Thirty - Eight~

iemand gooide me van de bank.
"DUDE, what the hell!" riep ik.
"drink." zei Jack en gaf me een andere beker.
hoopelijk was deze niet zo smerig als de andere.
ik dronk de beker leeg en gaf hem terug aan Jack.
"je denkt er niet eens bij na." zei Niall.
"niet denken, maar doen." zei ik en ging weer op de bank zitten.
"nu mag je van mij wel gaan slapen." zei Jack.
"adios!" zei ik en liep naar de trap.
"spreek je Spaans?" vroeg Niall.
"als je lang leeft kan je net zo goed andere talen leren." zei ik.
Liam wilde iets zeggen.
"als jij iets zegt..." begon ik.
ik liep door naar boven.
het was maar beter als ik die zin niet afmaakte.
Lucas liep naar beneden.
"waar is Conner?" vroeg hij.
"geen idee." zei Lilly.
ik ging op mijn bank liggen die boven stond en sloot mijn ogen.
dit zou weer de eerste keer zijn dat ik sliep.
het was wel een tijdje geleden...

*een paar uurtjes slaap later...*

ik stond op en kleedde me om.
gelukkig voelde ik me een stuk beter.
"jij moet je echt leren gedragen!" riep Lilly.
ik liep naar beneden.
"Sky!" riep Niall blij.
de andere draaide zich om.
Aaron trok me van de trap en duwde me op één van de banken.
"hoe gaat het?" vroeg Jack.
"ik voel me goed." zei ik.
Aaron deed allemaal dingen die een dokter ook deed als je aangereden was.
Lilly rende naar beneden.
"je bent dus wakker." zei ze.
Aaron scheen met een lampje in mijn oog.
"Aaron ik laat je dat ding inslikken!" riep ik.
iedereen moest lachen.
"je weet toch wel dat er nog gif in je lichaam blijf zitten." zei Jack.
"dat is overal mee, net als met de griep." zei Lucas.
Conner rende naar binnen.
"Zayn en Harry." zei hij alleen.
dit kon niet goed zijn.
"Sky, blijf hier je bent nog niet sterk genoeg." zei Jack en hield me vast samen met Aaron.
"dit gaat niet om mij..." begon ik.
ik pakte Aaron's en Jack's hand en gooide ze op de grond.
ze lande allebij op de tafel die het begaf.
"...maar om mijn vrienden!" maakte ik af.
"we gaan." zei Conner.
ik rende achter Conner aan.
hoopelijk was alles goed met die twee.
Conner stopte met rennen.
"ze zijn daar." zei hij en wees naar een auto wrak langs de weg.
ik rende naar het wrak toe.
"Zayn! Harry!" riep ik.
er bewoog iets in de auto.
"Sky, ben jij dat?" hoorde ik Zayn roepen.
"ja, zijn jullie oké?"
"ik wel." zei Zayn.
ik pakte Zayn's hand en trok hem de auto uit.
we renden naar de andere kant van de auto.
"Harry?!" riep Zayn.
"wat is er gebeurd?" riep Harry.
er ging een opluchting door me heen.
"heb je iets gebroken?" riep ik.
"denk het niet. wie ben jij?"
"volgens mij heeft hij zijn hersens gebroken." zei Zayn.
ik moest lachen en trok de deur aan Harry's kant kapot.
Zayn en Conner trokken Harry de auto uit.