(007)
'Wel...' zeg ik droogjes en veeg de slaap uit mijn ogen. Allison doet het zelfde 'Heb je lekker geslapen?' hoor ik zorgeloos uit Allison' mond komen. 'Tja...' mompel ik en probeer omhoog te komen, de bank was nu niet echt het beste voor mijn rug en ik voel dat ik stijf ben. 'Ik heb geluk dat het vandaag zaterdag is' ik wagel naar de keuken waar ik de koelkast open trek en begin met mijn zoektocht opzoek naar een kliekje van de afgelopen week. 'Oja... je zit nog op school niet waar?' Allison volgt giegelend mijn pad en gaat dan op de keukentafel zitten. 'Ik heb zin in pannenkoeken' ik draai me rustig om en begin dan te lachen, pannenkoeken, een zeer onaangename herrinering komt in me op als ik denk aan het woord. Mijn vader at altijd pannenkoeken met me als ik een dag naar hem mocht, als hij uberhaupt op kwam dagen. Want zijn werk was veel belangrijker, de reden dat het huwelijk tussen mijn ouders stuk liep. Wel ja, ik kon mijn moeder ook geen schuld geven. Maar om dan een man te nemen als Co? 'Geen pannenkoeken' zeg ik en gooi haar een appel toe, 'en ook geen kliekjes, je zult het moeten doen met een appel' ze trekt een vies gezicht en pas nu bedenk ik me hoe goed ze naar mijn vader luisterde en hoe verwaand ze op dit moment is. 'Hij is verot' zegt ze en wilde de appel weer naar mij toe gooien, ik vang hem... iets wat haar duidelijk verbaasd en dan, iets wat mij verbaasd... gaat ze staan en zegt met en glimlach op haar mond, 'je lijkt op je vader... ik vraag me af of dit goed is of juist iets slechts' het geeft me kippenvel. 'Yo Raaf! Wow... eh, ik wist niet dat je een lekkere chick mee had genomen, wist niet eens dát je überhaupt lekkere chicks aan de haak kon slaan' lachend loopt mijn broer de kamer binnen, hij stinkt. Alcohol. Slingerend loopt hij naar ons toe en begint, net zoals eerder met een dubbele tong tegen Allison te praten 'Hé lekker ding, wat zie je eigenlijk in mijn broer? Wil je niet liever een heet avontuurtje met mij beleven' ik zie nog hoe hij een arm om haar heen probeert te slaan, maar dit gaat echter niet op. Het ene moment staat hij nog en het andere moment zie ik hem op zijn knieën zitten te kotsen op de grond. 'Allison... dit is mijn broer, Robert. We noemen hem Rob, dus jij kunt hem ook gerust zo noemen' het is dat ik geen schaamte ken, maar anders wist ik zeker dat ik het liefste door de grond had willen zakken. Onhandig help ik mijn broer overeind en sleur hem mee de trap op, en zet hem zonder enige aarzeling onder de douche met kleer en al. Dit moet helpen. Even later, als ik hem heb afgedroogd en schone kleren heb aan getrokken loop ik naar beneden. Rob ligt nu te slapen op zijn kamer en ik moet eerst zorgen dat ik zijn vuile kots op kan ruimen zonder dat ik zelf moet overgeven. Heerlijk, wel mensen... welkom in nog een klein stukje van mijn leven. Dit is ook niet de eerste keer moet ik je vertellen. Co is nogal een slechte vader, niet alleen voor mij, want ik zie hem niet echt als een vader en hij ziet mij nu niet echt als een zoon. Maar voor Rob is hij net zo koud. En het doet mijn broer zoveel pijn, vaak als ze ruzie hebben gehad, of wanneer hij totaal is genegeerd gaat hij s'avonds naar de kroeg en komt dan die nacht straal bezopen thuis. Ik ben dan degene die hem oplapt. Wel. Niet dat het me iets doet, maar het is een verplichting die ik mezelf heb opgelegd. Want eerlijk is eerlijk, Rob is iemand die ik misschien een klein beetje mag. Niet dat ik van hem hou, want ik hou van niemand... maar ik mag hem. Misschien is dat een kleine verbetring in mijn o zo zwart witte wereld, of niet. Maar ja. Ik zie hoe de kots voor mijn neus ligt en ik slaak een diepe zucht als ik er een dwijl overheen haal. Allison kijkt toe met een vies gezicht, 'Wees nu maar blij dat we geen pannenkoeken hebben gegeten' mompel ik iet wat geirriteerd.
Er zijn nog geen reacties.