Chapter 3.5 - Sailing away
Pats!
"Waar denk jij dat je mee bezig bent?" Ze schreeuwde. Hard. Het deed haar genoegen te zien dat haar handafdruk duidelijk op Ivar's wang te zien was. Net zoals het haar tevreden stemde dat er geen tranen kwamen. Al wist een klein, angstig deeltje van haar hersenen dat het geen goed teken was dat haar ogen zo droog bleven, wat er ook gebeurde, bij dit en veel ergere dingen; ze kon ze nu bepaald niet gebruiken. Woedend staarde ze hem aan.
"Sorry," stamelde Ivar. Zijn grijsblauwe ogen stonden verward en tamelijk schuldbewust, maar met een vleugje verlangen. "Het was een... Ik was bang dat je weg zou gaan. Ik hoopte..."
Haar wangen gloeiden. Zeker, ze vond Ivar leuk. Dat had ze al vanaf het begin gevonden, en dat vond ze nog steeds. Maar niet zo! Deze plotselinge, ongevraagde kus deed haar aan iemand denken, en dat was beslist niet de bedoeling. "Je hoopte dat dit me zou overtuigen? Laat me je één ding zeggen, Ivar. Jij leefde met me mee en was het erover eens dat de kapitein een rotvent is. Veel te opdringerig. Dus ga je dan ook niet zoals hem gedragen!"
"Oh, is dat het?" Hij begon te lachen, maar hield daar gauw mee op toen hij haar blik zag. "Het spijt me. Het was een opwelling. Het zal niet weer gebeuren," bezwoer hij haar.
"Zeker weten?"
"Absoluut. Wil je dan alsjeblieft blijven?" Hij pakte haar hand en keek haar smekend aan.
Toen ze in zijn grote blauwe ogen keek, zwichtte ze. Hij wilde alleen maar helpen. En de gedachte om bij hem weg te gaan deed, ondanks zijn stomme actie van daarnet, veel te veel pijn.
"Goed dan. Ik blijf hier. Maar alleen als je belooft dat je me niet meer aanrand."
"Zie je dat zo?" Even leek het alsof hij weer zou gaan lachen, maar het was zo snel weer weg dat het waarschijnlijk haar verbeelding was. "Ik beloof het."
"Mooi zo."
Dagen verstreken. Jack was uitermate geïrriteerd. Niet alleen was het hem nog steeds niet gelukt om het raadsel te ontraadselen, of om Alysa te vinden, ook moest hij telkens tegen het getortelduif van de twee kersverse geliefden aankijken. Niet dat zich nog eens een scene voordeed als die keer aan de kust -sterker nog, sinds die dag leken ze opvallend veel afstand van elkaar te houden-, maar alleen al hun voortdurende geklets tijdens het werk irriteerde hem mateloos. Hij moest echter toezien hoe Marin en Ivar steeds dichter naar elkaar groeiden, zonder dat er iemand was om zíjn gedachten af te leiden.
De bemanning probeerde het wel. Zo informeerde Gibbs om de haverklap of hij al wist wat het mysterieuze rijmpje betekende, en waar ze eigenlijk naar op weg waren, als Jack nog niet wist waar dat woud zich bevond.
"Dat zijn zaken die niemand iets aangaan behalve ikzelf," luidde het geagiteerde antwoord elke keer. "En dat bos, daar kom ik nog wel achter. Om precies te zijn ben ik al een heel eind."
In werkelijkheid had hij geen flauw idee, maar dat hoefde hij niet te weten. Want zeg nou zelf, wie was er nou de kapitein?
Reageer (1)
vandaag nog eentjee?;d Alsjeblieeeeft?x
1 decennium geleden