6.
Ik wilde deze eigenlijk gisteren activeren, maar toen had ik helaas geen tijd. Het verhaal begint eindelijk een beetje van de grond te komen hier
EN DE E IS ZOJUIST VAN MIJN TOETSENBORD GEVALLEN AAAAAAH
Die middag had ik meteen toen de lessen afgelopen waren mijn schooluniform ingewisseld voor mijn favoriete trainingsbroek. Met een donkerblauwe Gap-trui die van mijn moeder was geweest om mijn bovenlichaam slobberend had ik besloten om het gebouw eens te verkennen. Eigenlijk wilde ik het grasveld en de binnenplaats eens van dichtbij bekijken, maar het regende buiten en dus was ik genoodzaakt binnen te blijven. Ze zeggen dan wel dat meisjes niet van suiker zijn, maar ik weet dat dat niet waar is. De regen laat mij wel degelijk smelten – althans, mijn wimpers.
Na een tijdje ronddwalen merkte ik dat ik was beland in een deel van het gebouw waar ik nog niet eerder was geweest. Aan weerszijden van de gang was om de zoveel meter een deur, en er hing een vreemd geurtje: een soort mengsel tussen zweetsokken en een hele lekkere, zoete geur die ik niet helemaal kon plaatsen. Aan het eind van de gang was een raam te zien, dat wijd open stond, en ik besloot daarheen te lopen om me te oriënteren doormiddel van de omgeving.
Vanuit het einde van de gang klonken er steeds harder wordende stemmen. Af en toe klonk er bulderend gelach, duidelijk van een jongen afkomstig, en ineens wist ik wat die zoete geur moest zijn: axe-deodorant! Blijkbaar trok dat spul inderdaad meisjes aan, net als in de reclame, en zelfs in combinatie met de geur van zweetsokken. Ik concludeerde dat ik in het jongensdeel van het gebouw was beland, en dat ik hier eigenlijk niet zou moeten blijven rondhangen – ware het niet dat ik de weg terug niet meer kon vinden. Ik had niet zo'n zin om eindeloos te blijven ronddwalen, ik begon inmiddels aardige honger te krijgen, en dus besloot ik even de weg te vragen aan de jongens bij het raam.
Aan het einde van de gang bleek een hele ruimte te zijn, inclusief pooltafel, een stel banken en een televisie. Op een groepje jongens van ongeveer mijn leeftijd dat zich op twee van de banken had laten neervallen na was de ruimte leeg. Ik werd eerst niet opgemerkt, de jongens leken het druk te hebben met naar hun voeten staren en cola naar binnen gieten, maar na een tijdje besloot ik daar verandering in te brengen. 'Hello!'
Twee paar glazige ogen richtten zich op mij, de rest deed alsof ze me niet hadden opgemerkt en bleef voor zich uit staren. Waren ze allemaal gewoon heel moe – of zat er geen cola in die blikjes?
'EMERGENCY! We have an intruder!' Eén van de jongens sprong van de bank en kwam op me afgestormd. Ik haalde diep adem om hem het echte verhaal te vertellen, toen een vreemd geurtje mijn neusgaten binnen kwam drijven. Nee, het was noch de cola noch de vermoeidheid die het dode gedrag van de jongens veroorzaakte, het was de wiet. Ik moest een giechel van ongeloof onderdrukken: als er één plek was waar ik dit niet verwachtte tegen te komen, en het me zelfs niet zou kunnen voorstellen, dan was het hier.
De jongen pakte mijn arm vast en probeerde me achter hem aan te sleuren. 'You, alien... what do you want from us?'
'Only the way out,' antwoordde ik, half lachend, terwijl ik mijn arm uit zijn niet al te vaste greep rukte. De jongen struikelde, uit zijn evenwicht gebracht, en kwam een paar stappen verderop tot stilstand. Langzaam draaide hij zich om en liet zijn knalblauwe ogen over mijn lichaam glijden. Hij was iets langer dan ik, maar niet veel; waarschijnlijk één meter vijfenzeventig of zoiets.
'But... did you know we girls aren't aliens?'
Daar leek hij even overna te denken, maar toen verscheen er langzaam een grijns op zijn gezicht, alsof hij iets heel slims bedacht had. 'Yes, you are. You are from Venus.'
'But you're from Mars.' Misschien was dit wel een beetje een oneerlijke strijd. Ik liet mijn armen langs mijn lichaam vallen en liet mijn ogen door de kamer glijden. Waar hadden ze alle andere jongens gelaten?
Na nog eventjes nagedacht te hebben, haalde de jongen zijn schouders op en stormde opnieuw op me af. 'Anyways, alien, you're going down!'
Ik ontweek zijn aanval met gemak. Op dat moment knorde mijn maag en realiseerde ik me dat ik stierf van de honger. Mijn meligheid verdween en het enige wat ik wilde was eten. Ik draaide me om richting mijn aanvaller, die waarschijnlijk tegen de muur aangeknald was en nu half op de grond lag. Ik stak mijn hand naar hem eind, greep zijn arm toen hij die niet aanpakte, en trok hem overeind. 'What's your name?'
'Clyde.' Hij klopte zijn broek af en haalde een hand door zijn haar. Nu ik hem van dichterbij zag, kon ik de sproetjes op zijn wangen en neus duidelijk zien. Als hij niet zo knetterstoned was geweest, had ik hem ongetwijfeld knap gevonden. Maargoed, als mijn tante wieletjes had, dan was ze een karretje, zei mijn moeder altijd – en ze had volstrekt gelijk. Clyde was stoned, en dus kon ik alleen maar met afgrijzen naar hem kijken. In het weekend een beetje losgaan, a la, maar op maandagmiddag? Dan was je toch een beetje van het rechte pad afgeraakt.
'Can you point me the way to the cafeteria?' Ik perste een glimlach op mijn gezicht, in de hoop dat dat de kans op een antwoord zou vergroten.
Clyde wees onhandig naar rechts. Ik bedankte hem en besloot hem maar gewoon een knuffel te geven. Haastig liep ik weg, zijn aanwijzingen en mijn maag achterna.
'Bye, alien!' Er ontsnapte een giechel uit mijn mond. Die jongen was gek.
Reageer (2)
haha idd
1 decennium geledenIk hou nu al van Clyde
1 decennium geledenOkal was ie stoned, en noemde hij haar een alien, enzo
Snel verder