~008
~Flashback
Ik opende mijn ogen. "William?" probeer ik te zeggen. "shh, ik ben hier." zegt hij. Hij houdt mijn hand vast. Ik keek om me heen. Waar was ik? "Waar zijn we, William." vraag ik. "Breek daar je hoofd maar niet over, je bent in goede handen, bij mij." fluisterd hij, waarna hij een kusje op mijn hand drukt. Wat was er gebeurt? "Probeer nog wat te slapen, Little Bear, je ziet er zwak uit." zegt hij bezorgd. Ik probeer te knikken en sluit mijn ogen.
Ik open weer mijn ogen. Dit keer geen William. Ben ik alleen? Ik kijk nog eens goed rond en probeer de kamer te herkennen, maar dat lukt niet. Ik ga rechtop zitten. Awh, mijn hoofd! Even zie ik zwarte vlekken, maar ik herstel me snel weer. Ik draai me om zodat ik op de rand van het bed zit. Ik zit mijn voeten op de grond en steun op het bed. Langzaam sta ik op. Ik trek de badjas aan die over de stoel hangt waar William de vorige keer zat. Hoelang heb ik geslapen? Ik schuifel richting het raam. Ik open de gordijnen. Een prachtig strand met een opkomende zon die over het water schitterd straalt me tegemoed. Wauw! Ik blijf een tijdje zo staan, tot ik mijn maag hoor knorren. Food! Ik schuifel naar de deur en loop de trap af. Een heerlijke geur van versgebakken brood komt me tegemoed. Ik open een deur en kom in een woonkamer terecht. Waar ben ik in godsnaam? "Little Bear! Je bent wakker!" klinkt een blije stem achter me. Twee sterke armen slaan om mijn middel heen. Twee warme lippen drukken een zoen in mijn nek. "William!" fluister ik. Ik draai me om en druk mijn lippen op de zijne. Onze tongen raken in elkaar verstrengeld en onze lichamen lijken samen te smelten. Dan rommelt mijn buik. "Heb je honger?" vraagt hij. "Ja, heel erg!" grinnik ik. Hij lacht zijn oh zo witte tanden bloot. Een bom vol vlinders spat uitelkaar in mijn buik. Lachend trekt hij me mee naar de keuken. De geur van verse croissantjes komt me tegemoed. "Aww, crossaintjes!" roep ik blij. "Ik weet dat je daar zo van houdt." zegt hij trots. We gaan aan de tafel zitten, waar ik de crossaintjes naar binnen werk. Als we klaar zijn met eten en ik ook mijn thee heb opgedronken kijk ik William aan. "Mag ik nu weten waar we zijn? En welke dag het is? En hoe ik hier beland ben?" vraag ik hem serieus. Hij lacht. "Dat zijn veel vragen in een keer, Little Bear!" gniffelt hij. "Ik meen het William." zeg ik serieus. "Dat weet ik wel" zegt hij. "Ik kan het je alleen nog niet vertellen." zegt hij. "Hoezo niet? Wat lul je nou? William, waar zijn we!" mijn stem sloeg over van woede. "Ssh, rustig Little Bear, het komt nog wel" hij sloeg zijn armen om me heen en kuste me in mijn nek. "Maar..." stamel ik. Hij drukt zijn lippen op de mijne. "Later, oké?" zegt hij.
Reageer (1)
Spanneeeend, haha! <3
1 decennium geleden