer. De kat was bloederig en het zag er akelig uit. Maar de ze leefde nog. Ik rilde. Ik besloot om een stuk van mijn T-shirt af te scheuren. Ik had toch nag een jas aan voor erover heen. Voorzichtig bond ik de lap stof om de kat heen. De kat bleef tot mijn verbazing nog liggen ook, alhoewel ze wel duidelijk maakte dat het pijn deed.
'Ziezo, kat!' mompelde ik.
Voorzichtig tilde ik de kat op en drukte haar tegen mij aan. Toen keek ik op en schrok zo erg dat ik de kat bijna liet vallen. In een reactie draaide ik me om en klemde de kat stevig tegen mij aan.
Pijn. Ik kreunde en verloor het bewustzijn.
Reageer (1)
: O
1 decennium geleden