For the fairest
Diepe, pijnlijke steken. Het leukst vond ik nog de gillen die ze slaakten, hoe de krachtig ingespannen schreeuwen naar buiten vlogen uit hun monden. Hoeveel pijn ze hadden. Hoe het verdriet gepaard met leed als ruitenwissers over de tere gezichtjes gleden, gevolgd door tranen die hun weg vonden over de inmiddels bezweette wangen. Uit ziekelijke lust iemand kwellen leverde een gevoel van voldoening, geluk en rust op.
Ik greep de kragen van de wachters vast en duwde ze naar achteren, waardoor ze alle twee met een dreun tegen de rotsen aanvielen die langs het bassin gevestigd zaten. Ik liet de wachters achter en zag nog net uit mijn ooghoek hoe een straaltje bloed zijn weg vond naar het water.
'Als je opschiet zijn we misschien net op tijd,' zei Gregory en zijn hand greep mijn schouders vast waardoor hij met zijn spieren volledige zeggenschap over mijn lichaam had. Alle kracht stroomde naar zijn armen en hij duwde me een enorm stuk vooruit, waardoor ik hard op de grond terecht kwam en sneeën kreeg op mijn handen door de scherpe stenen waarop ik zojuist was beland. Ik vloekte zachtjes en stond weer op, Gregory spoorde me aan om door te lopen en ik volgde zijn bevel op terwijl tranen langzaam zichtbaarder werden in mijn ogen.
We liepen langs een rijkshotel, gevolgd door een strafinrichting en Gregory grapte dat ik daar gemakkelijk bij kon. Ik negeerde hem en liep verder terwijl de tranen nog steeds niet uit mijn ogen waren verdwenen.
'Kijk wat ik heb,' Gregory haalde een appel uit de zak van zijn sweater. 'Giftig.'
Onmiddellijk gleed de pijn van mijn handen af en waren de tranen uit mijn ogen verdwenen, alsof ze weer wegtrokken in mijn lichaam omdat ze te lang op dezelfde plek hadden gezeten. Ik keek hem vol bewondering aan en even voelde ik hetzelfde sadistische gevoel dat hij altijd bezat. Langzaam veranderde de streep op mijn gezicht in een zwak glimlachje, terwijl het een seconde later vliegensvlug omgetoverd werd tot een brede, bulderende lach.
'Hiermee krijgen we allebei onze zin.' Gregory keek me grijnzend aan. Het kwaad stond in zijn ogen en het duurde niet lang voordat de mijne dat voorbeeld overnamen.
'Hier, ga zitten.' Hij duwde me achter een struik dat voor een reusachtig gebouw stond. Bij het complex klonk luid muziek dat kwam en ging doordat het meermaals onderbroken werd door een langzaam zangstuk dat vermoedelijk over liefde of andere walgelijke, kleffe dingen ging.
Voor het gebouw stond een groen tentje waar mensen onder stonden te dansen en zich omringden rond een barbecue dat naast een tafel met hapjes stond.
Terwijl mijn ogen over het feestmaal gleden zag ik naast de tafel een jongen met donker haar staan; het was hem. Dat wist ik zeker. Ik glimlachte breed en voelde hoe mijn wangen rood werden.
'Ga,' zei ik tegen Gregory terwijl hij achter de struik vandaan kwam en richting het complex wilde lopen. 'En succes.'
Vanachter mijn struik bleef ik door een gaping kijken hoe hij richting de mensen liep, met de appel nog steeds in de zak van zijn donkerblauwe sweater. Toch schoten mijn ogen weer naar links, naar de jongen die naast de tafel stond. Zijn donkere haar hing als raamwerk om zijn prachtige gezicht, en binnenkort zou hij van mij zijn. Eindelijk. Ik zou zijn vriendin zijn, en niet die sluikharige griet naast hem met haar flinterdunne, zwarte haren.
Ik zag hoe Gregory de appel richting haar gooide, gevolgd door groen, sprankelend poeder dat het meisje meteen omringde. Alsof niemand het zag viel ze neer.
Glimlachen was niet aan mij besteed en ik kon alleen dom en verdwaasd voor me uit staren. Gregory lachte zijn sadistische lachje en liep terug naar me.
Gregory, de twistgod. Zo noemden ze hem. Kon de meest rare dingen uitvoeren, kreeg altijd zijn zin en geen enkele duisternis was te donker voor hem. Geen lamp was te fel voor zijn doen.
Er zijn nog geen reacties.