Foto bij Chapter three • The devil wears Westwood • 3.1

      Terwijl de riolen van Londen overstroomden en de wind de vlaggen aan de Houses of Parliament teisterden, was er één woonkamer waar de zaken doorgingen onder wakend oog van het vuur in de open haard. Aan de eikenhouten kapstop hingen enkele druipende jassen. De kamer was gevuld met sofa’s, elk met hun eigen bijbehorende meisje. Een jonge vrouw wandelde met dreigend tikkende hakken tussen twee sofa’s heen. Haar sierlijk gemanicuurde handen lagen in elkaar gevouwen op haar onderrug. Het kanten jurkje spande om haar bovenbenen en sneed bij elke stap in haar vlees. Ze kreeg meer dan eens een verlangende blik van een klant. Ze was het gewend dat zij wel eens meer aandacht durfde te trekken dan de waar die wel te koop was. Haar lange donkerbruine krullen dansten over haar rug toen ze een van haar meisjes haar stem hoorde verheffen. Blijkbaar probeerde één van de mannen af te dingen. Naomi herkende hem direct. Hij had al meerdere keren voor last gezorgd. Met een geïrriteerde zucht manoeuvreerde ze zich naar de uithoek van de ruime woonkamer, waar Felicia en haar klant zich bevonden.
      “Is er een probleem?” vroeg Naomi afgemeten.
      Haar stem had een natuurlijke rauwheid, die mannen zowel opwond als schrik aanjoeg. De man, een belangrijke politicus in de Conservatieve partij, keek haar even aan. Met een geamuseerde grijns kwam hij overeind van de bank. Zijn blik vertelde Naomi genoeg. Zoals de voorbij vier keren was hij stomdronken. In gedachten nam ze zich voor Richard, de portier, een salarisvermindering te geven. Die man liet meer lastpakken binnen dan hij zich kon veroorloven.
      “Mister Cameron, is er een probleem?” herhaalde Naomi nu streng.
      “Niet als jij me vergezelt in mijn koude, eenzame bed,” lalde de Prime Minister met wat hij dacht dat een verleidelijke blik was.
      Naomi slaakte een zucht toen hij naar haar schouder greep en naar haar toe boog. Hij stonk naar de alcohol en onder zijn neus kon ze nog wat wit poeder onderscheiden. Walgend draaide ze haar hoofd weg en opende haar mond om Richard te roepen, toen een stem door de ruimte galmde.
      “Laat haar gaan, David,”
      Meteen werden alle activiteiten onderbroken en de ogen naar de deuropening gericht. Daar stond een man, amper drieëndertig en toch al in staat de eerste minister van het Verenigd Koninkrijk te commanderen en hem nog te laten luisteren ook. Meteen liet Cameron Naomi los, alsof hij een heet strijkijzer aanraakte. De man uit de deuropening wandelde nonchalant door de kamer naar hen toe, zijn handen losjes in de zakken van zijn Westwood pak. Zijn blik was echter staalhard en gefocust op de eerste minister, die nerveus van been naar been wipte.
      “Raak haar nog één keer aan en ik zweer dat je eindigt als blikjes kattenvoer,”
      Jim Moriarty’s blik boorde zich in die van David Cameron. Die huiverde even, knikte en vluchtte strompelend over zijn eigen voeten het huis uit. Nog even bleef het akelig stil in de woonkamer, maar al snel bemoeide iedereen zich weer met zijn eigen zaken. Naomi streek even in een reflex haar rok glad en keek Jim aan.
      “Dankje,” mompelde ze gelaten.
      “Je hebt betere beveiliging nodig,” antwoordde hij koeltjes, waarna hij voor haar uit naar de hal liep.
      Naomi sloot kort haar ogen, haalde diep adem en ging achter hem aan. Het was payday.

Reageer (1)

  • Westwood

    Ik kan niet eens in woorden opzetten hoe geweldig ik dit vind. Jim en ik zijn echt twee badasses in dit verhaal, dat kan ik je nu al zeggen, maar wel dankzij jou. Of toch, Jim is al een badass, maar het is moeilijk om mij in een badass te veranderen, haha xd. Ik houd echt zo veel van dit stukje <3 Seriously, how do you keep doing that?

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen