Zeg ik en verdwijn van Arthurs zicht.

Het is nu rond vier uur en ik en Ireland lopen naar het nieuwe schietbaan dat pas een paar weken geopend is.
"Denk je dat hij een vergunning heeft?"
Ik haal mijn schouders op.
"Vast wel, hij is bevriend met Elisabetta."
Ireland knikt, maar kijkt me nog steeds aan met haar groene ogen. Alsof ze meer informatie wilt over de familie Héderváry.
"Elisabetta is Hongaars."
Zeg ik uiteindelijk. Ireland fronst een beetje. Ik kijk haar verward aan, wat is er mis met Hongaarse vrienden? Het zicht van de schietbaan komt steeds dichterbij. Ireland neemt een diepe zucht.
"Weetje [Naam], ik heb een voorgevoel alsof ze weten dat we er aankomen."
Ik kijk de buurt wat beter en inspecteer het zelfs. Er is een gespannen gevoel tussen de straten, ze wisten het blijkbaar inderdaad.
"Laat mij alleen gaan."
Zeg ik uiteindelijk, Ireland kijkt me aan alsof ik gek ben.
"Je kunt niet alleen gaan...dadelijk krijg ik op mijn donder van Arthur.."
Ze zucht en pakt haar geweer uit haar jaszak en geeft het aan mij, ik pak het aan en glimlach vriendelijk.
"Wees voorzichtig."
Ik grijns van oor tot oor.
"Geloof me, het gaat me wel lukken."
Ze kijkt me twijfelend aan maar knikt dan toch.
"Laat je niet ontmaskeren."
Ik knik en werp haar nog een blik toe voordat ik naar binnen ga.

~~~

"Jó napot!"
Klinkt de vrolijke stem van de Hongaar.
"Aah, [Naam]. Leuk om je weer te zien."
Zegt hij grijnzend en ik knik, zijn ogen blijven me aankijken wanneer ik een paar stappen naar voren doe en op een stoel ga zitten die er toevallig staat.
"Elisabetta heeft me gebeld."
Voegt hij er toevallig aan toe, ik kijk hem aan met een klein beetje verbazing in mijn ogen.
"Waar heeft ze het over gehad?"
Vraag ik nogal wat onzeker terwijl ik op mijn lip bijt. Daniel aan de andere hand is kalm en kijkt me aan met een enorme grijns op zijn gezicht.
"Over jou, ze vroeg me vooral wat er met jou is gebeurd."
Zegt hij glimlachend, hij pakt zijn sleutels en gebaart dat ik moet opstaan.
"Laten we bij mij thuis wat gaan drinken, het is lang geleden."
Ik begin te twijfelen.
"Nou eh..ik heb eigenlijk niet zo veel tijd weetje.."
Hij kijkt me raar aan.
"Maar als je niet zoveel tijd had was je me hier ook niet komen opzoeken."
Ik sta stil en denk even na, hij heeft wel een punt en hij is zeker de slimste thuis.
"Het spijt me, ik kan mijn afspraak wel een andere dag in plannen."
Hij knikt goedkeurend en ik pak mijn telefoon, snel toets ik Ireland's nummer in die ik net nog van haar heb gekregen. Samen loop ik met Daniel naar buiten, hij doet de baan dicht en grijnst en steekt zijn hand voor me uit. Ik pak het twijfelend vast en loop met hem naar zijn appartement.

~~~

"En hier is het!"
Echoot de stem van de Hongaar luid en vrolijk zodra we de appartement betreden. Ik kijk om me heen, het is verbaasd leeg en overal op de grond staan verf potten van geel tot zwart. Ik ga met mijn vingers door de stenen muur waar een openhaard zit. Uiteindelijk ga ik op de zwarte bank in het midden van de kamer zitten. Daniel komt terug met een bruine fles en twee kleine glaasjes, hij zet ze neer op het kleine tafeltje voor me en doet wat hout in de haard. Hij ploft neer langs me op de bank en begint het bruine goedje in te schenken in mijn glas en dan in de zijne, met een grijns blijft hij in mijn ogen aanstaren.
"egészségére!"
Zegt hij in vreugde wanneer hij zijn glas opheft en die tegen de mijne stoot.
"Proost."
Zeg ik glimlachend terug. Hij neemt een heftige slok en ik neem een kleine nip. Hij kijkt me bewonderend aan.
"Ben je bevriend met Arthur?"
Vraagt hij opeens, ik knik.
"Werk je voor hem?"
Ik schud mijn hoofd.
"Nee, ik kwam hem opzoeken na al die jaren."
Hij glimlacht en knikt tevreden.
"Zoals je nu met mij doet, toch?"
Ik glimlach en sluit mijn ogen even, maar doe ze dan weer open. Als een teken van ja.
"Kan ik je een paar vragen stellen?"
Hij glimlacht goedkeurend, ik glimlach terug en stel hem de eerste vraag.
"Waarom wilde je een nieuwe schietbaan oprichten?"
"Omdat ik mijn oude baan zat was, ik wilde iets nieuws doen weetje. Iets wat niemand heeft gedaan."
Ik knik.
"Heb je je vergunning?"
Hij gaat met zijn hand over zijn nek en krabt even.
"Mhm...nee."
Mompelt hij nog wat verstaanbaar.
"Sorry maar dan moet ik je meenemen."
Zijn ogen worden groot van boosheid.
"Waar neem je me naartoe [Naam]?"
Ik sta op en laat mijn roze badge zien, hij staat snel op met een trek aan zijn heup richt hij zijn geweer op mij.
"[Naam]...je weet niet waar je mee begonnen bent.."
Ik kijk hem aan.
"Tuurlijk, ik help de Kirklands."
Hij lacht schuddend zijn hoofd.
"Foute antwoord."
Hij haalt zijn vinger over de trekker een harde knal werd gehoord en ik rol over de grond en haal mijn wapen ook tevoorschijn. Ireland die de knal waarschijnlijk ook heeft gehoord stormt woest binnen.
"[Naam], alles ok?"
Ik knik grijnzend.
"Ja, alles op zijn gemak."
Ireland kijkt me aan alsof er echt iets mis is met mijn verstand. Daniel staat er oncomfortabel bij, nog steeds zijn geweer op mij en nu ook op Ireland gericht.
"Biecht op Héderváry."
Zegt Ireland met een heftige stem. Daniel schud zijn hoofd.
"Ik heb helemaal niks gedaan, ik heb al tegen [Naam] gezegd dat ik geen vergunning heb."
"Ook al geen vergunning? Geeft me een eerlijke reden om je op te sluiten."
Zegt ze kil met plezier in haar ogen. Even laat Daniel zijn geweer zakken.
"Wat weten jullie dan?"
Ik kijk Ireland aan die de rest van mijn gesprek met Daniel overneemt.
"Zwarte politie, wapen overname."
Zegt ze met een glimlach, Daniel laat zijn geweer op de grond vallen.
"Ok dan, arresteer me."
Ireland slaat handboeien om zijn armen heen. Ze glimlacht en loopt de appartement uit.
"Kom je?"
Ik schud mijn hoofd.
"Kom zo.."

~~~

Langzaam verken ik het appartement waar Daniel in woont, alles lijkt zo rustig en vredig. Ik loop van de woonkamer naar de keuken naar de badkamer. Alles lijkt wel perfect te zijn. Zuchtend loop ik naar zijn slaap kamer, ik leg mijn hand op de deurknop en probeer het open te maken maar het lukt niet. Ik kijk de deur vragend aan en trap het open. Het eerste wat me opvalt bij de ingang is een zwart bed met helder witte lakens, heel normaal en casual. Ik loop de kamer binnen met mijn geweer dicht tegen me aangedrukt, in tijden als deze weet je het nooit. Ik ben in de kamer, alles lijkt wel perfect totdat mijn ogen een kant op rollen. Snakend naar adem kijk ik de naar de zwarte vuilniszak die in de hoek van de kamer zit met twee benen die uitsteken op de top.
"Shit.."
Zeg ik met mijn kalme stem. Ik pak snel mijn mobiel en toets het nummer in van Arthur. Even later staat hij voor de deur van het appartement.
"Wat is er mis?"
Hij kijkt me bezorgd aan.
"Ik heb iets ontdekt, blijkbaar was een vergunning en met de zaken van andere polities bemoeien niet genoeg."
Zeg ik wanneer ik hem de vuilniszak laat zien met een lijk, zijn ogen worden wijd en hij pakt het op.
"Kom met me mee."
Ik knik en loop met hem mee.

~~~

Ireland's POV.
Scotland loopt heen en weer over zijn kantoor, weer ongerust zoals altijd. Hij gooit zijn pen woest neer wat mij, Wales en mijn noordelijke deel laat schrikken. Hij gaat met zijn hand over zijn haren heen.
"Goude politie ook uitgeschakeld."
Wales glimlacht.
"Dat is goed toch?"
Scotland gromt wat onder zijn zucht, hij schudt zijn hoofd.
"Nee, het gaat verder dan een competitie, dit is regel rechte politie oorlog die we niet willen hebben."
Zegt hij gestresst. Ik zucht en loop naar het raam, mijn aandacht gericht op buiten. Geïntereseerd naar twee mannen blijf ik kijken. Een heeft een gele politie uniform en de andere een paarse.
"Shit..."
De aandacht van Scotland, Wales, Northern Ireland en nu ook Alfred en Matthew is op mij gericht. Nieuwschierig komen ze dichterbij en zien ze de twee mannen beneden met verschillende uniformen aan.
"...Hoe hebben ze ons hier gevonden?"
Vraagt Alfred uiteindelijk. Ik kijk hem met mijn signature blik aan.
"Er staat letterlijk met koeienletters 'Roze Politie' voor het station."
Matthew lacht een beetje maar kijkt dan weer terug naar beneden. Hij ziet de twee mannen nergens meer. Ik kijk Scotland aan en geef hem een glimlach.
"Maak je geen zorgen, ik zorg wel voor ze."
Ik loop naar beneden en zie de twee mannen zitten, de ene heeft bruine ogen een een paardenstaart, de ander een sjaal en violette ogen met een koude aura om zich heen dat me de rillingen jaagt. Ik kuch even en hun ogen rollen mijn kant op, beide staan ze op en stellen zich aan mij voor als 'vrienden' van Arthur. Ik frons en kijk ze aan.
"Ireland is de naam."
"Yao en dat is Ivan."
Ik knik en ga zitten achter een bureau van een collega die weg is.
"Wat doen jullie hier?"
Ivan glimlacht met een kinderlijke glimlach.
"We zijn op zoek naar Arthur."
Ik kijk hem onderzoekend aan, knikkend sta ik op.
"Maak jullie zakken leeg."
Zeg ik uiteindelijk, ze maken hun zakken leeg en plaatsen hun spullen in een kom. Vooral wapens, mobieltjes en handboeien zitten in de bak. Ik pak de mobieltjes en ga ze onderspitten en inderdaad een berichtje van Arthur. 'Jongens, ik zie jullie wel op het station.' Ik kijk ze aan en mijn koude blik verdwijnt in een warme en hartelijke glimlach. Ik gebaar ze om op te staan en verdwijn met ze de trappen op.

~~~

[Naam]'s POV.
Samen loop ik met Arthur de bekende hal op, de hal van het ziekenhuis. Met een haast komt Francis uit de deuren gevlogen.
"Jongens, wat is er aan de hand?"
Zijn ogen staan wijd van verbazing na het zien van de lijk in de vuilniszak. Hij knikt en pakt de vuilniszak van hem af en loopt een ruimte in, achtervolgend op zijn tempo lopen we achter hem aan. Hij doet zijn plastic handschoenen aan en mondkapje op en begint de lichaamsdelen een voor een uit de zak te halen. de benen, torso, armen en tot slot het hoofd. Het lijk komt me echter niet bekend voor maar Arthur wel. Hij schudt zijn hoofd en Francis doet de handschoenen uit en gaat met zijn handen door zijn haar en zit op een stoel. Blijkbaar was het iemand die ze kenden?
"Rode politie."
Zegt Arthur wanneer hij mijn gedachten onderbreekt, Francis antwoord met een knik.
"En hij heeft niks gedaan."
Ik zucht en ga op een dichtbijzijnde stoel zitten. Zwaar ongeamuseerd pak ik mijn mobiel en probeer Ireland te bereiken.
"Hallo?"
Klinkt het aan de andere kant van de lijn.
"Ja hey met [Naam].."
Ireland zucht opgelucht.
"Is Arthur trouwens met jou?"
Ik knik maar besef dat ze dat niet kan zien dus antwoord ik met een simpele ja.
"Wat is er aan de hand?"
"Ik heb het appartement nog doorzocht, blijkt het dus dat hij een lijk in een vuilniszak heeft gedumpt. Het lijk is pas gedood. We zijn naar Francis gegaan voor een onderzoek. Hij heeft een schot wond gekregen van een wapen die nog niet eens in Londen bestaat. Zeker weten het werk van Daniel. Maar nog erger, hij was van de rode politie. Misschien zit Daniel achter de maffia werk van de groene politie, misschien werkt hij met mijn moeder?"
Even is het stil aan de andere lijn, waarschijnlijk is Ireland dit alles aan het verwerken of vertelt ze het aan de anderen. Opeens hoor ik de gil van Scotland aan de andere lijn. Zuchtend kijk ik Arthur aan die in de deur opening op me staat te wachtend. Ik geef Francis een bedankend gebaar en loop samen met Arthur terug naar het station.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen