``26``

‘wat is er gebeurt?’ vraag ik zacht als we voor het huis stoppen. Er staat een meisje huilend bij een paar agenten. Een ambulance doet de deuren net dicht en rijd weg. Het is even stil en ik kijk naar Dean. Hij zucht en rijd verder. ‘waarschijnlijk koos de clown liever voor een echte tiener’ gefrustreerd blijf ik zitten. Was dat de reden of was het toch iets anders? ‘Alex?’ langzaam kijk ik naar Dean. Nu pas merk ik dat de auto stil staat. ‘waar gaan we heen?’ hij wijst langs me en ik volg zijn vinger. ‘een pakhuis?’ hij stapt uit en doet mijn deur open. ‘een oud spookhuis’ abrupt blijf ik staan. ‘daar ga ik niet naar binnen’ Dean was al verder gelopen. ‘waarom niet?’ waarom niet? Waarom niet? Nou misschien omdat er een moordlustige clown in kan zitten. ‘moeten we niet naar Sam terug’ Dean krijgt opeens een glimlach om zijn mond. ‘wat?’ hij loopt op me af en blijft dichtbij me staat. Hij is warm. Zijn ogen vinden die van mij. ‘je bent bang’ een sarcastisch lachje verlaat mijn mond. ‘rustig maar ik bescherm je’ de toon in zijn stem was spottend. ‘ik ben niet bang, ik vind gewoon dat we Sam moeten halen’ hij negeert me en loopt al naar het huis. ‘waarom heb ik het gevoel dat dit alleen maar slecht kan aflopen?’ mompel ik terwijl ik achter Dean aan loop.

‘heb je maar 1 zaklamp?’ vraag ik. Dean draait zich een stukje naar me om en legt zijn vinger op zijn mond. Dat was dus een ja. Voorzichtig schuifel ik achter hem aan. Ik probeer mijn angst in bedwang te houden. Opeens ruik ik een bedwelmende geur. Mijn ogen beginnen te tranen. ‘Dean, ruik je dat ook?’ hij draait zich naar me om. ‘waar heb je het over?’ het beeld wordt wazig en ik probeer me snel ergens aan vast te grijpen. ‘Alex?’ verwoed knipper ik mijn ogen. ‘we moeten hier weg’ is het enige dat ik kan uit brengen. Als we buiten zijn lijkt het net alsof er niets is gebeurt. ‘was je zo bang?’ boos bijt ik mij kaken op elkaar. Dean hurkt voor me neer. ‘ik was niet bang’ hij schud zijn hoofd en kijkt nog een keer naar de deur. ‘we gaan naar Sam. Morgen ga ik wel met hem’ hij trekt me overeind en zet me in de auto.