[005]
Isaiah Timber
Na nog een korte, verwarde blik achterom te hebben geworpen, haalde ik nonchalant mijn schouders op richting Kyana en liep toen achter haar aan naar binnen. Direct werden we opgeslokt in de enorme stroom met leerlingen en werden we meegesleurd richting de kluisjes. Snel deed ik mijn eigen kleine opslagruimte open en propte mijn zomerjack er in. Daarna sloeg ik het deurtje weer dicht, draaide het kluisje op slot en volgde toen Kyana naar het Engels lokaal. We ploften op onze vertrouwde plek en besteedden de rest van de les weinig aandacht aan de leraar die met driftige bewegingen het huiswerk van gisteren besprak, en af en toe een stuk uit Shakespear voor las.
Toen de bel opnieuw ging, zuchtte ik opgelucht en hees me uit de stoel waar ik al een blokuur in had gezeten. Mijn tas hees ik met een simpele beweging over mijn schouder en haastte me toen het lokaal uit naar de kantine. Kyana had me al snel ingehaald en wees naar een vrije plek toen ze – vermoedelijk – mijn vragende blik had gezien. Ze greep mijn arm vast, sleepte me achter zich aan naar de vrije oncomfortabele stoelen die de tafel omringden en haalde haar lunch uit haar tas. Deze smeet ze ongeïnteresseerd op tafel en nam een hap van de appel die ze in haar hand had. Na een zachte zucht volgde ik haar voorbeeld en zette mijn tas op tafel. Hierin ging ik op zoek naar mijn eten, maar kon dit tot mijn grote ergernis niet vinden.
‘Ga je niet eten?’ vroeg Kyana me fronsend toen ik mijn tas zuchtend aan de kant schoof.
‘Ik ben mijn eten vergeten,’ verzuchtte ik, waarna ik even geërgerd mijn hoofd schudde. Eerst dacht ik mijn pauze etensvrij door te brengen, en had ik Kyana’s broodjes afgeslagen – ze moest inmiddels zelf ook eten -, maar bedacht me uiteindelijk iets. Elan had eten. En veel ook.
‘Ben zo terug!’ glimlachte ik voor ik opsprong uit de oncomfortabele stoel en mijn blik door de kantine liet gaan. Na wat seconden gezocht te hebben, zag ik dan eindelijk mijn broer en zijn vrienden zitten. Snel haastte ik me naar hun tafeltje toe en voelde me ietwat ongemakkelijk toen alle ogen ineens op mij gericht waren.
Mijn blik richtte ik maar op die van mijn broer en glimlachte onschuldig naar hem toen hij me fronsend aankeek. ‘Ik ben mijn eten vergeten..’
De jongens aan de tafel schoten in de lach, maar de clue vond ik niet. Dit besloot ik maar te negeren en richtte mijn aandacht maar weer op mijn geërgerd uitziende bloedverwant. ‘Dat ga je toch niet menen, hè?’
‘Zie ik eruit alsof ik een grapje maak?’ vroeg ik nog steeds lief glimlachend, één wenkbrauw gerezen. ‘Maar omdat jij zoveel hebt, dacht ik dat jij misschien wel met mij wilde delen..’
Elan rolde met zijn ogen en liet een geërgerde zucht horen. ‘Maar dan blijft er niets meer voor mij over,’ wierp hij er verontwaardigd tegenin.
‘Dat is niet waar, Elan,’ wierp ik tegen. ‘Je hebt er al zoveel!’ Ik pruilde even en zette toen mijn handen in mijn zij. ‘Ik protesteerde toch ook niet toen jij drie weken geleden zowat al mijn broodjes op at toen je nog trek had, of wel?’ Mijn gezakte wenkbrauw rees ik weer, om mijn schouders op te halen toen er geen reactie kwam.
‘Prima. Dan niet.’ Ik maakte een ‘tut’ geluidje en schudde mijn hoofd. Mijn arm werd ineens voorzichtig vastgepakt toen ik weg wilde lopen, waardoor ik op mijn plek gehouden werd.
‘Hier. Neem dit maar.’ Elan stak me twee broodjes toe en zuchtte toen. ‘Sorry.’
‘Het is al goed.’ Ik glimlachte. ‘Bedankt, broertje.’ Ik woelde door zijn haren en grijnsde nog breder toen hij luid protesteerde. ‘Tot later.’
Reageer (6)
AWESOMEEEEEEE DIT IS ECHT ONTZETTEND AWESOMIGE STORY! Verder!
1 decennium geleden