Foto bij Chapter 14

Daar stond ik dan in de gang. Tegenover mij stond mijn vader. Zijn ogen stonden fel, zijn aders waren weer opgezwollen en zijn hoofd liep weer rood aan. “Hoe durfde je zo maar weg te lopen!” Zijn ogen spuwde vuur. Ik deinsde achteruit. Rillingen ontstonden over mijn hele lichaam, bang voor de klappen die hij ieder moment kon gaan uitdelen. Waarom doet hij me dit aan. Mijn ogen werden vochtig en al snel stroomde er tranen over mijn wangen heen. “Alsjeblieft.. sla me niet.” Smeekte ik hem. “Je moet me dankbaar zijn jongedame! Ik geef je eten, onderdak. En jij loopt gewoon weg. Je moest eens weten wat ik voor zo’n walgelijk wezen als jou doe!” spuugde hij. Hij pakte mijn arm vast en verkocht me een klap tegen mijn hoofd. Ik voelde iets branden en vervolgens naar beneden glijden. Met mijn hand pakte ik mijn hoofd vast die open neer bonkte door de harde klap. Bloed, mijn handen zaten vol met bloed. “nee..” Stamelde ik. Maar het was te laat. Hij gaf me een harde klap in mijn maag waardoor ik in elkaar kroop. Ik stootte met mijn bebloede hoofd tegen de kast aan en kreeg het gevoel alsof ik dood ging. Ik wou het, alsjeblieft, laat me doodgaan. Ik smeekte en smeekte. Maar het kwam er niet van. Ik kreeg nog een trap tegen mijn scheenbeen en werd vervolgens bloedend alleen gelaten. Het was voorbij, eindelijk. Ik bleef nog even liggen. Ik had de kracht in mijn benen er niet voor om op te staan. Overal in mijn lichaam voelde het alsof er messen in me werden gestoken. Vanaf mijn hoofd tot aan het puntje van mijn teen. Letterlijk alles deed pijn. “Opstaan!” brulde de bekende stem van mijn vader weer. In een rap tempo wou ik opstaan, wegrennen maar het kon niet. Ik had zoveel pijn. Mijn vader kwam aangelopen en gaf me nog een trap. “Opstaan. Je ligt in de weg.” Met moeite klom ik overeind. Alles deed zo’n pijn. Snapt hij niet dat ik dan écht moeite heb met opstaan? Omdat hij me pijn gedaan had. hij deed me niet alleen van buiten pijn. Maar ook van binnen. Ik kon niet meer. Ik trok me overeind aan de trapleuning. Voetje voor voetje stapte ik de trapleuning op. Ik schuifelde mijn kamer binnen en liet me vervolgens op bed ploffen. Ik was niet in staat om verder nog niets te doen. ik voelde me afgetuigd. Ik voelde me een mislukkeling. Hij zei dat ik een walgelijk wezen was. Ben ik dat echt? Ben ik echt zo vreselijk? Ik wou dit niet meer. Ik wist het zeker. Nu ging ik mijn spullen pakken en ik zou vannacht vertrekken. Weer weg uit deze hel, de straat was nog beter dan dit. Ik ging nog liever dood dan al dit mee te maken. Ik wou geen pijn meer hebben. ik wist zeker dat ik mijn leven kon beteren op straat. Ik zou er alles voor doen. Alles.

Reageer (2)

  • LunaMar

    snel verder, kan je melden wanneer de volgende er is? alvast bedankt!

    XX

    1 decennium geleden
  • Inviolable

    Germ:( arm meisje:(
    ze verdient het niet, zo behandeld te worden:O

    snel verderr(A)!
    xxx

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen