Foto bij Proloog

Proloog
Glimlachend stap ik op mijn grote schimmel hengst. Dit vind ik geweldig, zo leuk dat ik bijna vergeet dat mijn moeder schreeuwend naast me staat. Bijna. “Mijn god, Jade! Je zit als een zoutzak op je paard! Hakken en handen lager, laat hem luisteren! Zorg maar dat je wint, we hebben niet voor niets een toppaard voor je gekocht.” Geweldig… Boos kijk ik haar aan, stom mens. Als het aan haar lag zou ik Twister helemaal afranselen als hij er een balk afgooit. Het draait haar alleen maar om winnen, geld verdienen en als ik een keer niet win flipt ze en dreigt ze Twister te verkopen! Boos rijd ik weg. “Kom op jongen, we zoeken wel een oefenterrein waar we alleen zijn.” Blij gooit hij zijn hoofd in de lucht en we galopperen dwars over de parkeerplaats, mijn moeder ver achter ons latend. Vele mensen kijken boos naar ons als we ze bijna omver kegelen, maar wat maakt het mij uit? Twister en ik houden allebei niet van mensen. In ieder geval niet van de mensen die zo boos kijken naar mensen die wel lol hebben in hun leven of van die knakkers alles doen voor geld. Hallooow, ik ben zestien, waarom moet alles zo verdomde serieus?! Twister denkt er precies het zelfde over en versnelt zijn pas nog een beetje. We vliegen nu werkelijk langs alle andere mensen. Mijn moeder heeft toch in één ding wel gelijk; Twister is echt een toppaard. Ik snuif de lucht van het pas gemaaide gras diep in me op. Hellaas komen we zo langzamerhand dichter bij de arena en dus ook dichter bij de officials die alles in de gaten houden. Ik laat hem overgaan in een stevige draf. “Toch maar even een oefenterrein opzoeken jongen? Het duurt wel even voor ze ons inhaalt.” Geen reactie, wat wil ik ook. Samen rijden we een oefenterreintje op. Ik kijk boos naar de official die bij de ingang staat en steek mijn tong naar hem uit. Er staat een flinke hindernis van ongeveer één meter vijftig, niet dat ik me daar zorgen over maak. Ik weet echt wel dat Twister daar niet eens moeite voor hoeft te doen. We lijken zo op elkaar, het maakt hem ook allemaal niks uit. In galop rijden we er op af, zodra hij de hindernis ziet spitst hij zijn oren en hinnikt hoog. Ik ben ook blij, iemand moet zijn paard snel omtrekken omdat hij in de weg staat en wij ons daar niks van aantrekken. Twister spant zijn spieren en samen vliegen we over de hindernis. Triomfantelijk trekken we een sprintje. Lekker over het terrein crossen en onder tussen over een paard hindernisjes racen. Helaas worden ruw uit de droom geholpen. “Laatste oproep voor Jade Whitloc en Twister’s Umbrella II” Ik schrik me dood, wist ik veel dat het al zo laat was?! “Shit! Kom op Twister.” Zonder ook maar enigszins onze passen te vertragen vliegen we voor de tweede keer door de menigte, ook deze keer krijgen we verschillende verwensingen toegeschreeuwd. Ik kijk niet eens meer om. Als we in volle vaart de arena in komen stormen horen we het publiek naar adem snakken. “Oh, wacht, dit hoort zeker niet op een grand prix? Jemig, wat kijken ze geschokt, die vreemde veredelde kakkers ”, fluister ik in Twisters oor. Dan grijns ik en galoppeer gewoon door.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen