Dit heb ik een tijdje geleden geschreven en net weer eens teruggevonden.

Met een brede glimlach op mijn gezicht loop ik over de gangen. Ik klets wat met mijn vriendinnen en laat mijn tas op de grond ploffen, zodra we bij onze vaste staplek zijn. De pauze kruipt, zoals gewoonlijk, sloom voorbij. Ik bestudeer één voor één de gezichten van mijn vriendinnen. Zouden ze het weten? Soms praat ik wel eens mijn mond voorbij, maar ik heb niet het idee dat iemand het beseft. Misschien Iris, maar dat denk ik niet. Die is veel te veel met zichzelf bezig de laatste tijd. Al heb ik het idee dat ze nooit echt om me gaf.

Maar ik dwaal af. Een van de weinige dingen waar ik zeker van weet dat ik van mezelf er echt goed in ben. Bij de rest twijfel ik; is het van mij, of van mijn ‘tweelingzus’? Mijn zogenaamde tweede ik, die van het leven geniet en altijd vrolijk is. Mijn veilige masker, waar ik me altijd onder verberg. Eén keer heeft iemand een glimp opgevangen van wat er onder verborgen zit. Eén keer en zeker weten nooit meer.
Het masker biedt veiligheid. De gefakete glimlach, die er altijd op getekend staat, geeft me een prettig gevoel van controle over wat er gebeurd. Ik weet dat dit schijn is, maar het voelt fijn.

Ik hoor mensen vaak zeggen dat ze het dragen van een masker laf vinden, maar ik kan die mensen vertellen dat ze gewoon niet weten hoe het voelt om te vergroeien met diegene die je altijd al graag wilde zijn. Ze weten niet hoe het is om jezelf te verstoppen en uiteindelijk niet meer te weten wie je nou werkelijk bent en wat fake is.
Mensen zeggen ook vaak dat zelfmoord laf is en snappen niet dat ik respect heb voor iedereen die dat ooit heeft gedaan. Hoe vaak heb ik niet met het idee rondgelopen? Geloof me, vaak. Altijd dezelfde gedachte; Ik ben niemand meer van last. Ik zal nooit meer in de weg lopen. Niemand zal me missen. Maar ik kan het niet, nooit. En dat, mensen, dat noem ik laf. Iets willen, maar het lef niet hebben om het te doen.

Ik ben laf. Ik ben ongelooflijk laf. Ik wil het niet, maar ik kan nou eenmaal niet anders. Waar zou ik de kracht om moedig te zijn vandaan moeten halen, als ik niet eens de kracht heb de waarheid uit te spreken? Mijn enige manier om de waarheid te vertellen is het op te schrijven. Zo kan ik het grotendeels uit mijn hart en uit mijn hoofd bannen. Veilig wegstoppen, in een mapje op mijn computer. Vergrendeld.

Reageer (1)


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen