Chapter 19
Lachend komen Carlo, Fenna, David en ik de eetzaal binnen, zoals gewoonlijk. We begroeten de mensen die we kennen en lopen naar onze standaard plaats toe. “Waarom zitten we al-tijd hier?” Fenna kijkt vragend om zich heen. Die wilt duidelijk ergens anders zitten. “We zitten hier altijd!” Carlo kijkt haar nep geschrokken aan. Ik geef Carlo een klap en kijk Fenna lachend aan. “Irriteer je je aan deze plek dan?” Ze knikt en kijk verdrietig naar de tafel. “Wat is er, schat?” Bezorgd legt David een arm om Fenna heen. “Het is gewoon.. Deze plek doet me zoveel denken aan gisteren.. Toen we ruzie maakten..” Snikkend verbergt ze zich in Davids armen. “Ik denk dat wij het eten even overslaan.” Samen lopen ze de zaal weer uit. “Wauw.” Carlo kijkt me verbaasd aan. “Meisjes he, overgevoelig. Zit gewoon in ons DNA, heks of geen heks.” Lachend geeft Carlo me een klap op me kop. “Negeermodus aan.” Nep pissig kijk ik hem aan. “Carlo, wat doe je hier? De training was toch eerder verzet?” Carlo laat meteen al zijn eten vallen. “SHIT!” Nep verdrietig kijk ik Carlo aan. “Als het zo doorgaat wil ik ook niet meer op deze plek zitten hoor! Wat een nare plek is dit!” Hij geeft me een vluchtige kus op me kruin en loopt snel weg. Alleen eten, ook goed. Ik schep snel wat op en prop het in me mond. Een avondwandeling, gewoon om deze dag mee af te sluiten, daar heb ik zin in.
Gefascineerd kijk ik naar de lucht. Wat ziet het er toch mooi uit. Met het uitzicht op het water, kan mijn leven niet mooier. De schoonheid van de natuur maakt mij altijd kalm en gelukkig. “Kan je gezelschap gebruikten?” Geschrokken kijk ik achter me. Ik knik verbaasd. Ongemakkelijk begin ik weer voor me uit te turen. “Wat doe je hier?” Zijn doodnormale woorden komen zacht bij me aan. Me hart smelt als het ware. “Gewoon, ik heb er niet echt een reden voor. Jij?” Hij trekt zijn schouders op. “Ik zag jou hier naartoe lopen. Ik wou je eerst niet storen, ik weet hoe rustig je hiervan wordt.” Ik knik. Allemaal woorden gaan door me heen. Wat ik tegen hem wil zeggen. Onze relatie was perfect, onze eerste poging op liefde. Sinds dien is het nooit meer geweest zoals het eerst was. Maar wie wilt nou een perfecte relatie? Ik niet. Maar ik weet wat ik wel wil. George, George Wemel.
Er zijn nog geen reacties.