Prologue
'Ah, mijn liefste.' Sprak Hij op een kille toon. 'Kom naar voor, Soraya.' Hij wenkte me met zijn graatmagere witte handen. Kippelvel rolde over mijn ruggengraat. Ik stapte uit de menigte dooddoenders in ons huis naar voor en liep zachtjes naar hem. Ik hoorde moeder achter me snikken. Toen ik voor hem stond pakte hij mijn arm beed. Zijn handen waren ijskoud en wikkelde zich rond mijn arm als een wurgslang. Hij pakte zijn stok en drukte hem diep in mijn linker arm. Hij siste een spreuk en een brandend gevoel kwam via mijn schouder naar mijn arm. Ik voelde hoe mijn ogen vol tranen liepen. Moeder barstte in huilen uit en rende de zaal uit. Ik keek naar mijn arm. Er verscheen een slang, hij kronkelde zich tot het bekende teken. En daarop verscheen als laatst een doodshoofd. Hij liet mijn arm los en pakte mijn hoofd beet. 'Jij, Soraya Caitlyn Narcissa Malfoy, hoort nu bij ons. Bij mij. Maar we zijn nog niet klaar, zoals je weet.' Zei hij kil. Ik knikte. Sinds zijn terugkering had hij zijn krachten gespaart en opgeslagen. Zijn inmens sterke krachten. Ik keek naar rechts, daar in een hoek zat Emily Serca. Een modderbloedje, zoals hij het noemde. 15 Jaar. Ik zou zo de opgespaarde krachten van de Heer krijgen, en ik zou haar vermoorden om een gruzelement voor mezelf te maken. Ik zou zijn rechter hand, geheime wapen worden. Naast Emily lag een kleurboek. Daar zou het gruzelement ingaan. Het stond vol prachtige tekeningen van mij, die ik vroeger had gemaakt. Zometeen zou kleurboek naar Rusland worden gebracht. Daar zou het verstopt worden. Hij siste weer heel veel woorden en hij concentreerde zich erg op mij. Ik voelde zijn handen warmer worden en mijn gezicht volgde. En toen werd het ijskoud. Zijn magie liep mijn lichaam binnen alsof ik in een ijskoud bad stapte. Hij iet me los en ging voor me staan.'En nu Soraya' hij keerde zich tot Emily 'bewijs jezelf tegenover mij. Maak jezelf onsterfelijk.' Emily krijste het uit en smeekte me of haar niks wou doen, maar hoe graag ik het ook zou willen, ik had geen keus. Het was zij of mijn familie. Ik pakte mijn stok en richtte het op haar. 'Avada Kedavra.' Sprak ik heel zacht. Een grote flits spuwde uit mijn toverstok en raakte haar zo hard dat ze het raam uitvloog. Ik keek verschikt naar mijn stok, kon daar zo veel magie uitkomen? 'Het werkt!' Zei Hij blij en hij klapte in zijn handen. Iedereen klapte mee. Ik voelde me minder compleet. Onafgemaakt. Een stuk van mijn persoonlijkheid brak af en ik was in alle staten. De heer keek me aan en het kleurboek vloog naar me toe. 'Pak het vast Soraya.' Zij mijn Heer. Ik pakte het boek dat voor me vloog. Ik voelde dat er warmte via mijn handen in het boek stroomde. Na 1 minuut pakte de Heer het boek van me en bladerde er doorheen. 'Perfect.' Zij de Heer met een glimlach op zijn gelaat. Ik keek naar het kleurboek en tot mijn verbazing bewogen alle tekeningen. De stad die ik had getekend maar nooit had gezien, kwam bruisend in leven. Rond elke pagina kronkelde een getekende slang de alles wat er op de pagina's gebeurde in de gaten hield. Het boek vloog naar een van de dooddoenders. 'Okhlym' sprak hij tegen de dooddoender en die verdween met mijn halve ziel.
Er zijn nog geen reacties.