OO3.
Alhena Black
Iedereen zit met vermoeide gezichten aan de tafel terwijl er bij de andere tafels al druk gegeten wordt, als je het mij vraagt mogen ze het ontbijt overslaan. Dan eet je maar gewoon meer tijdens de lunch. Terwijl de meeste schalen met broodjes op de andere tafels opnieuw gevuld moeten worden is er bij ons niet veel weg, tenminste, niet bij mijn kant van de tafel. Ik haal kleine stukjes van het broodje voor mij af tot er bijna geen bovenlaag meer over is en kijk dan verveeld naar de mensen aan de overkant van mij. Twee derdejaars hangen wat achterover en kijken naar de hoofdtafel, een eenzame jongen kijkt met een depressief gezicht naar zijn broodje en twee eerstejaars giechelen zenuwachtig als ze merken dat ik hen bekijk. Ik lijk wel gek om op de eerste schooldag vroeg uit mijn bed te zijn, ik had gewoon niet heen moeten gaan. De helft van mijn afdeling komt te laat op de eerste schooldag na de vakantie. Aan de Gryffindor tafel wordt al druk gegeten en ik hoor zelfs een paar grappen voorbijkomen. Ik heb nog niemand van mijn leerjaar gezien en laat mijn hoofd op mijn handen rusten, terwijl mijn blik naar de hoofdtafel gaat. Mijn blik kruist die van professor McGonagall. Ze kijkt streng boven haar kleine brilletje uit en haar ogen staan scherp, als die van een havik die elk moment zijn prooi op een fout wil betrappen. Ik blijf haar aankijken en pas na een halve minuut wendt ze haar hoofd af om met professor Kist te praten. De verveling komt terug en ik zoek een slachtoffer om even me even mee te vermaken, maar niemand kijkt mijn kant op. Er ploft iemand naast mij op de bank, die zich uitgebreid uitrekt en daarbij zijn arm om mijn schouders heen legt.
‘Wie is de dader?’ Ethan pakt met zijn andere hand een broodje van de overvolle schaal en neemt er een kleine hap van.
‘Jij.’
Hij doet alsof hij bijna stikt in de kruimels van zijn broodje en kijkt dan met grote ogen naar mij op. ‘Nee.. ik ben altijd heel aardig,’ vertelt hij me met zijn onschuldigste blik.
‘Jij bent degene die ervoor gezorgd heeft dat ik hier alleen zat.’
Hij schudt protesterend zijn hoofd en laat zijn broodje voor wat het is. ‘Dat was die jongen.. die je gisteren tegenkwam.’
Ik haal mijn wenkbrauwen even op naar Ethan. ‘En hij heeft toevallig geen bruine ogen en donkerblond haar?’
‘Nee – die ken ik niet.’ Hij haalt zijn arm van mijn schouder af en begint weer aan zijn broodje te eten. Hij gooit de halve jampot leeg op de ene helft van het broodje en op de andere legt hij zorgvuldig een plak kaas.
‘Jammer – hij leek me wel leuk.’
Ethan neemt een hap van de vreselijke jamlaag en slikt het snel door om antwoord te geven. ‘Ik beken; ik was het.’ Hij blijft mij aankijken en wil allebei de helften van het broodje op elkaar plakken, wat grandioos misgaat. De ene helft van de jam belandt naast zijn bord en de andere helft zit op de bovenkant.
‘Laat ik ook eens toegeven.’ Ethan zijn blik is gericht op het smerige broodje. ‘Ik vind hem niet leuk.’
‘Oh – ik ken hem ook niet,’ zegt hij met zijn ogen nog steeds niet op mij gericht. ‘Ik moet me vergist hebben.’
Reageer (10)
Snelverder! <333333
1 decennium geledensnel snel sneeeel verder!!
1 decennium geledenHihi! Ik mag ze wel
1 decennium geledenSnel verder^^
geef me een V
1 decennium geledengeef me een E
geef me een R
geef me een D
geef me een E
geef me een R
wat hebben we dan
VERDER(A)
Gheheheh, I like Ethan already. (:
1 decennium geleden