‘Schat ik zal je zo missen…’ De laatste woorden van deze prachtige, maar toch droevige avond liggen zo zwaar op mijn maag, en ze stokken in mijn keel. Ik weet dat je me zal missen, helaas, weet ik echter niet hoelang je me zal missen. Tot ik je weer zie? Tot je me vergeten bent… Ik zucht. ‘Missen’ zeg ik hardop. Het landsschap om mij heen kruipt naar me toe. Warme tranen stromen mijn wangen over, terwijl ik tegen de wind in fiets. Twee weken, twee dagen, een jaar. Hoelang zal je me missen? Dit is een van de vele vragen waar ik geen antwoord op weet. Ik zal jou echter voor altijd missen, nu ik onbewust begrijp dat het over is, wat je ook gezegd hebt of wat je ook nog zal zeggen.

Men hoort slechts die vragen, waarop men in staat is antwoord te geven.
Friedrich Nietzsche

Deze avond begon al triest, in het woord ‘afscheid’ is niks positiefs te vinden. Ik weet dat altijd na een tijd lang genieten er een eind zal komen aan dat warme, plezierige gevoel. Plezier wordt namelijk altijd afgesloten in verdriet of ruzie, een evenwicht zal altijd gevormd moeten worden.
We liepen, al wat later de avond, de stad in op zoek naar een geschikt café voor dit ‘afscheid’. Het verliep soepel en een praatje werd telkens afgesloten met gelach. Aan alles komt toch een eind, naar mate de avond verder verliep veranderde de ambiance van deze zo leuk begonnen nacht.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen