Untill I found you ||155|| Tom
Tom
Kreunend open ik mijn ogen. Mijn telefoon maakt geluid en geeft licht. Ik pak hem vast en neem op. 'Met Tom,' kreun ik en draai me weer op mijn zij. De dekens trek ik hoog op zodat ik het niet koud krijg.
'Tom?' Amynthas haar stem klinkt angstig door de telefoon. Gelijk ben ik klaarwakker en ga ik overeind zitten. 'Amynthas wat is er?'
Bill wordt ook langzaam wakker door mijn stem. Het maakt me niks uit. Ik ga nu niet fluisteren om hem een nachtrust te geven. Amynthas is belangerijker. Als ze om iets over drie in de nacht belt, moet er wel iets aan de hand zijn.
'Ik ben bang Tom,' fluistert ze. 'Wat is er gebeurt?' Ik hoor haar wat brabbelen tegen Levi. Blijkbaar is hij ook wakker, terwijl hij normaal een vaste slaper is. 'Amynthas, wat is er gebeurt?' vraag ik nog een keer als ik geen antwoord krijg. Bill kijkt mij nu ondertussen ook vragend aan, maar ik wuif hem weg.
'Het glas in de kamer is zojuist ingegooid.' Haar stem is niet meer dan een fluistering. 'Het glas is wat?' zeg ik en verhef mijn stem. 'Ingegooid. Wat moet ik doen Tom?'
Een moeilijke kreun verlaat mijn mond. 'Is het hele glas eruit?' Ik wil bij haar zijn, nu en voor altijd. Ze heeft me nu nodig en ik kan niet bij haar zijn. Ik kan haar niet in mijn armen nemen en geruststellende woordjes influisteren.
Er zijn nog geen reacties.