34

June pov.

Chagerijnig liep ik naar buiten, ik kreeg al een preek van Sneep dat ik me teveel met andere dingen bezig houd. Hij heeft dan ook wel gelijk en het word nu tijd om me op me opdracht te focussen. In mijn ooghoeken zitten de drie genaamd Harry, Ron en Hermelien in het gras van de zon te genieten. Deze zaterdag moet ik iets ondergaan, ik begin wel met die Wemel want Griffel is te slim. Bij haar zou ik een groter plan meoten uitwerken. De herinnering met de heer van het Duister komt weer naar boven.

'Voor jou June, heb ik een grote opdracht' sist hij en hij kijkt me aan met zijn geel? achtige ogen, ik zit op een knie gehurkt voor hem. Met grote ogen staar ik hem aan en knik voorzichtig. 'Ik wil June.. Dat Potter zijn vriendjes uit de weg worden geruimt. De bloedverader mag dood, maar die modderbloedje' dat laatste spuugt hij er gewoon uit. 'Die wil ik hier hebben, ze is te slim en weet te veel om haar weg te doen' Nogsteeds met grote ogen knik ik. 'Dankuwel mijn heer' fluister ik en draai me om naar de deur.

Zover ik in me gedachten gezonden was loop ik rustig door het bos heen, ik zie net het meer en loop rustig die kant op, ik wil de bosjes uit lopen om op het zand te stappen maar stop als ik 4 al te opvallende mensen zie, dan staan Kaulitz en Listing op en beginnen te rennen waarbij gelijk alle andere meiden zuchten. Domme tutjes ook, zonder het in de gaten te hebben gaat mijn blik weer naar Tom toe, hij kijkt de andere nieuwe aan Rachel. Ze drukt zijn lippen op die van hem en mijn adem stokt. Hij zoent haar terug, ikvoel een adertje te beginnnen te kloppen, duivels spreek ik een vloek uit en loop zelfvoldaan weg.