Chapter 7
Pov; Katherine 'Kath' Raven
Carly roept me en knikt ongezien naar de man. Ik volg haar blik en snap het meteen, er klopt iets niet aan hem. ‘laten we het vanavond uitzoeken’ fluister ik terug. Mijn aandacht gaat naar Dean die er nog een stoel bij pakt. Gelijk begint er een discussie tussen ons. ‘Ik zweer je, wij zijn beter’ mijn mond wordt droog en opeens klinken er geweerschoten op straat. Het werd doodstil, Er wandelde twee mannen binnen, één van de mannen was de man die Carly me had aangewezen. “Dat is hem!” roept Carly naar me. Ze stuift weg met haar geweer en ik doe hetzelfde. Ik voel een windvlaag naast me en merk dat de jongens hetzelfde doen. De mannen lopen weg en Carly en ik volgen ze via de achterdeur. Carly wordt vol geraakt en wordt onderuit gehaald. Ik kan die ander net ontwijken maar voel een scherpe pijn. Die ander had een mes. Ik hou mijn hand op mijn zij gedrukt en zie dat ze zijn verdwenen. De twee politieagenten die buiten hadden gestaan liggen nu dood op de grond. Ik check nog snel of ze echt dood zijn. Carly pakt een van de wapenstokken en we lopen verder. Uit het niets rennen Dean en Sam uit een van de andere straten en openen het vuur. Maar pech voor ons allemaal, ze verdwenen. Ik kom overeind van de politieagenten en kijk naar Carly die naar de broers wijst.’STELLETJE AMATEURS! WETEN JULLIE NIET WAT JULLIE HEBBEN GEDAAN? NU KOMEN ZE ZEKER TERUG VOOR WRAAK!’ snel pak ik Carly vast voordat ze de jongens zou aanvallen. Snel werp ik een kwade blik op ze. We lopen strompelend naar de Mustang als ik Carly woedend tegen Sam hoor uitvallen. Ik kijk hoe Sam haar heeft opgetild en dat Dean naar mij toe loopt. ‘Waar staat jullie auto?’ onderbreekt hij de ruzie. Ik wees naar de oude Ford Mustang. Dean trekt zijn wenkbrauw op en ondersteund me. Ik moet me in houden me niet los te trekken van Dean. Ze hadden het voor ons verpest. Dean laat me op de passagiersstoel zakken en neemt zelf plaats op de bestuurdersstoel. Carly en Sam zitten achter. ‘waar moeten jullie heen?’ vraagt Dean. Ik negeer hem. ‘en mag ik de sleutels’ ik blijf hem koppig aan kijken. ‘oké, dan doe ik het op een andere manier’ Dean pakt me ruw bij mijn arm vast en trekt me iets naar hem toe. Ik voel zijn hand over mijn rechterzak gaan en dan over mijn linker, als hij de sleutels nog niet heeft gevonden strijkt hij over mijn achterzakken. Grijnzend haalt hij de sleutels tevoorschijn en start de auto. ‘Ik laat jullie bij ons motel achter, en wij gaan naar die van jullie’ zegt Dean. Ik wil er tegen in gaan maar zie nu pas hoe bleek Carly is. Ze moet snel verzorgd worden en hun kamer is dichterbij. ‘best’ mompel ik met tegenzin.
Er zijn nog geen reacties.