Schurk - 21
Toen hij de volgende morgen wakker werd, zat Walter nog steeds naast hem. Waarschijnlijk had hij niet geslapen.
“Gadeck, hoe gaat het met je?”, vroeg hij bezorgd. Hoe lang was het geleden dat hij zo naast hem gezeten had?
“Een lichte hersenschudding, vermoed ik, een dagje rust en het is zo weer over”, stelde hij hem gerust. Walter glimlachte naar hem. Het voelde allemaal zo vreemd. Gadeck had sinds de dood van zijn ouders nooit meer écht om iemand gegeven, besefte hij nu. Daarom moest hij ervoor zorgen dat hij een goede toekomst tegemoet ging. Eén die hij hem niet zou kunnen geven. Hij moest een manier vinden. Dat was hij hem verplicht. In het kasteel maakte Walter het meeste kans. Charlotte zou zeker borg voor hem willen staan. Zou ze al voldoende hersteld zijn om haar vader te vertellen wat er gebeurd was? Ze had hem beloofd om niemand achter hem aan te sturen dus kon ze ook niemand de opdracht geven Walter naar haar toe te brengen. Hij sloot zijn ogen. Van al dat gepeins werd de pijn erger, maar hij kon het niet uit zijn hoofd zetten. Hij hield zielsveel van Walter en daarom moest hij ervoor zorgen dat hij in het kasteel terechtkwam. Dit kon hij echter niet doen voor Charlotte genezen was, maar hij kon ook niet het risico lopen dat hij en Walter gevonden zouden worden, terwijl zij misschien nog bewusteloos was en Walter niet kon beschermen. Hij moest zekerheid hebben over haar toestand.
“Walter,” zie hij. Hij voelde zich meteen al schuldig omdat hij die jongen andermaal voor de gek ging houden, maar het was voor zijn eigen bestwil.
“Walter, kun je naar de stad gaan om te weten te komen hoe het met de prinses is?” Hij schoot onmiddellijk overeind.
“Natuurlijk”, Daarna aarzelde hij, “Weet je zeker dat je het redt in je eentje?” Gadeck knikte: “Het enige wat ik nodig heb is rust. Het lukt wel.” Na nog een laatste bezorgde blik verdween hij.
Reageer (1)
aaawh hij is egt lief
1 decennium geledensnel verder(K)