Foto bij hoofdstuk 21

1000 x sorry dat ik zoooooo superlang niet geschreven heb, echt waar ik voel me zo schuldig, we hadden de laatste weken zo enorm veel huiswerk en ik zat een beetje vast met het verhaal maar hier is dan eindelijk een nieuw hoofdstuk :D , ik hoop dat jullie het goed vinden
en jullie zijn trouwes echt geweldig met al die lieve reacties (22 abo's jeej)

Ik was diep in gedachten verzonken toen ik voetstappen hoorde naderen, en voor het eerst vroeg ik me af of dit wel zo’n goed idee was. Ik ging recht staan en maakte me klaar om zo snel mogelijk weg te rennen zodra de careers te dichtbij waren. Ik hoorde hen steeds dichter komen totdat ik hen tussen de takken door had gezien, precies op dat moment had Rue het tweede vuur aangestoken waardoor er nu een rookpluim in de andere richting te zien was. Ik wilde er liefst nu meteen vandoor gaan, maar ik moest wachten tot ik zeker was dat ze me gezien hadden. Ja, ze hadden me gezien, tijd om weg te wezen. Mijn benen kwamen in beweging en ik maakte me zo snel ik kon uit de voeten. “jullie twee gaan daarheen, ik volg haar wel”, hoorde ik Cato nog roepen toen ik in de tegenovergestelde richting liep. Ik hoorde zijn pas versnellen tot looppas wat betekende dat hij achter me aan kwam. Ik begon een beetje in de stress te schieten, ik was wel snel maar sneller dan Cato? Ik betwijfelde het. Ik spoorde mijn benen aan om nog iets sneller te gaan terwijl takjes in mijn gezicht sloegen en ik bijna tegen bomen opbotste. ik wendde mij even af van de grond onder mijn voeten om een blik te werpen op mijn achtervolger die steeds dichterbij kwam. Maar hier maakte ik een grote vergissing: doordat ik nu achter me keek had ik niet door de er een boomwortel op mijn pad lag. Mijn voet bleef haken en enkele ogenblikken later lag ik verward op de grond. Shit, als ik hier nog lang bleef liggen zou Cato me zeker inhalen. Ik probeerde op te staan maar het was al te laat. Cato verscheen nog geen tel later en aarzelde geen seconde. Hij drukte met geweld terug tegen de grond, waardoor ik met mijn rug hard tegen de bodem kwam en alle lucht uit mijn longen werd geslagen. Hij ging op me zitten en klemde mijn armen tussen zijn benen zodat ik niks kon uithalen. Ik spartelde zo hard ik kon met mijn benen en probeerde hem van me af te krijgen terwijl pure doodsangst zich van me meester maakte. Hij moest dit aan mijn gezicht gezien hebben want er verscheen een zelfvoldane grijns op zijn gezicht en hij begon wat rustiger te ademen nu hij wist dat ik geen kant opkon. Zijn gezicht kwam langzaam dichter naar het mijne toe terwijl uit zijn riem een groot mes haalde. Hij zette het mes op mijn keel en met zijn vrije hand veegde hij teder wat verdwaalde plukjes haar uitt mijn gezicht. De grijns was van zijn gezicht verdwenen, er viel geen enkele emotie van af te lezen. Zijn lippen waren nu nog maar een paar centimeter van de mijne verwijderd en ik kon de spanning tussen ons voelen oplopen. Het liefst van al wou ik mijn blik op iets anders richten mijn zijn blauwe ogen hielden de mijne vast. Heel even vertrok geen van ons ook maar een spier en keken we elkaar alleen maar in de ogen. Maar toen duwde hij het mes nog iets harder tegen mijn huid waardoor er nu een dus straaltje bloed over mijn keel liep. Ik piepte kort van de pijn en de grijns keerde weer op zijn gezicht terug. ‘wat gaan we nu doen hé?’ fluisterde hij,’ weet je ,ik win altijd, wat er ook gebeurd.’ Hij ging zachtjes met zijn vingers langs mijn gezicht en ik voelde om de een of andere reden kriebels in mijn buik. Nee, het waren geen kriebels het was gewoon de angst. Hij trok me ineens bruusk overeind en smeet me tegen een boom. Ik krabelde overeind bleef tegen de stam staan als steun. Oké nu was ik het ech beu, als hij me dan zonodig moest vermoorden dat hij het dan snel deed, ik kon er helemaal niet tegen als mensen met me speelden. ‘doe het gewoon snel oké!’ zei ik kwaad tegen hem. ‘maar ik ging het net langzaam doen, om je zo lang mogelijk in leven te laten,’ zei hij terwijl hij dichterbij kwam met het mes in zijn handen, ‘ het enige wat ik niet snap is dat je zo dom was om een vuur aan te steken.’ Hij was nu bij mij en wou me net de eerste pijn toedienen toen er een reeks luide knallen te horen waren. ‘dat was omdat ik de afleiding was, Cato’, zei ik zoet en met deze woorden duwde ik hem van me af en ging er als een haas vandoor naar de plek waar Rue, Katniss en ik elkaar weer zouden zien.

Reageer (8)

  • Allysae

    omg
    snel verder

    1 decennium geleden
  • Jiffzzy

    verder!

    1 decennium geleden
  • Vanth

    Yay nieuw hoofdstuk ^^

    Snel verder!!

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen