--04

Catelyn Amay Black
'Oké, nu jullie allemaal je spieren los hebben gemaakt wil ik dat je in groepjes van 2 met elkaar gaat oefenen. Je mag alles doen behalve je tegenstander ernstig letsel aan te brengen. Als je dat toch wel doet, maak ik er een notitie van en geef die later aan jullie schoolhoofd. Hij zorgt dan voor een gepaste straf. Is dit allemaal duidelijk?' Smith kijkt iedereen even persoonlijk aan. Dan knikt hij ten teken dat we kunnen beginnen.
De jongens gaan weer in dezelfde groepjes en ik heb weer niemand. Zuchtend draai ik me dus om en loop naar de hangende zak die de worstelaars altijd gebruiken. Dan zal ik daar maar op moeten oefenen. Ik ben er bijna als iemand mijn pols vast pakt en me tegen houdt. Ik wordt hardhandig omgedraaid en kijk in de spottende ogen van Damian. 'Durft het kleine meisje niet tegen de grote jongens te vechten?' Ik voel me zelf nu boos worden. Kan dat klote joch niet oprotten? Hij ziet toch wel dat ik dit niet wil?
'Zoals ik je net al probeerde duidelijk te maken is er niemand meer over. Maar blijkbaar had je het te druk met naar mijn borsten en de rest van mijn lichaam te staren en heb je dat niet gehoord.' Klinkt mijn boze antwoord. Hij moet lachen. Maar wat is in hemelsnaam zo grappig hieraan. 'Nou, dat heb je verkeerd bekeken. Ik stond je inderdaad te bekijken, maar ik had wel degelijk gehoord wat je zei. En je hebt het ook mis met dat er niemand meer is om mee te oefenen. Ik bedoel, ik ben er toch nog.' Ik kijk hem met open mond aan. Hij gaf gewoon toe dat hij met stond uit te kleden met zijn ogen en deed alsof dat doodnormaal was. Die jongen spoorde echt niet, en daar moest ik mee gaan oefenen.
Hij stond me nog steeds afwachtend aan te kijken. Hij meende het echt. Nou ja, het was beter dan met zo'n bokszak te oefenen alhoewel dat niet veel scheelde. Dus ik gaf hem een klein knikje en liep met hem mee naar een leeg plekje op de matten.
We gingen in gevechtshouding tegenover elkaar staan. Hij gaf me een klein knikje ten teken dat ik mocht beginnen. Ik begon uit te halen met mijn voet en al snel leek het alsof we samen een ingewikkelde dans samen deden. Soms raakte hij mij en soms raakte ik hem. Het ging gelijk op. We gingen zo bijna een kwartier door totdat ik schrok van een luide gil. Aan de andere kant van de gymzaal zat een meisje huilend op de grond. Ze hield haar pols met een pijnlijk gezicht vast. Snel rende een paar leraren naar haar toe. 'Gaat het?' 'Laat je pols eens zien.' 'Je moet naar de dokter.'
Ze praten allemaal door elkaar, roepen allemaal adviezen maar doen niks. Dan De Jong er ook heen. 'Wat is er gebeurd?' Vraagt hij. Het meisje antwoord, maar we verstaan haar niet. Dan voel ik opeens een schop tegen mijn bovenbeen. Met een ruk draai ik me weer om naar Damian die me aankijkt. 'Altijd blijven opletten. Zoiets kan in een echt gevecht ook nep zijn, een valsstrik.' Ik kijk hem boos aan. Dan pas merk ik dat alle jongens van onze groep om ons heen staan. 'Waar staan jullie naar te kijken?' Roep ik uit. Mijn reactie verbaasd hen. 'Rustig maar, we keken alleen maar hoe jullie vochten. Dat was echt geweldig. Je had bijna van hem gewonnen.' Mijn gezichtsuitdrukking veranderd naar verbaasd. Gaven ze me nu echt complimentjes? Ik droomde toch hopelijk niet.
Opeens klonk de stem van Smith. 'Ze hebben gelijk, meisje. Dat was goed. Waar heb je dat ooit zo geleerd?' 'Nou, ik zit sinds mijn vijfde op taekwondo en karate. Ik kreeg van mijn opa altijd meditatie les en dan probeerde ik me zelf ook nog wat te trainen.' Verbaasd keken ze me aan. Ik zag de vragen door hun hoofden flitsen. Smith keek me ook nog even bedenkelijk aan. 'Wat is je naam als ik vragen mag?' 'Catelyn, Catelyn Amay Black.' Antwoordde ik verbaasd. 'Nou Catelyn, je hebt zeker talent voor dit. Als je professioneel wilt, denk ik dat je nog ver kunt komen.' Hij keek me even strak aan en ik moest blozen. Ik was het niet gewent dat mensen zo lovend deden, en vooral als het eigenlijk ook nog vreemden zijn. 'Oké mensen, de les is over. Ruim de spullen op, en dan kunnen jullie je omkleden. Prettige dag verder.' Met deze woorden draaide hij zich om en nam Damian met zich mee naar buiten.
We begonnen alles op te ruimen en waren ruim voor de bel klaar. Ik haastte me naar de kleedkamer waar ik snel onder de douche sprong. Ik had er een hekel om vies ruikend ergens anders heen te gaan.
Na een half uurtje stond ik buiten. Rustig liep ik naar mijn fiets toe. Ik was nu eerder uit dan normaal en had dus meer tijd voordat ik weer moest sporten. Ik fietste rustig naar huis toe. Halverwege de rit kreeg ik het gevoel dat iemand me volgde. Snel wierp ik een blik over mijn schouder en zag een zwart busje dat al de hele tijd achter me reed. Ik kreeg er de kriebels van. Ik reed nu op een afgelegen weggetje aangezien ik buiten de stad woonde. Nog steeds reed het busje achter me aan.
Toen ik weer een blik over mijn schouder wierp zag ik dat het busje sneller aan het rijden was. Het haalde me in en stopte toen abrupt een paar meter verderop. Ik moest nu wel stoppen omdat ze midden op de weg waren gestopt en ik er fietsend niet om heen kon.
Ik stapte af om er omheen te lopen. Ik liep met mijn fiets aan de hand toen opeens de schuifdeuren van het busje opengingen. Ik keek verschrikt opzij. Oké, nu werd ik echt bang. Maar voordat ik goed kon reageren, duwde iemand een vies ruikende lap tegen mijn neus aan en iemand anders hield mijn armen en benen stevig vast. Ik voelde hoe mijn spieren zich verslapten. Ze sleepten me het busje in en dat was het laatste wat ik me herinnerde voordat het allemaal zwart werd.
Reageer (1)
OMG...gaat het niet verder?!?!?!?!
1 decennium geleden