[ 3 / 10 ]
2 Dagen later.
Ik lig rustig in mijn bed, al twee dagen lang. Ik ben er eigenlijk wel zat mee. Ik kijk naar de deur die langzaam open gaat. Een vrouw met een bril in verpleeg kleding glimlacht naar me. Ik glimlach terug en ga recht zitten.
"Hallo, [Naam]"
"Hallo."
Ze komt wat dichterbij.
"Twee dagen zijn voorbij, laten we testen hoe je nieuwe benen lopen."
Ze glimlacht vriendelijk en ik ruk mijn lakens van me af. Ik zet mijn voeten op de grond en sta met gemak op. Met een brede glimlach kijk ik de zuster aan, ze kan het niet uithouden om ook te lachen naar mijn enthousiaste gezicht.
"Probeer eens te lopen."
Zegt ze rustig. Ik zet een stap en nog een stap en nog een stap, ik loop gemakkelijk althans het ging gemakkelijker dan ik dacht. Met weer een enthousiast gezicht kijk ik haar aan.
"De operatie was een succes."
Ze kinkt.
"Inderdaad, Francis mag wel trots op zichzelf zijn."
Ik knik heftig.
"Je kunt je spullen pakken, je mag gaan. Er is iemand die op je wacht."
Een glimlach verschijnt door mijn mondhoeken. Ik heb wel een vermoeden van wie dat wel zou kunnen zijn. Ik pak mijn tas en doe mijn spullen er in die ik van veel mensen heb gekregen en loop naar de uitgang. Maar het gezicht die ik op dat moment wilde zien was er niet. Een man met een bruine paardenstaart komt naar me toegelopen, hij heeft een bloem in zijn haren en groene ogen. Hij pakt mijn hand en schudt er mee.
"Daniel Héderváry, broer van Elisabetta."
Ik glimlach en knik. Nu weet ik weer wie dat is, glimlachend pakt hij mijn spullen en loopt naar de uitgang, ik volg hem en ga in zijn zwarte auto zitten.
"Waar gaan we naartoe?"
Vraag ik enthousiast.
"Politie station."
Zegt hij met een glimlach. Ik knik en kijk uit het raam, later valt me iets op.
"Hier is het."
Zegt hij vrolijk en vriendelijk wat me overduidelijk uit mijn gedachten schud. Ik knik en doe de deur open, de roze letters vallen me overduidelijk op. 'Roze politie.' Staat er op. Fronsend kijk ik naar de letters maar heb geen vermoeden dat Arthur voor me staat. Hij kucht wat en ik rol met mijn ogen zijn kant op, gehypnotiseerd door zijn mooie groene ogen staar ik hem nog even aan.
"Nou, ik ga dan maar weer."
Zegt Daniel in een haast. Ik knik en zeg hem gedag. Arthur steekt zijn hand voor me uit en ik pak zijn hand met een glimlach.
"Het is leuk om je weer te zien."
Hij grijnst en knikt.
"Hetzelfde."
We lopen binnen het politie station in. Veel politie mannen lopen heen en weer in drukte, hij neemt me mee de trap op.
"Waarom gaan we naar boven?"
Hij geeft even geen antwoord en wanneer we de trap beklommen hebben zien we een balie met een vrouw die druk aan het praten is aan de telefoon. Ze beëindigt het gesprek en glimlacht vriendelijk naar ons.
"Dus dit is je vriendin Arthur?"
Ze kijkt me heel even aan.
"Goede keuze."
Ze geeft hem een schouderklopje en knipoogt naar mij. Onze wangen worden beide rood. Hij doet de grote glazen deur open en loopt naar binnen, ik volg hem met een glimlach en kijk de mensen die er zitten aan. Er zit iemand op een grote stoel, rood haar met een sigaret in zijn mond.
"Daar ben je Arthur."
Hij staat opgelucht op en begint heen en weer te lopen. Ik blijf hem aankijken maar dan is mijn aandacht gericht op de twee jongens die links en rechts van de man zitten. Zij hebben beide bruin haar en groene ogen. Arthur knikt en legt een arm om mijn middel waardoor ik moet blozen.
"Dit is [Naam], nieuwe lid van de roze politie."
De drie mannen glimlachen vriendelijk naar me. Ik glimlach terug en haal dan een wenkbrauw op.
"Roze politie?"
De man met de rode haar knikt.
"Al deze politie stations hebben een eigen kleur, zwart, blauw, groen, rood en wel meer."
De man zucht en doet zijn sigaret uit en gaat zitten.
"Maar...de meeste politie stations strijden met elkaar, aangezien de gemeente maar een of twee politie stations wilt hebben moeten er elf weg."
Hij doet zijn hand door zijn haren en staat dan weer op. Hij komt dichter bij mij en schudt mijn hand.
"Scotland en dat daar zijn Wales en Northern Ireland."
Ik knik en glimlach.
"[Naam]."
Ze knikken alleen. Ik hoor de deur open gaan en een meisje stormt boos naar binnen met een paar schrammen op haar armen en benen.
"Wat denken jullie wel niet!? Een meisje alleen naar een groep zwarte polities sturen!? Zijn jullie gek in je hoofd?"
Scotland zucht en Wales en Northern Ireland proberen haar kalm te houden.
"Hoeveel polities waren er?"
Vraagt Arthur opeens. Haar boosheid valt even weg na het zien van Arthur en een onbekend meisje, ze schaamt zich waarschijnlijk een beetje voor het boos afrafelen wanneer er een gast staat te kijken en te praten met haar baas.
"Tien..."
Ze zucht en gaat op een vrije stoel zitten.
"Ze waren met te veel.."
Arthur knikt en gaat zitten, hij maakt een gebaar voor mij om ook te gaan zitten, wat ik ook doe. Het meisje kijkt me bewonderend aan, haar bruin / rode haren zitten door elkaar en haar groene ogen hebben een donkere glimp.
"Ik ben Ireland."
Ze schudt handen.
"[Naam]."
Zeg ik nogal verlegen en bang dat ze niet weer uitbarst.
"Sorry voor de uitbarsting."
Zegt Scotland zodra Ireland wat wilde zeggen. Ze rolt met haar ogen en kijkt zijn kant uit. Ik kijk hem aan en hij glimlacht.
"[Naam], ik heb van Arthur gehoord dat je bij de roze politie wilt?"
Ik knik glimlachend en nieuwschierig kijk ik om me heen. Ik hoor geluid van de opening en kijk met mijn ogen naar een man met blond haar, blauwe ogen en een bril. Hij ziet er vrijwel uitgeput uit. Scotland kijkt hem verbaasd maar ook boos aan.
"Jij! Wat doe jij hier?"
Hij zakt uitgeput door zijn knieën, iedereen in de kamer kijkt bezorgd maar ook verbaasd naar de man.
"Blauwe politie is uitgeschakeld."
Zegt hij uitgeput. Mijn ogen beginnen wijd te staan, maar niet die van mij alleen. Scotland laat zijn sigaar vallen en Arthur helpt de jongen om op een stoel te gaan zitten. Scotland pakt zijn sigaar op en steekt hem aan.
"Hoe is het uitgeschakeld?"
Vraagt Arthur verbaasd.
"Ik ging op controle in mijn gebied, de meeste mensen zijn rustig rond twee uur 's ochtends...maar niet die, die ik tegenkwam."
Hij zucht en gaat met zijn handen door zijn haren.
"Groene politie..."
De hele kamer barst in lachen uit.
"Heeft de hele Italiaanse maffia ingeschakeld..."
Voegt hij er aan toe. De hele kamer is stil en kijkt met wijde ogen de man met helder blauwe ogen aan.
"Mijn god."
Zegt Ireland opeens. Ik sta op en loop naar het raam, het gevoel dat ik iets hoorde. Uit het raam zie ik Daniel praten met een man met blond haar en wit haar. Iets klopt hier niet en ik blijf verder staren. Daniel heeft iets in zijn handen, een koffer misschien?
"Hoe ging de operatie?"
Arthur onderbreekt me van mijn gedachte en ik gebaar Scotland om hier naartoe te komen.
"Het ging goed, Francis heeft me goed geopereerd."
Arthur glimlacht en knikt. Scotland loopt met een verward gezicht naar mij toe met een blije Ireland er achteraan.
"Eh, [Naam]...ik weet dat het buiten mooi is maar we hebben iets om te doen."
Zegt hij vriendelijk tegen mij. Ik rol met mijn ogen en wijs naar Daniel die de twee mannen een zwarte koffer overhandigt bij een winkel tegenover ons station. Scotlands ogen worden wijd en zijn sigaar valt weer op de grond.
"Shit..."
Arthur, Wales, Northern Ireland en de man met heldere blauwe ogen kijken ons verbaasd aan.
"Zwarte politie is hier.."
Zegt Ireland in toevoeging. De vier mannen kijken verbaasd en gaan langs ons staan aandacht weer gericht op de drie mannen. De twee mannen doen het koffertje open en grijnzen, het koffertje was gevuld met allemaal nieuwe wapens. Ik neem een stap terug en kijk snel om me heen voor een telefoon. De zes personen kijken me raar aan.
"[Naam]...als je geen politie wilt zijn moet je het gewoon zeggen."
Zegt Arthur teleurgesteld. Ik knik vastberaden maar begin de hele kamer door te zoeken.
"Telefoon."
Zeg ik opeens. Ireland overhandigt me haar mobiel en ik toets verschillende nummers in.
"Zet het op luidspreker."
Voegt Scotland er aan toe. Ik knik en zet het toestel op luidspreker.
"Hallo met Elisabetta!"
Zegt een vrolijke stem door de telefoon, ik druk mijn vinger op mijn lippen voor de rest om stil te zijn.
"Hey Lizzy! Ik heb een vraag voor je."
"[Naam]! Eigenlijk heb ik ook een vraag voor jou."
Zegt ze in enthousiasme.
"Ok, eerst jij."
"Waar ben je?"
Vraagt ze bezorgd, ik glimlach.
"In het ziekenhuis, ik word geopereerd. Ik krijg nieuwe benen."
Even was het stil. Met een trillende stem antwoord ze iets onverstaanbaars in haar taal.
"Maak je geen zorgen, ik zit bij het beste ziekenhuis!"
Zeg ik vrolijk en zij lacht op mijn opmerking.
"Ok dan, wat wilde je me vragen?"
"Oh ja, ehmm...wat doet Daniel voor werk?"
Elisabetta begint even te twijfelen maar antwoord toch.
"Hij werkt bij een nieuwe schietbaan, het is gevuld met nieuwe wapens. Meer weet ik niet."
Glimlachend en enthousiast bedank ik haar en hang op. Scotland kijkt me verbaasd aan en Arthur met een glimlach.
"Wie was dat?"
Vraagt Ireland.
"Elisabetta, het zusje van Daniel. De man met de paardenstaart die het koffertje aan de zwarte politie heeft gegeven."
De ogen van iedereen behalve Arthur worden wijd. Scotland loopt heen en weer en neemt aantekeningen op een whiteboard die er staat.
"Dus we weten dat de zwarte politie een koffer heeft met wapens, de groene politie heeft de Italiaanse maffia ingeschakeld en de blauwe politie is failliet."
Iedereen knikt.
"Daniel werkt bij de nieuwe schietbaan..."
Hij kijkt mij grijnzend aan.
"[Naam]! Ireland! Ik heb een klus voor jullie."
Grijnzend kijken we elkaar aan en knikken we.
"Tuurlijk."
Zegt Ireland.
"Ga naar de schietbaan en praat met Daniel, ondervraag hem."
We knikken allebei en willen net gaan totdat iemand binnenstormt. Het was een man met blond haar, een bril en helder blauwe ogen. Hij lijkt erg veel op de man die langs Arthur staat, hij heeft ook nog een beer vast en een kleine krul die uitsteekt.
"Alfred!"
Zegt hij bezorgd, hij legt de beer neer en rent snel naar hem toe.
"Onze politie station..."
Alfred haalt zijn wenkbrauw op.
"Matthew, ik weet allang dat het failliet is hoor."
Matthew kijkt hem aan maar gaat dan weer paniekerig verder.
"Is gebombardeerd..."
Scotland laat zijn sigaar en pen vallen, werkelijk hij heeft problemen met dingen vasthouden. En de rest staat er verbaasd. Alfred gaat op een stoel zitten en kijkt Matthew aan.
"Door wie?"
Vraagt hij serieus. Matthew haalt zijn schouders op maar kijkt dan met wijde ogen wanneer hij het zich weer herinnert.
"Witte politie..."
Zegt hij uiteindelijk. Scotland begint verder te schrijven op het whiteboard.
"Jongens we hebben jullie nodig."
Zegt Arthur tegen Alfred en Matthew, ik knik.
"Samen staan we sterker."
Zeg ik uiteindelijk. De twee jongens halen hun schouders op en knikken dan.
"Tuurlijk."
Zeggen ze uiteindelijk en Ireland kijkt mij aan.
"Zullen we dan?"
Ik knik en we lopen net weg wanneer Arthur me stopt. Hij komt dichterbij met zijn lippen op de mijne en raakt ze zacht aan.
"Wees voorzichtig."
Ik knik en glimlach.
"Altijd."
Zeg ik en verdwijn van Arthurs zicht.
Er zijn nog geen reacties.