|11|

Ik kijk naar Shadow ’s gezicht die een paar keer vertrekt. Hij heeft waarschijnlijk een nachtmerrie. Ik aai over mijn hoofd en kijk dan de plek voor me. Het was koud geworden en ik wist eigenlijk niet hoe ik vuur moest maken. Ik kijk eventjes om me heen en besluit dat het toch beter is om iets van een vuur te maken. Na een paar minuten naar takken te zoeken strijk ik neer op de plek en kijk ik om me heen. Hoe krijg ik het vuur aan? Mijn ogen worden naar Shadow getrokken. Hij moet vast iets hebben om vuur te maken. Ik strijk zijn mantel een stukje opzij en zoek naar iets om het vuur mee te starten. Ik kom allemaal wapens tegen en dan als ik de hoop net wil opgeven vind ik 2 stenen. Ik ruik eraan en herken ze als vuurstenen. Ik weet hoe ik ze moet gebruiken. Met een beetje geluk lukt het me gelijk. Ik stoot de stenen tegen elkaar en er ontstaat een vonk. Na 3 keer proberen is er eindelijk een klein vuurtje. Ik gooi en meer hout op en het begint al warmer te worden. Ik zucht en wrijf over mijn gezicht. Shadow kreunt hard en grijpt naar zijn keel. ‘Shadow, rustig. Ik bescherm je’ denk ik zo hard ik kan. Ik zou het willen zeggen. Gelijk vullen mijn ogen zich met tranen. Ik wil iets doen om hem te helpen. Er valt 1 druppel naar beneden op Shadow ’s gezicht. Hij is heel eventjes rustig. Ik grijp mijn kans. Hij kan wel eventjes zonder me. Ik loop naar het meer dat iets verderop ligt. De jurk die overal gescheurd is laat ik langzaam van me afglijden. Ik stap in het koude water en voel gelijk dat al mijn haren overeind gaan staan. Ik doe mijn ogen dicht en geniet van de luxe. Ik spits mijn oren als ik iets achter me hoor. Gelijk draai ik me om en doe mijn handen voor mijn borst. ‘Ik val niet op jongere meiden, dus wees gerust’ mompelt Shadow die naar me blijft kijken. ‘ik wilde alleen weten waar je was’ hij draait zich om en loopt terug. Gelijk laat ik me weer tot mijn nek in het water zakken. Ben ik echt zo lelijk dat hij dat zei. Ik zwem naar de kant en kleed me snel aan. ‘wil je wat eten?’ vraagt hij terwijl hij me aan kijkt. Ik negeer hem en duw mijn gezicht de lucht in. Ik ga aan hem laten merken dat ik boos ben. Shadow zucht eventjes als hij beseft dat ik boos ben. Shadow staat op maar ik doe net alsof ik het niet merk. ‘ik ben eten aan het zoeken’ mompelt hij. Als hij weg is kijk ik naar de kleine tas die er nog ligt. Wat zou daar in zitten? Mijn nieuwsgierigheid wint het van alles en ik duik er op. Ik maak het open en zie dat er alleen een kleine steen in zit. Ik pak het er verbaast uit. Wat moet hij met een steen. Ik leg hem er terug in en dan voel ik een steek in mijn borst. Ik hap naar lucht, waarom kan ik niet ademen. Ik val op de grond en kijk naar de tas met dat kleine steentje. Er komt een zacht groene gloed vanaf. Ik reik er heen en als ik het steentje raak kan ik gelijk ademen. Waar ging dat nou weer over? Verbaast ga ik overeind zitten. ‘ik heb een konijn gevangen’ Shadow komt om de boom heen en houd een konijn vast. Onze ogen ontmoeten elkaar. ‘sorry, van net, je ziet er wel leuk uit hoor, maar…’ voordat hij verder kan gaan schud ik mijn hoofd en pak ik het konijn vast. In zijn andere hand heeft hij een mesje. Ik ga zitten en begin het konijn te villen. Alles wat ik doe, het lijkt net alsof ik alles al een keer heb gedaan. ‘is deze tas van jou?’ vraagt Shadow terwijl hij de kleine tas omhoog houd. Ik schud mijn hoofd en hij kijkt er in. ‘er zit niets in, maar zo te voelen is het van iets natuurlijks gemaakt. Het lijkt zelfs wel van hoogkwaliteit, misschien kunnen we het verkopen’