Ruby Red Trouble
plaatje is iets wat ik bij heb getekent, en hoe de hoofdpersoon er zeg maar uitziet.
DIt is mijn eerst verhaal hier, dus als iets niet klopt, laat het even weten.
“damn, I was bored” Dit was het tweede lesuur, van mijn maandagmorgen, die veel te vroeg begonnen was. In de verte hoorde ik mijn biologielerares overdreven enthousiast kwetteren, over een of ander vogel. Ik kon me er niet toe brengen te concentreren. Mijn beste vriend, Bram die naast me zat, leek hetzelfde proleem te hebben. Zijn groen bruine ogen, keken glazig voor zich uit. Ik keek waar hij naar staarde, Zoë, natuurlijk. Het was algemeen bekend, dat bram Zoë leuk vond, zelfs zij wist het waarschijnlijk wel, maar hij zou liever doodgaan dan met haar te praten. Hij was zo verlegen. Zoë leek door te hebben dat er naar haar gestaard werd, ze draaide zich om. Toen haar ogen die van Bram raakte, grijnsde ze even, ze wist inderdaad dat hij haar leuk vond. Bram voelde zich duidelijk betrapt, zijn wangen kleurde felrood en hij keek snel weg. Ik moest mijn allerergste best doen om niet in lachen uit te barsten, zijn gezicht was echt priceless. Hoe erg ik ook m'n best deed, er ontsnapte toch een gniffel. Bram keek me vragend om, blij voor de afleiding. Het was duidelijk dat hij zich nog steeds wat awkward voelde, omdat hij betrapt werd met staren. Ik gebaarde naar hem dat er niets aan de hand was. Ik probeerde me maar op te gaan letten, dit jaar examens, dus ik moest deze stof uiteindelijk wel kennen. Drie minuten lang hield ik het vol, maar daarna ging ik toch weer verder met het denken aan andere dingen. Ik ging op m'n armen liggen, dit wijtend aan de hoofdpijn, die ik voelde opkomen, hoewel ik eigenlijk wist dat het iets anders was. Ik was gisteravond weer eens op internet “verdwaalt” Als ik eenmaal op zo’n grappige site zit, blijf ik doorklikken en toen was het ineens twee uur ’s nachts. Waarom begon school op maandag ook zo vroeg.
Mn hoofdpijn begon steeds erger te worden, het voelde alsof er iemand met hamer de binnenkant van mijn schedel aan het bewerken was. Verdomme, dat kon ik echt niet gebruiken ik had vandaag tot vijf uur les, en wist dat dit soort hoofd pijn, alleen maar erger kon worden. Ik voelde iemand in m'n zij porren. Ik vergat even dat ik in een klaslokaal zat “wat ?!?” zei ik net iets te hard. Mevrouw van der Velden keek me peinzend aan, en ook zag ik Bram bezorgt naar me kijken. “Is er iets, meneer van Dingelen?” Klonk de scherpe stem van van der Velden door het lokaal. Ik zag iedereen naar me kijken, Bram was niet de enige die bezorgt keek. “Ik voel me niet zo lekker”. Van der Velden knikte en antwoordde dat ik me dan maar even bij de administratie moest gaan melden. Met knikkende benen stond ik op, ik was zieker dan ik zelf dacht. Voor ik ook maar een stap kon zetten, zakte ik door m'n benen. Ik voelde hoe iemand me voorzichtig op een stoel probeerde te tillen. Mn hoofdpijn was nu 100 keer erger, en ik voelde me verschrikkelijk misselijk en slap, dit voelde niet goed. Ik hoorde mensen bezorgt tegen me praten maar het drong niet meer echt door. Toen voelde ik hoe er iets uit mijn neus begon te druipen. Het koste me veel moeite om m'n arm op te heven, maar uiteindelijk lukte het om een druppel van de vloeistof, uit m'n neus op mijn hand te laten lopen, geschrokken keek ik ernaar, er lag een robijn rode druppel op nijn wijsvinger, Bloed. Er kwam bloed uit m'n neus gedropen, nu begon ik echt bang te worden. Ik voelde ook mijn wangen nat worden, wauw ik huilde bloed. Ik had het weleens in een film gezien, toen had het me wel cool geleken, maar nu het echt gebeurde was het doodeng. Iedereen keek me angstig aan, ik hoorde zelfs wat meisjes gillen, maar het klonk heel ver weg. Het leek alsof ik niet meer in m'n eigenen lichaam zat. Alsof ik een was geworden met de hoofdpijn. Mijn lichaam zat daar slapjes te zijn, maar ik zat er niet meer in. Ergens ver weg realiseerde ik me de chaos die mijn lichamelijke conditie met zich meebracht wel, maar ik maakte het niet meer mee. Mn gevoelens leken gedempt e zijn, alles wat ik nog voelde waren angst en pijn. Mijn besef van tijd was verdwenen. Hoewel ik soms wat snippers realiteit doorkree: Bram die me door elkaar schudden en zeer angstig aan keek, Bram was soms wat over-emotioneel, maar zo had ik hem nog nooit gezien. De tranen stroomden over zijn wangen en hij was aan het hyperventileren. Ik wilde hem helpen, vertellen dat alles goed ging komen, maar ik had geen enkele controle meer over mijn lichaam. Zijn handen gingen gestrest door zijn kastanje bruine krullen. Later realiseerde ik dat ik op een brancard lag. Hoe ik daar gekomen was wist ik niet, ik vroeg me af waar Bram gebleven was, maar dat moment dat hij naast me had gestaan kon minuten maar ook uren geleden zijn. Ik snapte niks meer van hoe de tijd in elkaar zat, het leek net een droom. Af en toe ving ik stukken van de school op, mensen die geschrokken keken naar mij op de brancard keken. Daarna sirenes, ze leken ver weg te zijn, maar ik wist dat ze dicht bij waren, dat ik zelf in de ambulance lag. Daar moest ik iets bij voelen, dat wist ik zeker, maar de emoties kwamen niet. Mijn gedachten leken gevuld te zijn met watten, alles leek vaag en ver weg. Steeds meer raakte ik gevangen in die watten wereld tot ik de realiteit volledig kwijt was, mijn eigen naam niet eens meer wist, niet eens meer wist wat ik was, of wat “zijn” betekende. Ik was niet meer.
Er zijn nog geen reacties.