Merthen viel op de grond. De draak had hem in zijn maag geraakt en hij bloedde helemaal open. Zijn maagzuur vrat aan zijn andere organen. ‘Is dit mijn eind?’ Dacht Merthen bij zichzelf, ‘Ga ik dood door een draak die net wat sterker is dan de vorige die ik heb gedood? Ironie is hier wel op zijn plaats, de Dragonslayer die gedood wordt door een draak.’ Merthen probeerde nog Bonejaw te zwaaien voor een meswind, maar de draak had die uit zijn hand geslagen en zat nu vast in een rots. De draak bereidde zich voor om het werk af te maken waar hij aan begonnen was en hield zijn adem in. Merthen sloot zijn ogen en accepteerde zijn lot, maar net toen de draak het zand uitblies waren er enkele woorden te horen; “Hellgrasp Chains.”
Merthen werd omcirkeld door zwarte, rokende kettingen die hem meesleurde naar Tosh en Melina. Toen hij vlak voor Melina landde maakte deze een handbeweging. Om haar, Merthen en Tosh verscheen een cirkel van runen. Op het moment dat deze een cirkel vormde, stopte Merthen en Tosh allebei met bloedden en begon alles te genezen alsof er gewoon een pleister overheen moest. Merthen ging rechtop zitten en keek stomverbaasd naar Melina, was ze echt zo sterk?
Melina keek richting de draak en zuchtte; “Noemen jullie dit een onmogelijke uitdaging? Jullie twee zijn duidelijk groentjes zeg, heh. Ook jij Melina, ik zou mij moeten schamen dat ik je ga helpen.” Melina pakte haar staf in een hand en keek ernaar; “En is dit van Colossi overgebleven? Ik dacht wel dat ze mijn wens zou volgen, maar ze had tenminste het erfstuk van ons twee stukken kunnen geven in plaats van een. Die Cyndraa toch, altijd loyaal voor mij geweest tot het bittere eind, ik ben er trots op haar man te zijn geweest...” Melina stapte nu uit de cirkel en keek Merthen aan; “Warrior! Blijf in die cirkel en verroer je niet. Wil je overleven, dan moet je gewoon het maar even aan mij overlaten, laat ik dit varkentje maar even goed wassen.” Vervolgens liep ze langzaam richting de draak die haar opmerkte en op haar af vloog.
Merthen stond stomverbaasd te staren naar Melina. Was ze niet juist een slechte student? Hoe heeft ze die cirkel gemaakt? Merthen keek snel naar de runen, het was duidelijk dat dit oude magie was, hij herkende geen enkele rune als een van de normaal gebruikte uit de vier legendarische schriften. Stond zij boven die allemaal? Merthen keek naar Melina die heel rustig naar de draak liep, ze hield haar staf in plaats van met twee handen stevig aan haar lichaam gedrukt als een soort speer, een offensieve houding die vele magiërs niet eens durven te nemen door de kwetsbaarheid die het je geeft. En hoe was ze ineens zo anders? Ze had tot voorheen maar twee of drie keer gesproken, maar praat nu nonchalant over een situatie van leven en dood. Wie is ze?

De draak landde vlak voor Melina en haalde direct uit met zijn linkerklauw. Melina daarintegen sloeg deze af met een simpele zwaai met haar staf, vervolgens sprak ze een paar oude woorden uit. Op commando reageerde de staf en gaf een verblindend wit licht. Toen het licht dimde was er een lang, dunne zwaard in haar hand, er zat een knik waar normaal de guard zit en het zwaard een raar uitzicht gaf, het zag er niet eens echt uit als een zwaard maar meer als een rare stok, er was geen metaal te bekennen, het was gewoon dezelfde staf.
De draak hield zijn adem in en blies gelijk het zand uit richting Melina, maar deze verdween in een flits van zwart en wit licht en verscheen rechts van de draak; “Melina, luister je?” Terwijl de draak in volle furie zijn hele arsenaal op Melina losliet, ontweek deze op simpele wijze en begon te praten richting de lucht; “Luister, je bent alles behalve waardeloos. Je bent misschien wel een grote lafaard, maar daar is aan te werken. Je bezit een talent die nu al honderden jaren vergeten is, een die vanuit je bloedlijn aan jou is gegeven. Je vader, de mislukkeling, kon het niet goed beheersen en maar de helft op verschrikkelijk laag niveau leren gebruiken, maar ik geloof dat jij kan doen wat de wereld nodig heeft. Jij kan als je wilt de plaats nemen die ik voor mijn nageslacht openliet. Alleen als je het echt wilt kan je je geluk vinden, maar alleen door te leren wat je gelukkig maakt, of wie.” Melina rees haar hand naar haar borst en zuchtte met een glimlach; “Dat is het enige wat ik je kan vertellen zonder de regels te breken, jammer hé? Probeer het volgende maar te leren, dit is mijn gift aan jou.” De draak wierp allebei zijn klauwen op enorme snelheid naar Melina, maar zij sprong in de lucht en stak boven de draak uit. Ze sprak snel; “May Fate declare your destiny and my wheel judge you, “Karmatic Wheel.”
Melina maakte een handbeweging naar beneden, op dat moment verschenen om haar heen witte en zwarte bollen energie die samen een soort scherp tandwiel vormden. Op het moment dat ze samensmolten, vloog het gloeiende grijze tandwiel op hoge snelheid recht door de kop van de draak heen, vloog helemaal door zijn nek en stak zich vast in de grond nadat het de borstkas doorboord had.

‘Een combinatie van licht, metaal en het verboden duistere element!’ Merthen keek verbijsterd naar de draak, die met zijn gespleten bovenlichaam levenloos in elkaar zakte en roerloos op de steppes viel; ‘Dat meisje maakte gebruik van zeer zeldzame magie: Ze kan teleporteren, kan haar staf transmuteren naar een soort wapen, maakt gebruik van een element dat verboden en zeer zeldzaam is en kan drie elementen met zulke precisie combineren, ongelofelijk...’ Merthen keek naar zijn maag, zijn wonden waren genezen. Tosh leek ook in orde, maar moest duidelijk meer genezing dan Merthen nodig had. Hij stond op en pakte een lege rol en een veer. Hij liep naar de draak en doopte de veer in het bloed. Rustig begon hij op de rol runen te schrijven. “De Warrior maakt gebruik van pure drakenenergie, hm?” Melina keek Merthen aan alsof dit een dagelijkse routine was, dingen doden met een hand; “Tijd om haar weer in controle te laten gaan, ik heb mijn werk gedaan.” Melina keek in de verte; “Of toch niet...”
In de verte zag Melina Fulgen, omringd door vuur en lava; “...Eternal flames, Lava of the unknown depths, Vulcano of the unborn beast. Consume! Divide! Erase all living beings and let them burn for eternity! Arise! “Vul-” Fulgen werd onderbroken door een zwarte bliksemstraal, die hem het liet uitschreeuwen van de pijn; “Ik weet niet wie je exact bent, slap excuus voor een magiër, maar vertel Sentris maar dat we haar in de smiezen hebben!” Melina verscheen uit witte en zwarte energie en drukte haar linker handpalm op de linker schouder van Fulgen, deze schreeuwde het opnieuw uit van de pijn; “Ik heb je onderschat... Maar onthoud dit, schorem, je kan ons niet stoppen!” Fulgen ontplofte vervolgens in een vuurbal en verdween uit het zicht.
Net toen Merthen omkeek naar Melina, die Fulgen had verjaagd, viel ze uit de lucht naar de grond. In alle haast rende hij op haar af en zag het meisje lichtgewond van de val op de grond liggen. Hij haastte zich met haar lichaam naar de runencirkel die nog actief Tosh aan het genezen was en legde haar er bij. Merthen zuchtte even en keek met een bestuderende blik naar Melina, hij kon het maar niet begrijpen wat er net was gebeurd.

“Een, twee, drie! Van links kom ik!” Merthen vloog links van Tosh en gaf en zwaai met Bonejaw. Tosh kon deze met moeite blokkeren en leverde een counter met zijn rechterzwaard. Merthen was desondanks te snel en ontweek deze in een draai, vervolgens reageerde hij met een aanval in de rug van Tosh. Echter was Tosh hem te snel en dook naar beneden, maakte een snelle draai en schopte Merthen tegen zijn scheenbeen; “Niet verkeerd! Je begint het nu te leren, laten we een pauze houden.” Merthen legde Bonejaw tegen een boom en pakte zijn rugzak om er de lunch uit te halen. Tosh stopte zijn zwaarden terug in hun schede en ging naast Merthen zitten; “De training is echt geweldig, Merthen!” Tevreden pakte Tosh een broodje kaas aan en begon deze met plezier op te smikkelen; “Ik leer echt zoveel hier van, meer dan ik had durven dromen toen je aanbood mij de basis te leren.” Tosh krabde even in zijn donkerblonde haren en maakte een zwaai beweging met zijn hand; “Je leert echt belachelijk snel, wist je dat? We zijn nog maar een week bezig en je kan al meer dan ik kon na twee maanden training...”Merthen keek weg en nam met stevige grip op zijn broodje er een hap van; “Jaloers, Merthen?” Tosh grinnikte en keek Merthen plagerig aan. Merthen keek geïrriteerd terug neer Tosh en pakte iets uit zijn kledij; “Nu ga je te ver, Tosh Nailheart... Nu zal ik je persoonlijk leren hoe veel verschil er nu nog tussen ons zit!” Merthen sprong uit het niets op Tosh, die net op tijd opzij kon rollen. Hij pakte zijn zwaarden en zag Merthen hetzelfde doen; “Nieuwe les: Altijd klaar staan voor een nieuwe uitdaging, “Storm Cluster!”” Een kleine horizontale wervelstorm vloog van Bonejaw richting Tosh, die door deze werd overweldigt en op de grond viel. Nog voor hij kon opstaan zag hij de tanden van Bonejaw langs zijn nek liggen; “Dit is het verschil dat wij nog hebben, Tosh. Ga nooit buiten je eigen schoenen lopen, of je schoenen zullen je tegen je eigen kont trappen, neem dit advies op als nog een les voor vandaag.” Merthen legde Bonejaw opnieuw tegen de boom en ging rustig verder aan zijn broodje alsof er niks gebeurd was. Tosh, met open mond, deed hetzelfde.
“Zeg... Heb je familie dat over krachten bezit?” Merthen was verdwaald in gedachten en vroeg Tosh dromerig deze vraag. Tosh dacht eventjes na; “...Niet dat ik weet, hoezo?” Net toen Tosh antwoordde draaide het oog van Merthen naar Tosh, maar zonder zijn hoofd te bewegen; “Omdat als een familielid over speciale vaardigheden bezit, de aanleg vaak genetisch is en dus erfelijk. Misschien had je nog verborgen potentie.” Merthen zuchtte even; “Niemand in mijn familie was speciaal of heeft überhaupt heldendaden verricht, en dat als bijna enige van mijn dorp...” Tosh keek wat droevig naar Merthen; “Dan maak jij toch de verandering? Bewijs dat het anders is!” Tosh stak zijn rechterarm in de lucht en brulde. Merthen grinnikte even en vervolgde zijn woordenbrij; “Wil je soms weten wat krachten nu exact zijn en hoe de basis werkt?” Tosh keek verwekt op; “Natuurlijk wil ik dat! Hoe meer ik weer, des te meer kan ik te slim af zijn en totaal verdwaasd laten!” Merthen stond op, pakte een stok en liep naar een zandhoopje; “Kom hier, ik leg het je uit in detail.” Tosh nam een laatste hap van zijn broodje en liep naar Merthen toe; “Niet in het zand, sukkel!” “...Sorry.” Tosh stapte uit het zand en stond tegenover Merthen.
Merthen tekende een cirkel in het midden van het hoopje en zette er een rune in; “Alles komt voort uit de energie in ons lichaam, zelfs ademen en onszelf in leven houden vond zich op onze energie. Energie is wat alles in je lichaam actief houd, wat je overhoud aan energie kan je gebruiken in gevechten en technieken. Je bouwt energie op door training, beiden mentaal en fysiek. Alle typen van krachten vloeien uit je eigen energie, zelfs manipuleer je puur je omgeving en zijn energie.” Merthen trok een streep omhoog en maakte nog een cirkel met een rune er in; “De meest voorkomende type van energiegebruik is magie. Volgens legenden zou magie zijn gemaakt door de legendarische Primum Magi om iedereen een kans te geven om zichzelf goed te kunnen verdedigen. Magie heeft zelf nog tien subelementen: Vuur, water, aarde, lucht, bliksem, hout, metaal, ruwe energie en de tegenpolen licht en duisternis. De meeste magiërs beheersen maar twee van deze elementen, alleen Primum kon ze alle tien perfect gebruiken. Hedendaags is magie over het algemeen meer iets dat je kan leren dan dat het alleen met aanleg mogelijk is. Vrijwel alle adel heeft een vorm van magie geleerd, al is het alleen de theorie. Magiërs gebruiken hun energie om de elementen om hen heen te manipuleren naar hen wensen. Soms lijkt het element helemaal niet aanwezig, zoals vuur in water, echter is het er om je heen: In pure energie. Een magiërs gebruikt de energie om zich heen om spreuken te vormen en zich hiermee te verdedigen- of uiteraard om aan te vallen.” Merthen trekt nog een streep naar links van de grote middencirkel en maakt daar nog een cirkel met een andere rune; “Wat daarna het meest voorkomt, is de vaardigheid om de geesten van de natuur te gebruiken. Dit is niet te leren en ook niet direct genetisch. De geesten vinden je waardig of niet, je afkomst kan natuurlijk dit wel goed bepalen, maar hè. gebruikers van deze krachtbron laten zich pantseren en bewapenen door de natuur en zijn omgeving. Van een stenen beschermlaag tot een zwaard van vuur: Alle subelementen van deze bron zijn gelijk aan die van magie. Het is eigenlijk zo gelijk aan magie, dat ik weinig hier weinig aan kan toevoegen, haha!” Merthen lachte even, zette vervolgens zijn blik terug naar serieus en maakte nog een cirkel rechts, opnieuw met een andere rune; “De meest mysterieuze, gevaarlijke en onvoorspelbaarste: Psionische magie. Hoewel Psionische krachten niet echt magie zijn, heeft het ook daar aspecten van, je moet soms ook daar spreuken oproepen voor je deze kracht ten volle kunt toepassen, maar deze werkt intern: Je eigen gedachten zijn de voedingsbron van deze energiebron. Een Psion gebruikt zijn fantasie en gedachten voor telekinese, illusies en het manifesteren van zijn dromen. Je herkent ze op het oog niet, en je hebt het pas dor als ze hen krachten al gebruiken, ze hebben dan boven hun ogen een ring van energie hangen, als een aureool die ze zwaar is om boven je hoofd te hangen. Die ring verschijnt alleen als ze al gebruik maken van hun energie, dus is het vaak al te laat als het op jou gericht is. Deze is dus altijd oppassen, Tosh.” Merthen maakt nog een cirkel onderaan met een rune; “Als allerlaatste heb je de meest krankzinnige van allen, namelijk de mensen die beweren hun vaardigheden te danken aan de goden. Veel hiervan liegen en hebben eigenlijk gewoon grote aanleg voor magie of liggen goed bij de natuurgeesten, maar enkelen hebben gelijk. Van de zeven goden van ons Pentagon verlenen enkele aan specifieke individuen zijn of haar krachten uit om de wereld meer naar hun visie te schapen. Vooral de godin van de nieuwsgierigheid en avontuur verleent haar goddelijke energie vaak, haar naam is Arosas. Deze mensen gebruiken hun energie om die van de goden te kunnen sturen. Snap je het allemaal, Tosh?”
Tosh kreeg hoofdpijn van alle informatie; “Ik denk het wel... Dus je bedoelt dat iedereen uiteindelijk vanuit zichzelf zijn krachten voed, op welke manier dan ook?” Merthen zwiepte met de stok; “Helemaal correct, Tosh.” Tosh dacht even nog iets dieper na en wees ineens zijn vinger in de lucht; “Dus eigenlijk is iedereen gelijk en heeft een kans om gaven te ontwikkelen!” Merthen leek even Tosh’ blijdschap te delen; “In theorie, zeer zeker, maar het zit allemaal ook in de genen...” Merthen maakte een zesde cirkel en verbond de anderen via een stippellijn met deze, hierin schreef hij twee runen; “De laatste en meest belangrijkste element is niet een krachttype, maar erfelijke energie, unieke vaardigheden. Hoewel je deze kan indelen in de categorieën die ik je al aanwees, staan ze compleet los van je eigen vaardigheden. Ooit heeft een voorouder van je een unieke spreuk ontwikkelt die onnavolgbaar is, het is gewoon een hele nieuwe manier van je energie gebruiken. Deze manieren worden onbewust in hun DNA opgenomen en geeft hun nageslacht de toegang tot deze vaardigheid, mits ze er bewust van zijn.” Merthen zuchtte diep; “Ook hiervan heb ik niks, ik ben gewoon een alledaagse jongen met een flauwe humor en een halfzwaard-halfbijl...” Tosh wou iets zeggen, maar Merthen gaf een zwijgend gebaar; “En daarom, Tosh, moet je het nooit opgeven.”

“Die laatste zin klonk alsof iemand anders hetzelfde zei...? Wacht eens even, waar ben ik!?” Tosh zweefde boven zichzelf in de droom waar hij in zat; “Dit is een herinnering van een van Merthens lessen... Hoe kom ik hier?” “Dat kan ik je misschien uitleggen, Tosh Nailheart.” Een vrouwelijke stem weerklonk overal in Tosh’ hoofd, ineens kroop er uit de schaduw van Tosh’ lichaam een lijkbleke elf; “Ik heb je dit weer laten zien, om je te laten beseffen dat je het nooit moet opgeven, hoe groot je wonden.” Het elfenhoofd stapte verder uit de schaduw en vormde een sierlijk lichaam, dat voor Tosh er in detail naar kon kijken een zwart gewaad met dansende linten omheen vormde; “Wie... Wie ben je? Wat doe ik hier? Wat bedoel je met... wonden?” Tosh was helemaal van de wijs, hij had totaal geen idee wat er zojuist gebeurde; “Je bent gewond geraakt, maar dat is al opgelost door een collega van me.” Tosh keek raar naar de witte elf, toen hij beter keek zag hij dat ze geen kap op had, maar zwarte, schaduwachtige haren dat tot bij haar voeten kwam, ze straalde ook een zeer krachtige aanwezigheid uit die Tosh kalmeerde; “Je hoeft niet in paniek te raken, je lot is al geschreven, je sterft niet. Straks wordt je weer wakker en zal je met je metgezel doorreizen naar je stad, met een nieuwe lotgenote. Zorg goed voor haar, wil je?” De elf leek in raadsels te praten voor Tosh. Als er ooit ergens een draad was, heeft hij niet nooit gevonden; “W-wat bedoel je allemaal? Waarom gebeurt dit? Wat wil je van me!?” Tosh begon wild om zich heen te slaan; “Laat me gewoon gaan!” De elf zuchtte, haar zwarte bollen als ogen bedroefd kijkend; “Ik wilde het niet zo doen, Tosh. Ik zal je het ooi nog wel eens uitleggen, maar ik vertel je een ding: Leer omgaan met je wanhoop, woede, haat, verdriet... Het zal je verder helpen, want soms is de prijs voor de overwinning groot.” De elf glimlachte nog even; “Noem mij voortaan maar Dezstren, laat nu de wereld zien wie je bent!” Dezstren gaf Tosh een zachte duw en liet hem uit de droom vallen. Naast haar verscheen ineens een jonge man in een lichte uitrusting en grote, complexe staf; “En, Dezstren, heb je hem ook even de levensles gelezen?” Hij lachte even; “Jij en mensen iets uitleggen, het idee alleen al is doodhilarisch!” Hij barstte vervolgens uit in lachen en rolde over de grond voor hij een mep in zijn gezicht kreeg; “Kalm aan jij, Primum. Ik heb nooit begrepen hoe iemand je uit kan staan, zeker je vrouw niet.”

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen