Foto bij In de gang

Fae, Pavarottie en xDirectioner, dank jullie voor de abo :3

Ik keek schuin richting de zijgang om te kijken wie eraan kwamen. Is dat Puck? Inderdaad, ik wilde al op hem afstappen, maar toen ik Quinn zag bedacht ik me. Net op tijd, zonder gezien te worden, dook ik weg achter een rij kluisjes. Quinn giechelde en draaide om Puck heen, die niets deed om haar tegen te gaan, ik was jaloers op haar. Ik wilde niet kijken naar wat ze aan het doen waren, maar voelde op een rare manier ook nieuwsgierigheid. Heel voorzichtig keek ik om het hoekje in hun richting, en ging daarna meteen weer recht zitten. Nee, we hadden officieel geen relatie, maar dat betekend toch niet dat je zomaar met elk ander meisje kan gaan liggen rotzooien. Quinn en Puck stonden in het midden van de gang, samen, en zaten helemaal in elkaar verstrengeld. Maar hoe kon ik dan ook zo stom zijn, om te geloven dat ik wat was? Ik was alles bijna. Bijna belangrijk, bijna knap, bijna lief. Quinn had dit natuurlijk allemaal weer mee, en daarbij, misschien van Puck het juist stoer dat ze uit het team gezet was. Ik weet het niet, ik kan niet in zijn hoofd kijken. Samen liepen ze voor het kluisje waarachter ik verscholen zat langs, ze vertrokken. Samen. Ik wilde weer opstaan, maar hoorde toen opnieuw geroezemoes. Het is natuurlijk wel een beetje raar als er voor je neus ineens een meisje achter een kluisje vandaan komt. Dus ik bedacht me en bleef zitten. Zo te horen kwam er een hele groep aan. Sommige stemmen waren me heel bekent. Zo hoorde ik onder andere Finn en Sam, en ook Britttany en Santana. Daar waren ze dus tijdens de training, de leraar Spaans had het vast druk gehad. Zelf heb ik nog nooit hoeven nablijven, ik mag dan wel een Cheerio zijn, dat betekent niet dat ik met niet mag gedragen. Over een paar jaar ga ik namelijk van school af, en dan wil ik ook nog wat kunnen. Ik denk aan Brittany, zoals haar wil ik nou bijvoorbeeld echt niet worden. Heel voorzichtig gluur ik om de rand van het kluisje heen. Krijg nou wat, denk ik, als ik ook Kurt, Mike en Nathalie zie staan. Zijn het ook zulke types? Blijkbaar heb ik me op hun verkeken, wat zouden ze uit hebben gespookt? In mijn gedachten zie ik van alles voor me. Nathalie kijkt op haar fel groene horloge. 'Lora had hier al moeten zijn. Mmh, misschien staat ze buiten?' zegt Nathalie. Mike bevestigt: 'Ja, dat denk ik ook. En als ze daar nog niet is kunnen we daar goed wachten. Het is hier binnen zo benauwd.' 'Gaan jullie dan maar vast,' zegt Nathalie, 'ik wacht nog even op Rory, zijn jas ligt in mijn kluisje.' De anderen knikken en doen wat Mike voorgesteld had. Rory? Hoe is het mogelijk dat hij ook na moest blijven? En had hij niet bij zijn kluisje gedurfd? Ik had natuurlijk niet gezegd dat ik hem weer vrij had gemaakt voor hem. Er liep nog een groep mensen voorbij. Als laatste kwam de jongen aanzetten, op wie Nathalie aan het wachten was. Ze opende een kluisje voor hem, iets verderop in de gang. Ik verstop me iets beter, het zou raar zijn als ze straks voorbij loop en ik, het meisje waarop Nathalie en de rest buiten op staan te wachten, zit hier verstopt. Meteen kan ik minder goed horen wat er gezegd word, maar het zal iets geweest zijn in de trend van: Ik ga vast, er word op me gewacht, sla je mijn deur zo meteen goed dicht? Want ik hoor Nathalie weglopen, en haar de hoofdingang uit gaan. Ik voel me direct een stuk minder gespannen. Eén van mijn handen laat ik naar de grond zakken, om me wat extra steun te geven. Maar mijn hand raakt de grond helemaal niet. 'WHAA,' met een luide gil spring ik op, en daarmee automatisch tevoorschijn. Rory ziet het gebeuren, slaat het het kluisje van Nathalie dicht en komt snel naar me toe. 'Wat is er, gaat het?' vraagt hij, geschrokken van mijn gil. 'Ah, bah!' Roep ik, en ik werp een smerige blik op mijn hand. Er druipt van alles vanaf, waarvan ik de identiteit niet kan vinden. Het hoort er in ieder fris uit te zien. 'Ik greep met mijn hand in een bak maaltijd salade, waarom ligt dat ding ins hemels naam daar?' vraag ik geïrriteerd, nadat ik een blik had geworpen op de plek waar ik vandaan was gekomen. Ik kan tegen heel veel dingen, maar andermans half opgegeten, oude, stinkende voedsel vind ik echt het toppunt van ranzigheid. 'Gadverdamme,' zegt nu ook Rory. Hij graait in één van zijn jaszakken, en haalt en een nog opgevouwen papieren zakdoek uit. 'Hier,' zegt de jongen, en ik neem de zakdoek snel aan. Ik veeg de troep van mijn handen en gooi de zakdoek daarna weg in de dichtstbijzijnde prullenbak. 'Wat deed je daar?' vraagt Rory ineens, en het overvalt me een beetje. Vraag dat nou niet. Puck. Op het moment dat zijn naam in mijn gedachten opkomt besef ik pas echt wat ik de afgelopen minuten gezien heb. Puck, Puck en Quinn. Rory ziet dat ik me ongemakkelijk voel bij zijn vraag. 'Gaat het wel?' vraagt hij bezorgt. Ik bijt op mijn lip en wil me omdraaien, klaar om weg te lopen richting de deur. Ik wil hier niet met Rory over praten. Maar nog voordat ik hierover uitgedacht ben, heeft hij zijn armen al om me heen geslagen en druk hij me stevig tegen zijn lichaam gedrukt. Wow, Rory, wat doe je? Vraag ik mezelf af. Maar tegenspartelen heeft geen zin, dus ik leg mijn hoofd maar tegen zijn schouder aan. Ik ben niet een meisje dat snel huilt, dus ik zucht enkel. 'Ik ben zó dom,' zeg ik tegen Rory's schouder. Mijn stem word gesmoord door het stof dat zich tussen ons bevind. Rory schud zijn hoofd. 'Wel waar,' zeg ik zonder emotie. 'Ik had het niet over jou, hoor,' zegt Rory, waardoor ik mijn hoofd optil. Glimlachend zegt de jongen: 'Je vrienden willen dat ik je laat gaan.' Hij draai iets, zodat ik nu ook kan zien dat Nathalie, Mike en Kurt ons bekijken, door het glas van de hoofdingang heen.

Reageer (1)

  • Lotte95

    haha! jaaaa laat haar gaan rory! :P
    leuk leuk!!! :D
    weer snel updaten! :D

    xx de Rora en Nike shipper :P

    snel verdeeeeer!:$

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen