Proloog
Proloog
Wie had ooit gedacht dat het er zoveel waren. Zoveel. Allemaal op een rij. Duizend verschillende kleuren. Miljoenen verschillende woorden. Ontelbaar verschillende letters en cijfers.
De zon schijnt neer op de boeken en vormt een zachte schaduw over de kaften, die keurig op schrijver gerangschikt staan. Ze worden ondersteund door stevige houten planken en recht op gehouden door granieten, gepolijste boekensteunen.
De massieve boekenkasten staan als dominostenen achter elkaar, gescheiden door een wandelpaadje met een eiken vloer die zigzaggend door de bibliotheek loopt om zo toegang te verschaffen tot de grootste boekencollectie die er maar bestaat. Metershoge kasten, die tot het beschilderde plafond reiken, staren mij aan. Zoveel kennis en avonturen herbergen ze. Zoveel verhalen die nog te ontdekken zijn. Het is schitterend.
Ik druk de ladder die tegen de boekenkast staat aan en met een zacht gesuis schuift de trap opzij.
Ik wacht tot de trap het kleine, in rood fluweel verpakte, boekje heeft bereikt en klim op de ladder.
Als een bergbeklimmer passeer ik de vele schatten die deze heuvels bezitten en bereik uiteindelijk de top om het rode boekje te pakken. Het is het kleinste boekje en, volgens mij, ook al heel oud.
Langzaam daal ik de trap weer af en ben opgelucht wanneer ik, na de lange tocht, de houten vloer weer heb bereikt. Ik schuifel door het gangpaadje en ga zitten op een grote fauteuil met een dikke kussen. De fauteuil lijkt van hetzelfde rode fluweel gemaakt als het boekje.
Langzaam vouw ik het kleine wondertje open. De eerste bladzijden zijn vergeeld, en blanco. Er is geen letter te bekennen. Maar naarmate ik meer pagina’s omsla zie ik een kleine hoeveelheid letters verschijnen. Ik aai de woorden alsof ik ze lief heb, terwijl ze over mijn netvlies glijden. Strak omklem ik het zachte boekje om hem nooit meer los te laten. Ik voel me wegzinken in de stoel en het warme kussen. Onopvallend tegen het fluweel, nog steeds de woorden lezend. Kleine traantjes van geluk biggelen over mijn wangen. Een lach verschijnt op mijn gezicht. En ik lees tot in de late uurtjes. Net zolang totdat het boek al zijn geheimen heeft prijsgegeven.
Er zijn nog geen reacties.