7

meteen vliegt naruto om je nek. 'bedankt kumi dankzij jou ben ik geslaagd!' roept hij blij in je oor. je staat er maar verbaasd bij, tot je terug bij zinnen komt en hem zagtjes wegduwt. 'jij hebt het ook goed gedaan.' fluister je en je glimlacht naar hem. hij kijkt je raar aan en je vraagt je af waarom. om ervoor te zorgen dat hij stopt met je aan te staren besluit je hem te trakteren op ramen. 'wat dacht je van ramen, ik trakteer.' zucht je met tegenzin. meteen kijkt hij je blij aan en geeft je weer een knuffel. dit keer duw je hem sneller en ruwer weg. 'maar alleen als je daarmee stopt.' zeg je kwaad terwijl je een anime vein op je hoofd krijgt. meteen gooit hij zijn handen in de lucht om te laten merken dat hij het niet meer zou doen. je zucht... de reden waarom je zo reageerde was omdat je het fijn vond om hem bij je te hebben, maar je wou het niet, je wou geen vrienden hebben... en zeker niet naruto. om een of andere reden had je het gevoel dat als je vrienden word met hem, je hem in meer gevaar gaat brengen dan hij al is, en dat is het laatste wat je wilt, maar je kon hem niet negeren, of haten of wat dan ook, je vond het een goede jongen. je was zo verzonken in je gedachten dat je niet door had dat naruto met zijn handen voor je neus aan het zwaaien was. verbaasd kijk je hem aan. 'ramen?' vraagt hij onschuldig. met een lach knik je en jullie vertrekken naar het dorp. als jullie aan de rand zijn blijf je even staan om afscheid te nemen van shadow. 'ik kom vanavond nog langs.' zegt hij. je knikt en dan verdwijnt hij in de bosjes. 'kom je nog kumi?' je kijkt verbaasd op en ziet naruto al een eindje verderop staan. je gaat naar hem toe en wandeld zwijgend verder. als jullie bij naruto zen favoriete kraampje aankomen stormt hij naar binnen en besteld hij al voor jullie beide. 'zo naruto... wie is je vriendinnetje?' vraagt de oude man grijnzend. je kijkt hem vernietigend aan. 'de naam is kumi en ik ben zijn vriendinetje niet.' zeg je terwijl je hem vuil blijft aankijken. de oude man knikt en gaat verder met jullie ramen te maken.

--naruto pov--
je kijkt naar kumi, nou ja eerder staren. je snapte echt inet wat haar probleem was, ze wou duidelijk wel vrienden met je worden maar om een of andere reden durfde ze niet. toen jullie samen in de bosjes hadden gezeten. meteen worden je wangen roder als je terug denkt aan die glimlach die ze je gegeven had. het was werkelijk de mooiste lach die je ooit gezien had. terwijl je naar haar keek was zij met een onderzoekende blik rond aan het kijken op straat, het leek wel of ze op zoek was naar iemand, je kon het niet helpen maar je voelde je een beetje jaloers. 'zoek je iemand?' vraag je. als ze je stem hoort lijkt ze uit een dagdroom te schieten. 'sorry wat vroeg je?' vraagt ze vriendelijk. 'ik vroeg of je iemand zoekt.' herhaal je. ' nou nee, maar ik dacht dat iemand me riep.' mompeld ze. je dacht na. 'niet dat ik weet.' zeg je. ze knikt en lacht naar je, meteen voel je het bloed naar je kaken stromen. 'hier is jullie ramen.' opgelucht kijk je naar je eten. 'voe je je wel goed?' verbaasd kijk je op. 'ja, hoezo?' vraag je. 'je bent knalrood.' zegt kumi. hierdoor werd je alleen maar roder. 'ik voel me kip lekker.' roep je blij en begint te eten, vanuit je ooghoeken zie je dat ook kumi begint te eten.

-- kumi pov --

toen jullie gedaan hadden met eten liep je naar huis. 'kumi!' je kijkt om en ziet naruto terug naar je lopen. 'euhm... het is al donker.' mompeld hij. 'mischien moet ik maar even met je meelopen.' zegt hij lichtjes blozend. je kijkt hem verbaasd aan. 'nee dank je naruto.' hij knikt en loopt dan weg terwijl hij over zen schouder naar jou kijkt en zen hand op steekt. je doet hetzelfde en stapt dan verder naar huis. als je thuis aankomt zie je dat shadow al voor je deur ligt. 'hey.' zeg je terwijl je hem binnen laat. meteen gaat hij ergens zitten en kijkt je onderzoekend aan. 'kumi, het is duidelijk dat je vrienden wilt zijn met naruto, waarom doe je dat dan niet?' vraagt hij verward. je zucht. 'omdat ik het gevoel heb dat ik hem dan in gevaar breng.' zeg je eerlijk. shadow kijkt je verbaasd aan. 'ik kan het niet uitleggen. mompel je. 'maar ik wil eerst mijn verleden weten voor ik vrienden word met hem.' zeg je vastberaden