~ Hoofdstuk 24 ~

Mopperend zat ik naast Effie in de trein. Toen Herman me eergisteren van de jongensslaapzaal haalde, was ik verontwaardigd. Ron, Harry en Ginny waren zonder te zeggen weggegaan. Natuurlijk hadden ze wel een goede reden gehad, de vader van Ron was aangevallen door een slang en lach in het ziekenhuis. Maar dat ik niet mee had gemogen, snapte ik nou helemaal niet. Ook de plannen waren gewijzigd, we zouden nu kerstmis vieren op Grimboudplein 12, bij de peetvader van Harry, Sirius. Toch noch wel benieuwd naar Sirius, het huis en vooral het eten keek ik uit naar kerst. Ohja, niet te vergeten, mijn cadeautjes! Herman zat samen met Loena en Marcel in een wagon, gezellig kletsend over het afgelopen halfjaar en de komende kerst. Tevreden zat ik samen met Effie aan een pompoentaartje te knabbelen. Buiten begon het te sneeuwen. Kerstmis kon beginnen!
Opgewonden stuiterde ik de trap af, glipte tussen de kier van de deur door en staarde vol verbazing naar de kerstboom, waar tientallen cadeautjes lagen. Het was eerste kerstdag, heel vroeg in de ochtend, op Grimboudplein 12. Het was heel gezellig geweest deze dagen. Het huis was versierd, schoongemaakt, opgeknapt en opgeruimd. Veel mensen van de Orde van de Feniks waren een avondje langsgekomen. Jammer genoeg had ik niet meegenomen toen ze op bezoek gingen bij Meneer Wemel. Dieren waren niet toegestaan in het ziekenhuis. Maar samen met Effie en Knijster, de oude huiself, was het heel gezellig geweest.
Sirius doet altijd gemeen tegen Knijster, terwijl hij juist erg aardig es! Hij maakt heerlijke pasteitjes voor me, tilt me op als ik bij de tafel wil komen en ik mocht zelfs een keertje met hem meeverdwijnselen toen hij boodschappen ging doen. Ik had Knijster voor kerstmis een gebutste, maar met mooie kleuren versierde beker gegeven. Er stonden de initialen van R.A.Z. op, geen flauw idee wie of wat dat was, maar de beker zag er mooi uit en had mij niks gekost. Ik vond hem in een van de dozen met troep die wegmoest. Hij lag mooi ingepakt onder de kerstboom, er zat een roze lint omheen. Maar nu op dit moment, zocht ik naar mij eigen cadeautjes. Nieuwsgierig keek ik in het rond. Op dat moment hoorde ik achter me de vloerplanken kraken. Snel draaide ik me om.