003
'hij heeft nooit van je gehouden. hij beschouwde je als een foutje'.
de woorden galmde door mijn hoofd en maakte me woest.
mijn moeder heeft me vaker geslagen en dingen gezegd, maar dit was toch echt wel het pijnlijkste...
ik liep het park in en ging op het eerste bankje zitten dat ik tegenkwam. pas toen viel het me op dat de lantaarns uit waren. ik keen hoelaat het was. half 2 's nachts.
ik vond het fijn, donker. het sloot zich om me heen, als een warme jas, een beschermende muur. het was heerlijk om in het niets te staren. was ik maar het 'niets'.
het begon koud te worden. ik trok mijn knieen op, en ritste mijn jas zo ver mogelijk dicht.
op dat moment won het gevoel van verdriet het weer van me.
ik begon te huilen. ik voelde me zo alleen, en miste degene die me een veilige plek bood.
opeens voelde ik armen om me heen, die zich tegen een warm en stevig lichaam andrukte. ik weet niet waarom, maar ik verstopte mezelf in degenes armen en begon nog harder te huilen. hij legde een had op mn rug, en wreef zachtjes. het zorgde ervoor dat ik rustiger werd.
ik haalde mijn gezicht na een tijdje uit zijn t-shirt en keek omhoog. het eerste wat me opviel waren zijn blauwe, sprekende ogen.
met de donkerste en mooiste stem die ik ooit gehoord had, sprak hij me aan: 'wat heeft iemand kunnen doen om een meisje zoveel verdriet te laten hebben?' ik kende hem niet, maar het voelde vertrouwt.
e-en t-toen zij mn moe-hoeder dat mijn v-vader nooit v-van me heeft gehou-houden sloot ik mijn verhaal af, en begon weer te huilen.
meteen sloeg hij een arm om me heen 'sshhtt stil maar, het komt goed. daar zorg ik voor, ik beloof het'.
Er zijn nog geen reacties.