Living forever 1.4
De bomen en planten om me heen moedigden me aan om nog harder te rennen, om het rennen nog langer vol te houden, om zo ver mogelijk weg te gaan van de monsters. Ik sloot ze niet buiten, ik liet me lijden door hun gefluister, liet me door de bomen sturen. Ergens hoorde ik dat ze hoopten dat Siva ook bij hen zou vertrekken. Ze vonden dat een mens niet hoorden tussen die monsters. Ik schudde het van me af en rende verder en verder.
Ik stopte verbaasd op een kleine open plek. Het werd stil, de bomen stopte met praten, de wind ging liggen, de vogels floten niet meer. Het leek wel alsof ik de enige was op aarde, toch wist ik dat ik hier niet aleen was.
Ik keek om me heen op zoek naar een aanwijzing of teken van aanwezigheid van anderen. In het gras vond ik een ijzeren bal, geheel gaaf en iets groter dan een tennis bal. Ik raakte hem op.
Even leek het alsof de wereld een seconde steel stond en pas toen weer verder draaide, even was het alsof ik een schok door mijn lichaam kreeg die me veranderde, even was het toen was alles weer normaal.
‘Nathan,’ klonken honderden zachte vrouwen stemmen achter me. Ik draaide me om en keek naar de natuur geesten die door het bos dwaalden.
‘Hoe kan ik jullie zien?’ vroeg ik stomverbaasd en ergens ook bang. De natuurgeesten lachten en een van heen kwam de open plek op.
‘Omdat we je geroepen hebben, Nathan,’ zei ze zachtjes. ‘Je hebt onze hulp nodig.’ Ik keek niet begrijpend om me heen.
‘Waarmee heb ik jullie hulp nodig?’ vroeg ik.
‘Met het vinden van je eigen soort,’ zei ze. ‘Iets waar Max al heel lang mee bezig is.’
‘Ik wil helemaal niet naar mijn eigensoort,’ zei ik boos. ‘En ik begrijp niet waarom Max me daar wel wilt hebben.’
‘Je bent boos op hem,’ zei ze. Het was geen vraag, maar ik knikte toch. ‘Je moet terug gaan naar je vrienden, Nathan. Je moet Max vergeven.’
‘Ik zal hem nooit vergeven! Door hem ben ik onsterfelijk!’ riep ik uit.
‘Nee, Nathan,’ zei een andere natuur geest die de openplek op kwam zweven. ‘Dan zouden de elfen je gevonden hebben.’ Ze vloog weer weg, een boom in.
‘Wist Max dat?’ vroeg ik zachtjes. ‘Wist Max dat mijn eigen soort me zou vinden?’
‘Dat is iets wat alleen Max en misschien Tom weet,’ zei de natuurgeest. ‘Ga naar huis en neem de bal mee. Het zal je helpen.’ Ik keek naar de ijzeren bal en toen ik weer op keek waren alle natuurgeesten weg en stond Siva daar.
‘Alles goed Nathan?’ vroeg hij zachtjes. Ik knikte verstrooid.
‘Laten we naar huis gaan,’ mompelde ik.
Reageer (1)
yikes
1 decennium geleden