A new start.
Met een klap gooide ik mijn kofferbak dicht. Ik liep om mijn auto heen, opende de deur aan de bestuurderskant en schoof in de zachte lederen stoel. Een draai aan het contactsleuteltje deed de auto tot leven komen en al snel begroette de eeuwig irritante vrouwenstem, die gepaard ging met het navigatiesysteem, me hartelijk. Ik gaf het adres in dat mijn vader me had toevertrouwd en al snel was ik op weg. Ik reed over de hobbelige boswegen en trapte extra op de gaspedaal toen ik buiten een glimp opving van een witte huid. Nu was niet het moment om tegengehouden te worden. Dit was beter voor iedereen. De Cullens zouden de draad van hun oude leven weer snel oppikken en ik moest gewoon de rest van mijn leven proberen om te gaan met het feit dat het lot me gewoon niet goed gezind was. Waar had ik het aan verdiend om getransformeerd te worden in dit, dit wezen? Om verdoemd te zijn tot een liefdeloos bestaan? De Cullens eerst te ontmoeten en daarna te moeten verliezen.
Ik draaide de knop van de radio om, in een poging mijn gedachten af te lijden. Het hielp niet, dus concentreerde ik me extra hard op de weg. Eenmaal op de autosnelweg steeg de snelheidsaanwijzer tot 120 kilometer per uur. Het zou een lange rit worden naar South Carolina, maar het zou iedereen beter maken. Iedereen exclusief mezelf.
Mijn auto gleed soepel over de gladde oprit en ik parkeerde hem zodat er nog plaats wat voor de tweede auto. Ik was blij dat ik mijn lange broek en mijn bloes met lange mouwen aanhad. Het begon dan wel te schemeren, de zon brandde nog steeds gevaarlijk. Ik haastte me naar de voordeur en probeerde de sleutel die ik handig uit mijn broekzak had gevist. Binnen was alles donker, en muf. Het huis was duidelijk in geen jaren gebruikt. Nadat ik alle ramen had opengezet in een poging alles te verluchten, haalde ik mijn spullen. Tien minuten later lag ik in mijn nieuwe kamer op mijn pasopgemaakte bed. Alles zag er normaal uit, precies zoals een kamer van een 17-jarig meisje eruit hoorde te zien. Met de bedoeling zo snel mogelijk naar buiten te gaan, haalde ik een kam door mijn haren en deed ik andere kleren aan. Ik zocht een zomers kleedje tussen al mijn winterspullen en combineerde het met een lange legging en een bolero, zodat mijn huid grotendeels bedekt bleef tegen de ondergaande zon.
Beneden sloeg de deur dicht en de brommende stemmen van mijn vader en Jake vulden de hal. Ik besefte dat ze me waarschijnlijk toch niet kwamen zoeken en glipte in een soepele beweging uit het raam. Ik dwaalde over de straten en zocht naar een bos of een andere afgelegen plek waar ik de laatste zonnestralen zou kunnen oppikken. Ik verdrong de herinnering van Jasper die naast me in de opkomende zon had gelegen. Die tijd leek een eeuwigheid geleden. Die tijd deed pijn.
Reageer (9)
Zo goed!!!
1 decennium geledensuper! snelverder!
1 decennium geleden.x3
snel verder!!
1 decennium geledensnel verder!!!:D:D:D:D
1 decennium geledenXxX(K)
Ze vergeet een foto van Jasper
1 decennium geledenSnél Verder