Fifty-two.

In groepen van twee beginnen we het gebouw opnieuw uit te kammen. Ik met Abby, Louis met Zayn en Liam met Daniëlle, die toevallig vandaag bij hem sliep. Liam en Daniëlle zouden de onderste etages en de begane grond doen, Louis en Zayn daar tussenin en ik zou met Abby naar boven gaan. We stormen als een gek de trap op en besluiten van onder naar boven te werken. Op de eerste twee verdiepingen die wij zouden doen vinden we niks. We hebben bij alle deuren aangebeld, op alle verstopplekken gekeken en alle overige deuren opengegooid. Maar we vinden hem nergens. Met een zucht belanden we op de volgende etage. Abby gaat naar rechts, ik naar links om daarna om te draaien, voor de zekerheid. Als we weer terug zijn bij de trap schudden we beide somber ons hoofd. Weer geen Niall. Zo gaat nog een aantal etages tot we bij de laatste etage aankomen. Na een tijdje zoeken komen we allebei weer terug bij de trap. Ik laat me langs de muur naar beneden zakken. “Where is he?” mompel ik zacht. Abby schud haar hoofd en komt naast me zitten. Voor de zoveelste keer check ik mijn mobiel op berichten van Louis, Zayn of Liam. Of misschien Niall. Maar niemand die hem heeft gevonden. Dan valt mijn oog op een luik in het plafond. Ik knijp mijn ogen samen om te zien wat erop staat. ‘Forbidden for unauthorized. Warning: dangerous with storm!’ zegt de sticker. Abby volgt mijn blik en knijpt ook haar ogen samen om het te lezen. “The roof!” gilt ze geschrokken. Beide schieten we in paniek omhoog. Ik maak het luik open en rol de trap naar beneden met trillende handen. Ongeduldig klimmen we de trap op om in een hokje op het dak uit te komen. Ik klem mijn hand om de deurklink en druk hem naar beneden. Op slot. Ik bedenk me geen moment en begin tegen de deur te ramen. Abby komt naast me staan en helpt ook mee. We bonken, schoppen en stompen tegen de deur aan maar niks lijkt te helpen. Tranen stromen over mijn wangen. “Niall!” schreeuw ik wanhopig. “Please, Niall!” mijn stemt zwakt langzaam af en gaat over in snikken. “Please...” fluister ik nu zacht terwijl de tranen over mijn wangen stromen.