Foto bij Leaving for Hogwarts

hier is dan het eerste hoofdstuk
hope you like it (A)

Zenuwachtig stond ik in de gang te wachten tot iedereen klaar was om te gaan. Natuurlijk moesten Albus en James weer eens te laat zijn.
‘jongens schiet eens op straks komen we nog te laat’ riep mama.
Mijn vader streek even met zijn hand door mijn haar en ging toen naast mijn moeder staan.
‘al een beetje zenuwachtig?’ vroeg mijn vader glimlachend.
‘een heel klein beetje’ zei ik stik zenuwachtig.
Mijn ouders grinnikten even en keken elkaar vervolgens verliefd aan.
‘onze kleine meid word groot’ zei mama en ze veegde snel een traan weg.
‘ik ben al groot’ zei ik.
‘jij bent een uk’ lachte Albus toen hij voorbij schoot en zijn jas pakte.
Ik stak mijn tong naar hem uit en keek kwaad de andere kant op.
‘heeft iedereen alles?’ vroeg mijn moeder bezorgd.
‘ja’ riepen we met zijn drieën in koor.
‘gewaden, ketel, toverstok en boeken?’ somde mijn moeder op.
‘ja’ zeiden we weer.
‘mooi zo, dan kunnen we volgens mij gaan.’ zei mijn vader.
We liepen met z’n vijven naar de auto. Alle koffers zaten al in de achterbak gepropt. Natuurlijk werd ik weer in het midden gepropt op de achterbank tussen mijn twee broers in. De hele weg naar het station in Londen was ik stil en aan het nadenken over de komende uren. Wat als ik geen vrienden krijg? Wat als ik niet in Griffoendor kwam? Wat als ik er niks van bakte? Allemaal vragen spookte door mijn hoofd, maar voor geen enkele vraag had ik een antwoord. Blijkbaar had mijn moeder mij zo paniekerig zien nadenken en probeerde me gerust te stellen door een hand op mijn knie te leggen.
‘het komt allemaal wel goed Lil’ zei ze geruststellend.
‘maar wat als ik niet in Griffoendor kom?’ vroeg ik angstig.
‘dan heeft de afdeling waar je wel in komt een hele dappere heks erbij’ zei ze glimlachend.
‘maar ik wil zeker niet in Zwadderich’ zei ik vastbesloten.
‘als je daar echt niet bij wilt kan je dat tegen de sorteerhoed zeggen en misschien houdt hij er dan rekening mee’ zei mijn vader glimlachend via de achteruit kijk spiegel.
De auto werd met een scherpe bocht op een parkeerplaats gereden en stond toen stil.
‘hup hup, iedereen eruit en opschieten, want de trein vertrekt over een kwartier’ zei mijn moeder snel.
Vlug stapte iedereen uit en met zijn allen haalden we de koffers uit de achterbak. Mijn koffer werd door mijn vader achter zich aangetrokken, want ik kreeg dat loodzware ding niet vooruit.
Eenmaal door de magische muur heen tussen perron 9 en 10 stonde we op perron 9¾. Het was er heel erg druk, overal stonden ouders afscheid te nemen van hun kinderen. Blijkbaar had James onze oom en tante al zien staan en begon hun richting in te lopen. We volgenden hem snel en zagen Ron en Hermelien inderdaad een stukje verderop staan. Hugo en Roos stonden ook naast ze en zwaaiden uitbundig naar ons.
Ze kwamen ons te gemoed lopen en onze ouders gaven elkaar een hand en een vriendschappelijke knuffel.
Hugo stond nerveus aan de rand van zijn t-shirt te plukken. Glimlachend legde tante Hermelien haar handen op de zijne en probeerde hem zo te kalmeren.
‘volgens mij moeten ze naar de trein anders gaat die er vandoor zonder hun’ zei mijn oom Ron lachend.
‘dat lijkt mij een goed plan’ zei papa.

Reageer (1)


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen