12. Ilma Rebakka Aalst
Ilma Rebakka Aalst
Good bye mensen het gaat je goed.
Lachend loopt mijn Oma op mij af en dan zie ik ook mijn lieve opa die altijd stilletjes was maar wel heel goed mee kon praten. En ook mijn oma was alles voor mij ze verzorgde je goed. Ik zeg ze gedag en dan zeggen ze
‘’Meid ga terug naar de wereld loop door die deur’’ Zegt mij Oma.
‘’Nee, Ik wil niet omdat ik dood wil zijn. Mijn leven is niks en zal ook nooit wat woorden. Niemand mag mij. Iedereen haat mij. Ik hoor niet te leven en ik ben een mislukkeling en jij ziet mij toch in de wereld leven’’
Oma knikt ‘’Ja lieverd, maar ik beloof dat er een hele mooie tijd aankomt. Je krijgt een mooie man die om jouw geeft die je beschermt en je liefhebt.
En een lieve kleine jongetje die je dag weer gelukkig maakt net als toen hij in je buik zat.
Je kan de wereld redden en laten in zien dat de mensen wat moeten doen om het leven mooier en gelukkiger te maken. Je krijgt een gelukkige leven maar je moet nu knokken ervoor om die gelukkige leven te kunnen leiden.
Het zal zwaar zijn maar ik beloof het komt goed. Je zult mensen verliezen maar er komen ook mensen bij jouw in het leven.
Beloof dat je door die deur gaat en knokt voor het leven doe het voor mij en jouw opa.
En voor de mensen die daar buiten de deur leven en wachtten op jouw want jij hoort daar te leven. Doe het omdat er beneden een lieve jongen op je staat te wachtten die later je man wordt. Je vindt hem niet meteen maar later als de mensen in de hemel bepalen wanneer de tijd rijp is ervoor’’
Ik knik en mompelt ‘’Ik wil echt niet meer’’
Ik zie mij vriend Jo tevoorschijn komen. ‘’Ilma, Kom op je kan het ik waak over je. Ik beloof het’’
Mijn opa knikt. Langzaam duwen ze mij richting de deur en val over de drempel.
Ik hoor allemaal geluiden om mij heen klinken. De stemmen klinken ver weg en ik hoor de stemmen uit de hemel zeggen ga verder met je leven.
Sta op en loop verder over de drempel. Langzaam worden de stemmen helderder maar dan vallen mijn ogen weer dicht.
De stemmen klinken steeds helderder voordat ik steeds weg val in het zwarte gat. Steeds zie ik de witte muren en mensen met een witte jas.
Wat is alles wit en ik was toch dood dus dan verbleef je op de hemel dacht ik.
De stemmen werden stiller en stiller. Ik hoorde mensen schreeuw van snel ze gaat dood en ze riepen nog veel meer dingen maar ik kon het niet goed verstaan ik was aan het vechten.
Minuten leken wel uren te duren en opeens hoorde ik harde stemmen die schreeuwen dat ik het moest redden.
In mijn hoofd zag ik mijn Opa, Oma, Jo vechten voor hun leven net als wat ik nu doe.
Maar hun vochten voor het leven om te kunnen leven en dicht bij de geluk te zijn en bij hun vrienden en familie maar ik vecht nu voor de dood.
Om dood te gaan in dit bed waar ik lig. Ze schreeuwen van uit de hemel dat ik door moest gaan om te gaan leven.
Mijn beeld werd waziger en zwart. Ik hoorde een harde gepiep en alles werd stil.
Betekend dit dat ik dood ben.
Reageer (1)
NEE
1 decennium geledensnel verder