0.1
Een straal zaklantaarn scheen op de sokkel waar de zwart achtige steen lag, Emm trok haar wenkbrauw verassend omhoog. ‘Een steen…’ Zei ze terwijl ze ongelovig naar de sokkel keek en daarna haar blik afwende naar Eve die naast haar was gaan staan. ‘Waarom zouden ze dit willen?’ Vroeg ze zichzelf hardop af en hoopte een antwoord van Eve, maar tot haar spijt bleef het erg stil naast haar. Ze zuchtte en maakte aanstalten om de steen te pakken toen Eve haar arm vastpakte om haar tegen te houden. ‘Jezus Eve, ik schrik me dood!’ Valt Emm geïrriteerd uit. ‘Denk je nou niet dat er geen beveiliging is?’ Zegt Eve rustig en glimlacht kort. Emm rolt met haar ogen, ‘Ja…’ Zegt ze, haar handig lekend er niet verder op in te gaan. Emm stond een beetje ongemakkelijk naar de steen te staren, het leek er niet op dat er enige beveiliging was maar schijn bedriegt. ‘De beveiliging staat uit.’ Hoorde ze een rustige stem zeggen, een stem die ze onderhand wel uit duizend kende maar zodra ze zich omdraaide was hij alweer verdwenen. ‘nou, let’s get it.’ murmelde Emm in zichzelf en reikte haar hand uit naar de steen, en zodra haar hand de steen raakte voelde het alsof iets via haar hand naar boven kroop. Geschrokken zette ze een stap achteruit en keek met een wantrouwende blik naar de steen. Eve keek haar verbaasd aan en haalde haar schouders op, ‘dan pak ik hem wel.’ Zei ze en glimlachte. Emm fronste haar wenkbrauwen en bekeek de arm zorgvuldig, er was niets op aan te merken. ‘Emm, kom op. Ik wil hier niet langer blijven dan nodig.’ Ze keek op, Eve stond bij de deur met een ongemakkelijke blik op haar gezicht. ‘Ik kom al’ zei Emm zachtjes. En samen liepen ze dezelfde weg terug als hoe ze gekomen waren. Even vroeg Emm zichzelf af of dit wel goed was, ze waren tenslotte iets aan het stelen. En als iemand erachter zou komen riskeerde ze zeker celstraf en erger. ‘Ik hoop maar dat deze steen flink belangrijk voor ze is.’ Mompelde Emm, ze had zeker geen zin om nog ergens in te breken en iets te stelen omdat de bewakers dat zo nodig moesten hebben. ‘Waarom konden ze het eigenlijk zelf niet doen?’ vroeg ze aan Eve toen ze ineens een stem hoorde. ‘Wij kunnen het niet aanraken.’ Emm en Eve draaide zich met een ruk om, achter hun stond Gabrië. Hij keek ons strak aan en daarna viel zijn blik op de steen in Eve haar hand, ze keek zelf nu ook omlaag naar de steen. Ze stonden daar met zijn drieën een beetje ongemakkelijk elkaar aan te kijken. ‘Hoe moet ik het aan je geven?’ vroeg Eve aan Gabrië toen ze zich herinnerde dat hij had gezegd dat ze het niet konden aanraken. Gabrië reikte naar zijn broekzak waar hij een donkere zak uit haalde, ‘stop hier maar in.’ Zij hij terwijl hij de zak overhandigde, Eve liet de steen erin vallen en gaf de zak weer aan Gabrië. Hij glimlachte kort toen hij de zak weer vast had. Emm haar mond viel bijna open van verbazing, ze had Gabrië nog nooit een emotie zien tonen en nu glimlachte hij warempel. Voordat Gabrië aanstalten maakten om weg te vliegen legde Emm haar hand op zijn schouder, ‘Wacht even’ zei ze. Gabrië draaide zich verrast om. ‘waarvoor hebben jullie die steen nodig?’ vroeg Emm, dat wilde ze eigenlijk al weten vanaf het moment dat Gabrië erover begon. ‘Eigenlijk hebben we hem niet nodig…’ begon Gabrië, Emm keek hem met een ongelovige blik aan, ‘sorry, Wat? Waarom moesten wij hem dan stelen uit het museum?’ Eve legde een hand op de schouder van Emm. ‘Er is vast een goede reden voor.’ Eve wist dat als Emm eenmaal boos was dat het helemaal uit de hand zou lopen dus deed ze haar uiterste best om haar rustig te houden. Emm begrijp wat Eve probeerde te doen en kalmeerde, Gabrië vervolgde zijn verhaal. ‘We moeten de steen verstoppen voordat de Delito hem krijgen.’ Emm schrok, de Delito waren vampier-achtige wezens. Ze voedde zich niet alleen aan het bloed van hun slachtoffers maar ook hun ziel en dat was juist hetgene dat ze zo gevaarlijk sterk maakte. Van elke ziel waarmee ze zichzelf voedde werden ze sterker. ‘Waarvoor zouden de Delito de steen willen dan?’ vroeg ze zichzelf hardop af. ‘Voor de Delito bevat hij immense krachten, als een Delito hem aanraakt zal hij onsterfelijk worden, en dan bedoel ik niet alleen dat ze niet ouder worden. Maar dat je ze niet kan vermoorden.’ Het viel stil, Gabrië vloog weg en Emm en Eve bleven achter.
Er zijn nog geen reacties.