``28``
‘waar was je?’ wordt er in mijn oor gesist. Ik was zo stil ik kon naar binnen gekomen, maar gelijk werd ik tegen de deur gedrukt. Het is overduidelijk Dean. Ik ruik zijn muskachtige geur en voel zijn lichaamswarmte. Zijn handen duwen me voorzichtig tegen de deur. Het is niet boos bedoeld. Ik leg mijn hand op de zijkant van zijn gezicht en schenk hem mijn geruststellende glimlach. ‘ik kon niet slapen, ik ben even wat gaan drinken’ fluister ik terug. Hij duwt zich van me weg en loopt naar zijn bed. ‘de moorden zijn in de jaren 50 begonnen’ hij stopt gelijk en kijkt me aan. ‘hoe weet je dat?’ vraagt hij zacht. Ik loop naar Sam ’s bed en ga trek mijn broek uit. Dean draait zich even om en ik ga onder het deken liggen. ‘omdat ze het me heeft vertelt.’ Gelijk als mijn hoofd het kussen raakt val ik in slaap.
‘als we nu gaan hoeven we geen vragen te beantwoorden’
‘zoals wat?’ het gestommel in de kamer stopt en ik doe mijn ogen open. ‘ja, ik was al wakker’ Sam kijkt Dean even aan met de blik die ze vaak me elkaar delen. Misschien heeft het iets te maken met dat ze broers zijn. ‘maar ik ga geen vragen stellen, ik ga vandaag wat rond lopen en vanavond ga ik weer oppassen’ Dean knikt en duwt Sam snel uit de deur. Er knaagde iets aan me. De vrouw. Snel kleed ik me om en loop naar het restaurant. ‘pardon’ het meisje kijkt op. ‘dat vrouwtje dat hier vannacht was, weet jij waar ze woont?’ het meisje knikt vriendelijk en kijkt op een rooster bij de deur. Als ze me heeft uitgelegd waar de vrouw woont loop ik weg. Ik moet nog een keer met haar praten.
‘Marie?’ ik klop op de deur. Het huis ziet er verzorgd uit, net als alle huizen in deze wijk. Ze zijn niet groot maar voor iemand met haar leeftijd is het groot genoeg. Er klinkt een klik en de deur gaat open. ‘ik was gisteravond in het restaurant’ zeg ik. Het vrouwtje kijkt me even aan en laat me dan binnen. ‘heb je nog goed geslapen, na de melk’ ik knik en ga op de bank zitten. Het is donkerder dan je op het eerste gezicht zou zeggen. ‘ik ga even thee voor je zetten, ik denk dat we namelijk over veel moeten praten Alex’ ik draai mijn hoofd zo snel naar haar toe dat ik een spiertje verdraai. Hoe weet ze mijn naam?
‘je moeder, hoe gaat het met haar?’ perplex neem ik het kopje thee aan. Hoe kent ze mij en mijn moeder? Wie is deze vrouw? ‘ik weet dat je met veel vragen zit’ dat is nogal kort uitgedrukt. Nog steeds perplex besluit ik haar vraag te beantwoorden. ‘mijn moeder is dood’ nu pas besef ik me hoe er ik haar mis. Snel kijk ik naar de vloer. Er ligt een pluche tapijt. ‘het spijt me van haar, wat is er gebeurt?’ wat moet ik haar vertellen? Ze is aangevallen door een demon, of dat ze een ongeluk had gehad. Ik zou niet liegen als ik het 2de zou zeggen, het was in zekere zin een ongeluk. ‘ik weet wat jullie zijn’ weer weet ik niet wat ik er mee moet. Hoe komt het dat deze vrouw zo veel weet? ‘je moeder heeft me geholpen toen de killer clown hier begon. Het was een lange tijd rustig, maar het begint weer’
Reageer (1)
DUM DUM DUUUUUUUM!!! KILLLAAAAH CLOOOOWN!!! xDxDxD He'll Kill You When You're Sleepin!!! xDxDxD
1 decennium geleden