DG - 1
een verkeerd begrepen opdracht voor Godsdienst
Graaf Didderic Greunestein was een verstandig en gerespecteerd man. Zijn vrouw, Gertrudis, was een zeer mooie en bevallige gravin. Op een avond, toen hij vroeg thuiskwam, verwelkomde een van zijn dienaars hem aan de poort van het kasteel met de woorden:
“Heer, welkom thuis. Ik ben blij dat u er bent.” De dienaar aarzelde even, en vervolgde toen: “Het is misschien niet aan mij om dit te zeggen, maar uw vrouw, de gravin, gedraagt zich niet echt normaal. Ze zit al de hele dag in haar kamer, met een vreemde blik op haar nieuwe kast. De kast is groot genoeg zodat er een man in kan. Ze zegt dat er alleen handwerk en wat kleren in zitten, maar ik denk dat er nu veel meer in zit. Ze weigert al uw dienaars toestemming te geven om in de kast te kijken.”
Graaf Didderic besloot naar de kamer van zijn vrouw te gaan, en zag haar daar met een vreemde uitdrukking op haar gezicht naast de kast zitten staren.
“Zou je me kunnen tonen wat er in de kast zit?”, vroeg hij vriendelijk.
“Waarom? Vertrouw je me soms niet? Of is het gewoon vanwege die bediende, die me verdacht wil maken?”
“Je weet dat ik van je hou. Wat maakt het uit waarom ik het vraag? Is het zo moeilijk om hem gewoon even te openen?”, vroeg Didderic.
“Nee. Maar ik wil weten waarom.”
“Is de kast op slot?”
“Ja. Als je de dienaar wegstuurt, geef ik je de sleutel.” Didderic Greunestein vroeg zijn bediende de kamer te verlaten. Zijn vrouw gaf hem de sleutel en trok zich angstig een eindje terug. Didderic dacht een hele tijd na. Toen wendde hij zich tot Gertrudis.
Reageer (1)
doe die kast gewoon open
1 decennium geleden