Hoofdstuk 2 : De schipbreuk

Op een dag hoorde Melissa een donder.
Micheal riep : "MAAK ALLES VAST WAT LOS zit MET EEN STEVIG TOUW ER KOMT EEN STORM"
Melissa pakte snel wat touw en bond alles vast met een stevig touw en klemde zich vast aan een paal in de hoop dat ze niet in het water zou vallen.
Melissa kon zich niet goed vast houden en riep: "HELP ME"
De storm was zo erg dat de boot kantelde.
Melissa was zo bang dat ze niet door had wat er gebeurde en kreeg een klap tegen haar hoofd waardoor ze haar bewustzijn verloor en in het water viel.
Alles ging kapot en Micheal viel ook in het water en verdronk omdat hij vast zat aan iets zwaars maar Melissa overleefde het en spoelde aan op een eiland met allemaal rare dieren uit de sprookjes die ze las zoals draken eenhoorns enzovoort.
Melissa werd wakker en keek om zich heen.
ze zag een groepje dieren om zich heen en schrok.
Ze zei zacht door de schrik : "waar ben ik?"
Maar ze kreeg natuurlijk geen antwoord omdat er alleen maar rare dieren leefden op het eiland.
Ze dwaalde wat rond.
ze werd zo moe dat ze even tegen een boom ging zitten en in slaap viel.
Even later werd ze wakker.
Ze dacht: "gaap ik moet verder lopen om een plekje te vinden waar ik kan slapen".
uit eindelijk kwam ze in een grot.