Even een stukje over wat er gebeurd is in de tijd dat Emm
de wolf tegenkwam en Eve omsingeld werd.

Emm stond bewegen loos tegenover de wolf toen hij ineens begon te praten. ‘Emm, kom met mij mee.’ Zei hij zonder aarzeling, het klonk niet als een vraag maar meer als een bevel en alsnog kwam het er beleefd uit. Hij was ondertussen al omgedraaid en keek verbaasd achterom aangezien Emm geen aanstalten maakte om te gaan lopen, en zeker niet met hem mee. ‘Emm, alsjeblieft. Maak dit niet moeilijk voor me!’ Zei hij op aandringende toon. Emm had haar tong weer gevonden, ‘Wie ben je, WAT ben je? En wat wil je van me? Waarom moet ik met je meekomen?’ De wolf keek met vermoeide ogen naar Emm, hij had geen zin om vragen te beantwoorden en wilde ook niet te veel moeite doen om Emm met zich mee te krijgen. ‘Emm luister…’ begon de wolf toen Emm ineens in de tegenaanval ging. ‘Nee, JIJ luister. Denk niet dat je me zomaar rond kan commanderen, ik ken je niet eens!’ Emm keek de wolf met haar armen over elkaar heen aan, en juist toen hij wat wilde zeggen zwaaide zijn oren ineens naar rechts, allebei precies tegelijkertijd. ‘Oh nee…’ mompelde hij. ‘Wat is er?’ Vroeg Emm bezorgd. De wolf keek haar serieus aan. ‘Ze hebben je vriendin, kom nu met me mee voordat het telaat is!’ Hij beet in Emm haar broekspijp en trok haar mee. Emm keek hem met een vies gezicht aan en schudde hem er vanaf, ‘Wacht, ze hebben EVE!’ Vroeg Emm met een angstig gezicht. Nog voordat de wolf tijd had om antwoord te geven draaide Emm zich om richting hun ‘kamp’. ‘NEE…’ Schreeuwde de wolf, ‘Het is telaat voor haar, voor jou niet dus kom mee!’ Emm trok zich niets van het geschreeuw van de wolf aan en bleef rennen. Met haar handen sloeg ze de bladeren weg die in haar weg kwamen, de takken kraste in haar armen, in haar gezicht maar dat was niets tegenover de pijn die ze voelde van binnen. Ze had Eve alleen gelaten, ze had moeten weten dat dat te gevaarlijk was. Ineens uit het niets voelde ze een stekende pijn uit haar enkel komen, twee rijen scherpe tanden waren in haar enkel geboord. Onmiddellijk draaide ze zich om, de wolf had zijn stevige kaken in haar enkel vastgezet en probeerde haar mee te trekken. De pijn en het verdriet en nu die wolf die haar probeerde weg te houden van haar vriendin die nu misschien wel vermoord kon worden werden haar teveel en in al de woede die ze bezat greep ze de wolf in zijn nek, greep hem goed vast en scheurde hem van haar enkel. Het bloed dat uit haar been stroomde negeerde ze, het bloed dat in het begin nog rood was veranderde plotseling in pikzwart bloed. Haar maag krampte uit het niets ineens, in een reflex greep ze met haar hand naar haar buik, van de pijn stopte ze met rennen en boog voorover met beide armen over haar buik geslagen. Haar maag krampte nog eens ineen en ze spuugde haar hele maaginhoud eruit. Meteen voelde ze zich een stuk beter en veerde overeind, ze voelde zich anders. Zelfs haar emoties waren verandert. Daarnet was ze er nog zo op gebrand om Eve te redden van wie dan ook terwijl het haar nu niet echt uitmaakte, natuurlijk wilde ze Eve nog wel redden maar het was minder belangrijk geworden. Emm besloot alsnog verder te rennen, ze moest Eve redden van wie of wat dan ook. Tijdens het rennen snoof ze de frisse boslucht op, maar met de boslucht kwam ook iets anders dat haar aandacht trok. Het rook heerlijk, het rook naar meer. Vanaf dat moment kon ze niet meer helder nadenken, al haar aandacht ging naar die ene geur. Verblind door de heerlijke geur rende ze verder, ze wist niet meer wat ze deed, ze was helemaal gericht op één ding.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen